week 3 Flashcards
uit wat bestaat het hart ?
- Twee boezems (atrium)
- Twee kamers (ventrikel)
- Vena cava superior: Zuurstofarm bloed van boven komt hier de rechter atrium in
- Vena cava inferior: Zuurstofarm bloed komt van beneden via deze ader de rechter atrium in.
- A. pulmonalis: deze arterie krijgt zuurstofarm bloed van de rechter ventrikel naar de kleine bloedsomloop (naar de longen): enige arterie die zuurstofarm bloed vervoert
- Venae Pulmonalis: vervoert zuurstofrijk bloed naar de linker atrium.
- Aorta: Krijgt zuurstofrijk bloed van de linker ventrikel en heeft drie aftakkingen die naar bloed vervoert naar bovenste lichaam en hoofd, en brengt bloed van het hart naar beneden.
hoe heten de twee zetten kleppen in het hart ?
- AV-kleppen (atriaventriculaire kleppen): Zit tussen het atrium en ventrikel (sluiten atrium af van ventrikel)
- SL-Kleppen (semi-lunair/halvemaanvormige kleppen): Zitten tussen de ventrikels (kamers) en uitgangen (bij a.pulmonalis en aorta
welk kleppen hooren bij de av kleppen ?
o Mitralisklep (linker harthelft): Deze klep sluit wanneer het ventrikel samenknijpt om de druk te vergroten (voorkomt dat bloed terugstroomt richting het atrium).
o Tricuspidalis klep (rechter harthelft) Deze klep sluit wanneer het ventrikel samenknijpt om de druk te vergroten (voorkomt dat bloed terugstroomt richting het atrium).
o Papilaire spiertjes (lichtrood en lichtblauw): Zorgen dat de kleppen dichtblijven wanneer de druk wordt vergroot
o Septum: Skelet van het hart (Lichte kleur in het plaatje).
o Annulus fibrosis: Zit rond de openingen van atrium en ventrikel, zorgt dat de opening openblijft en bied stevigheid aan de kleppen.
welk kleppen horen bij de SL- kleppen ?
o Functie: Ze voorkomen dat bloed terugstroomt de ventrikel in.
o Pulmonalis-kleppen: Sluiten a. pulmonalis af
o Aorta-kleppen: sluit aorta af.
uit welk 3 lagen bestaat het hart ?
- Endocard = binnenkleding van het hart (endotheel weefsel).
- Myocard = middelste gedeelte, spierweefsel dat het arbeid levert.
- Pericard = buitenste laag, vlies wat eromheen zit (o.a. voor bescherming). Ook wel hartzakje genoemd.
wat is de SA-knoop
SA-Knoop (sinoatriale knoop)
- Natuurlijke pacemaker (tempomaker), kan vanuit zichzelf ontladen en stroompjes afgeven. Hierdoor heeft het hart geen aansturing van de hersenstam nodig.
- Natuurlijke tempo is 100 impulsen per minuut
- Prikkel komt vanuit SA-knoop langs boezems en vervolgens bij AV-knoop
- Als de prikkel langs de boezem komt contraheert de spier in de boezem en hierdoor wordt bloed naar de ventrikel geperst
- Staat hierarchisch boven de AV-knoop (als deze is aangedaan dan kan de AV-knoop alsnog voor zorgen dat het hart, in mindere mate, kan blijven kloppen (bescherming).
wat is de AV knoop ?
AV-knoop (atriumventriculaire knoop)
- Wacht met het doorgeven van de prikkel (vertraagd de prikkel). Hierdoor hebben de boezems (atrium) iets meer tijd om de ventrikel helemaal te vullen
- Ook een natuurlijke pacemaker
- Lagere frequentie (40 keer per minuut).
- Zonder AV-knoop functioneert het hart niet.
wat is de bundel van HIS ?
- Vanuit de AV-knoop verdeelt de prikkelgeleiding zich in twee bundels, de bundel van HIS (twee takken).
- Loopt door het septum van beide ventrikels en gaat richting hartpunt (onderste punt van het hart). Begint bij hartpunt omdat van dun naar dik kan alles maar 1 kant opgestuwd worden (namelijk naar boven).
- Vanuit de hartpunt krult ie omhoog via linkerkant en rechterkant.
wat zijn de purkinje vezels ?
- Geleidt prikkel naar al het hartspierweefsel
wat is de volgorde van de prikkel in het hart ?
