Week 2A en 3A Flashcards

Bestrijding hybride mismatches VPB, ATAD 2 en technisch AB

1
Q

Gestructureerde regeling (VPB + Uitleg + Uitzondering)

A

Art. 12ac-1 VPB
Regeling waardoor niet met elkaar gelieerde partijen profiteren van een hybride mismatch.
Tenzij beide partijen zich hiervan niet redelijkerwijs bewust konden zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Doel (Wet) ATAD 2

A

Bestrijden gevolgen van ‘een aftrek zonder betrekking in de heffing’ en ‘ een dubbele aftrek’.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Primaire regel ATAD 2 (aftrek zonder betrekking heffing) (VPB)

A

Art. 12aa-1 VPB
In beginsel wordt aftrek geweigerd bij de betaler die de vergoeding in aftrek wil brengen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Primaire regel ATAD 2 (dubbele aftrek) (VPB)

A

Art. 12aa-1 VPB
In beginsel wordt aftrek geweigerd indien het leidt tot dubbele aftrek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Secundaire regel ATAD 2 (aftrek zonder betrekking heffing)

A

Betaler kent geen ATAD-regeling, niet belaste vergoeding wordt alsnog belast bij ontvanger.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Staat van betaler (2, secundaire regel ATAD 2)

A

1) Staat waarin de vergoeding z’n oorsprong vindt.
2) Staat van waaruit de vergoeding feitelijk wordt betaald.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Financieel instrument (VPB)

A

Art. 12ac-1 VPB
Elk instrument dat leidt tot rendement op een geldlening, vergelijkbare overeenkomst, EV of een hybride overdracht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hybride overdracht (VPB)

A

Art. 12ac-1 VPB
Overdracht van een (ander) financieel instrument waarover wordt afgesproken dat het later zal worden geretourneerd aan de oorspronkelijke eigenaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hybride karakter

A

Verschil in uitleg voor Nederlands en buitenlands belastingrecht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Debiteur

A

Betaler

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Crediteur

A

Ontvanger

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Omgekeerd hybride entiteit (VPB)

A

Art. 2-11 VPB
NL (opgericht/gevestigd) samenwerkingsverband waarvan 50% of meer wordt gehouden door een of meer participanten gevestigd in een staat die dat samenwerkingsverband als niet-transparant beschouwen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

‘check the box’-regeling

A

VS M kan ervoor kiezen haar onmiddellijke D voor de VS belastingwetgeving als transparant te zien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

CFC Lichaam

A

Gecontroleerd lichaam dat is gevestigd in een niet of laag belastend land en waarvan voordelen worden toegerekend aan en belast bij een ander lichaam (bv. v.i.).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hybride lichaam (VPB)

A

Art. 12ac-1 VPB
Lichaam dat cf. fiscale regelgeving van het ene land fiscaal niet-transparant wordt aangemerkt en cf. fiscale regelgeving andere land als transparant wordt aangemerkt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

EESV (+ doel)

A

Europees Economisch Samenwerkingsverband
EESV beoogt totstandkoming van gemeenschappelijke EU markt te bevorderen.

17
Q

Belastingplicht Art. 17-3-b VPB (4 elementen)

A

1) Sprake van AB in een
2) In NL gevestigde vennootschap
3) Waarmee IB wordt ontgaan
4) M.b.v. kunstmatige constructie

18
Q

Subjectieve toets Art. 17-3-b VPB

A

Motief om IB te ontgaan.

19
Q

Objectieve toets Art. 17-3-b VPB

A

Mate van kunstmatigheid van constructie(s)/transactie(s).

20
Q

Kunstmatig (Art. 17-3-b VPB)

A

Indien niet ingegeven door zakelijke redenen.

21
Q

Wegdenkgedachte (Art. 17-3-b VPB)

A

De achterliggende np wordt geacht het voordeel te genieten, tussenhoudsters worden weggedacht.

22
Q

Kwalificatieverschillen 3 soorten

A

1) Lichamen: Wel of niet transparant
2) V.i.: Wel of niet gezien/toerekening
3) Financiële instrumenten: EV of VV

23
Q

Subjectieve buitenlandse belastingplicht (VPB)

A

Art. 3 VPB
Lichamen die niet in NL gevestigd zijn en NL inkomen genieten.

24
Q

Object buitenlandse belastingplicht (VPB)

A

Art. 17 VPB
Nederlands inkomen: Belastbare winst en belastbaar inkomen uit NL.

25
Misbruikvoorwaarde Art. 17-3-b VPB (2)
1) Ontgaan van IB én 2) D.m.v. gekunstelde constructie
26
Geen kunstmatigheid Art. 17-3-b VPB (4)
1) Buitenlandse M drijft onderneming 2) Buitenlandse M is actieve tophoudster 3) Buitenlandse M is actieve tussenhoudster 4) Combi, aandelen in NL vennootschap behoren tot ondernemingsvermogen