Week 2 Flashcards

1
Q

Wat is de exacte Flesch Formula?

A

R.E. = 206.84 - (0.85 X WL ) - (1.02 x SL)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de exacte Flesch-doumaformule?

A

RE = 206.84 - (0.77 x WL ) - (0.93 x ZL)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de nomering voor de RE van de flesch formule.

A

0 is moeilijkst, 100 is makkelijkst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is WL en ZL in de douma formule

A

WL= Woordlengte ZL of SL = Zinslengte of sentence lenght

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn 3 bezwaren tegen leesbaarheidsformules?

A
  1. het is ontwikkeld op basis van schoolteksten en niet zondermeer geschikt voor andereteksten
  2. De variabelen van woord- en zinslengte zeggen weinig over de leesbaarheid van een tekst,
  3. Als ijkpunt worden tekstbegriptoetsen gebruikt waarvan de status nogal twijfelachtig is.
  4. De formule houdt geen rekening met belangrijke karakteristieken van discourse, zoals cohesie en coherentie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat houdt de cloze test in en hoe ziet deze eruit?

A

De cloze test is gebasseerd op gestaltpsychologie, dat je dingen alleen in zijn geheel waarneemt. Daarom moet je woorden invullen die zijn weggelaten. Als de persoon meer dan 60% goed heeft is er een goede comprehensie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat houdt de N in bij de Cloze test.

A

Bij het opstellen van de Cloze test bepaalt de N welk hoeveelste woord telkens wordt weggelaten. Hoe hoger de N, hoe makkelijker de test

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waar staan de 3 C’s voor in het CCC model?

A

.1 Correspondentie .2 Consistentie .3 Correctheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

CCC-model: Wat wordt er bedoeld met Correspondentie?

A

Het doel van de schrijver en de behoefte van de lezer zijn op elkaar afgestemd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

CCC-model: Wat wordt er bedoeld met Consistentie?

A

Eenmaal gemaakte keuzes worden consequent volgehouden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

CCC-model: Wat wordt er bedoeld met Correctheid?

A

Taal- en stijlregels worden nageleefd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de begrippen waar het CCC-model op toetst, op volgorde van belangrijkheid. (De Y kolom in het schema)

A
  1. Tekstsoort
  2. Inhoud
  3. Formulering
  4. Presentatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is ideational scaffolding?

A

“een raamwerk waarin de informatie passend kan worden ondergebracht, en in hechte samenhang op een effectieve en efficiënte wijze in het geheugen kan worden opgeslagen”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat wordt er bedoeld met retrieval plans volgwens Peeck.

A

Een stappenplan doorlopen om iets te herinneren (alles wat in een bestaand schema ondergebracht kan worden is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat wordt er volgens Peeck met inferential reconstructions bedoeld?

A

Infererend op voorkennis iets herinneren. Ofwel, door de aanwezige kennis is het makkelijker om iets op te roepen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat wordt er volgens Peeck met Scenario bedoeld?

A

Lineair verloop van acties.

17
Q

Wat wordt er volgens Peeck met script bedoeld

A

o.a. de rolverdeling

18
Q

Wat wordt er volgens Peeck bedoeld met ‘ Stimulating Recall events’

A

Door voor de nieuwe leerstof relevante voorkennis te activeren, worden er betere resultaten gehaald.

19
Q

Wat wordt er volgens Sanders/Krieken Et Al. bedoeld met een frame ?

A

Een talige of visuele aanwijzing die leidt naar een versimpelde weergave van de werkelijkheid en die de interpretatie van de werkelijkheid stuurt.

20
Q

Wat is de kern van het artikel van Sanders en krieken et al. over framing / communicatie financiele zaken?

A

.1 Er wordt veel gebruik gemaakt van metaforen om deze hypothetische wereld begrijpelijk te maken voor lezers. .2 Er wordt onderzocht of het gebruik van metaforen past bij de lezers van financiële stukken .3 Er wordt veel in frames gesproken over spel en strijd bij beleggings informatie, terwijl dit weinig raakvlakken heeft met de ‘ gewone mens ‘ . .4 Pensioencommunicatie is moeilijk ‘ verstaandbaar’ voor veel mensen.

21
Q

Wat word bedoeld met spreken in ‘ interpretative repertoires’ volgens Wetherell en Potter (1998).

A

Dat je kiest voor vertrouwd taalgebruik en metaforen, in vertrouwde omstandigheden om de doelgroep niet af te schrikken.

22
Q

Wat wordt er precies bedoeld met een metafoor.

A

Aspecten uit Abstract Domein in termen uit Concreet domein

23
Q

Hoe omschrijft Lakoff (1993) framing?

A

A cross-domain mapping in the conceptual system.

24
Q

Wat bedoelt van Rees met een register?

A

Een soort taalgebruik dat afgestemd is op het doel van de tekst, dmv .1 woordkeus .2 Zinsbouw .3 Stijlfiguren

25
Q

Welke 4 aspecten bepalen welk register gebruikt moet worden?

A

.1 Soort activiteit .2 doel van tekst .3 Onderwerp .4 Sociale Afstand

26
Q

Wat wordt er bedoeld met tekstbegrip ‘ Offline ‘ testen?

A

Het testen gebeurt na het lezen. Voorbeelden zijn. .1 Vragen beantwoorden over de tekst .2 Navertellen/samenvatte van de tekst .3 Cloze test .4 begrijpelijk beoordleen.

27
Q

Wat zijn manieren om tekstbegrip online (tijdens het lezen) te testen

A

.1 Leestijd .2 Oogbewegingen

28
Q

Wat is een jargonscanner?

A

Een jargonscanner is een scanner die woorden uit beleidsstukken scant en vergelijkt met ‘gewone’ teksten. Hoe vaker woorden in specifieke beleidsstukken staan en niet in gewone teksten, hoe groter de kans dat het woord als moeilijk wordt weergeven.

29
Q

Wat is texamen voor test?

A

Texamen is een analyseprogramma voor tekstbegrip van commercieel bedrijf ‘ BureauTaal’ . De testkenmerken zijn onbekend. Wel moet de gebruiker ook zelf wat vragen invullen.

30
Q

Wat is LSA voor test?

A

Latent Semantic Analysis: De onderlinge samenhang tussen woorden wordt berekend. Dus hoe groot de kans is, dat een woord in samenhang met een ander woord uit de tekst voorkomt.

31
Q

Wat is de duidelijkheidsnorm

A