SA-knoop > langs boezems > AV-Knoop > Bundel van HIS -> hartpunt -> via linker/rechterkant omhoog > Purkinje vezels
door welk zenuw stelsel word de SA knoop beïnvloed ?
door autonome zenuwstelsel (klopt niet altijd 100 keer per minuut, ene moment in rust gaat die omlaag, andere keert omhoog als je actief bent
welk zenuwen hebben invloed op het hart ?
- n. vagus = Hart wordt via hersenstam aangestuurd door n. vagus. Deze voert prikkels op moment als je lichaam in rust is (parasympaticus).
- N. accelerantes = zorgt ervoor dat hartfrequentie omhoog gaat tijdens actie. (sympaticus)
- In rust hebben we het over je parasympaticus
wat is een trofotropereactie ?
het lichaam herstelt (dit is een reactie in rust). Zorgt ervoor dat hartfrequentie naar beneden gaat.
wat is de ergotrope reactie ?
actie van sympaticus, reactie die ontstaat in actie (hartfrequentie gaat omhoog).
wat voor receptoren heb je op het hart ?
- Er zitten receptoren op je hart: betareceptoren
- Zijn gevoelig voor hormonen (zoals adrenaline, noradrenaline en cortisol).
- Onder invloed van deze hormonen gaat je hart sneller kloppen.
waar staat ecg voor ?
electrocardiogram (geeft het hartritme weer).
wat is de P-wave ?
komt overeen met de aanspanning van beide atrium (systole van atrium
wat is de QRS-complex ?
- Q geeft aan dat de bundel van HIS wordt gedepolariseerd
- R-peak is de bocht van HIS + Pekinje vezels
- S zijn laatste vezels van bundel van HIS
- Tegelijk met systole van ventrikel vind dyastole van atrium plaats, deze zie je niet want is zwakker.
- T-golf is diastole van ventrikel
wat is een andere naam voor boesem ?
atrium
wat is een andere naam voor kamer ?
ventrikel
wat is aanspaning ?
ventrikel
wat is ontspaning ?
diastole
uit welk fase bestaat de systole ?
- Isovolumetrische contractiefase
- Ejectiefase
beschijf de isovolumetrische contractie fase
- Beginsituatie: kamer is gevuld met bloed en alle kleppen zijn gesloten.
- Hartspierweefsel trekt samen: De ruimte wordt kleiner dus de druk groter (Isovolumetrische contractiefase!)
- Wordt de isovolumetrische contractiefase genoemd want: de kamer is gevult met bloed, wordt kleiner, druk neemt toe.
beschijf de ejectie fase
- Zolang de druk in ventrikel kleiner is dan de druk in de aorta vindt er geen stroming van bloed plaats.
- Doordat spierweefsel contraheert wordt de druk verhoogd totdat de druk groter is dan in de aorta > gevolg is dat kleppen opengaan en stroomt het bloed (ejecteert) de aorta in (ejectiefase).
- De ejectiefase duurt totdat de druk weer verandert (druk in aorta wordt groter, druk in kamer wordt kleiner).
waneer begind het diastole ?
Op het moment dat de aorta klep weer sluit begint de ontspanningsfase (dus de druk weer omgekeerd is), de diastole.
beschijf de isovolumetrische relaxatie fase
- ruimte is nog steeds afgesloten (kleppen zijn gesloten).
o Snelle vullingsfase: het spierweefsel ontspant zich, hierdoor neemt de druk af en gaat het poortje van de atrium open en zuigt het bloed de ventrikel in (isovolumetrische relaxatie), wordt de snelle vullingsfase genoemd want door drukverschil vult hij zich snel.
o 90% van de kamer wordt gevuld door de snelle vullingsfase
o Langzame vullingsfase: is nodig om tot 100% vulling te komen, het atrium perst het laatste beetje bloed de ventrikel in.
uit wat bestaat arteriën en vaten ?
- Intima (binnenste laag): endotheel.
- Media (middenlaag): Bestaat uit spieren (musculaire laag): goed voor venoconstrictie.
- Adventitia (buitenste laag).
wat zijn de twee verschillen tussen venen en arteriën ?
- Arteriën bevaten minder mediale laag en meer elastine.
- Venen hebben kleppen en arteriën niet.
80% van totale bloedvolume zit in de venen.
Op basis van de tunica media (de grote ervan) worden de diverse vaten onderscheiden