Week 1 H1, H3, H5 & H6 Flashcards
Politieke wetenschappen
De studie van de theorie en praktijk van bestuur en politiek, met de nadruk op de structuur en dynamiek van instituties, politieke processen en politiek gedrag
Sociale wetenschappen
De studie van de menselijke samenleving en van de gestructureerde interacties tussen mensen binnen de samenleving
Vergelijkende politiek
De systematische studie van de overheid en politiek in verschillende landen, met als doel deze beter te begrijpen door hun contrasten en overeenkomsten in kaart te brengen
Theorie
Een abstracte of algemene benadering om een fenomeen of een reeks fenomenen te verklaren of te begrijpen, ondersteund door een aanzienlijke hoeveelheid hard bewijs
Overheid
De instellingen en processen waarmee samenlevingen worden bestuurd
Instelling
Een formele of informele organisatie of praktijk met regels en procedures gekenmerkt door duurzaamheid en interne complexiteit
Bestuur
Het proces waarbij beslissingen, wetten en beleid worden gemaakt, met of zonder inbreng van formele instellingen
Politiek
Het proces waarbij mensen onderhandelen en concurreren bij het nemen en uitvoeren van gedeelde of collectieve beslissingen
Power
Het vermogen om beoogde effecten teweeg te brengen. de term wordt vaak gebruikt als synoniem voor invloed, maar wordt ook enger gebruikt om te verwijzen naar krachtigere vormen van invloed, met name het krijgen van je zin door middel van bedreigingen
Autoriteit
Het recht om te regeren. autoriteit creëert zijn eigen macht, zolang mensen accepteren dat de persoon met autoriteit het recht heeft om beslissingen te nemen
Regime
Een politiek type, gebaseerd op een geheel van principes, normen, regels en besluitvormingsprocedures en dat bijvoorbeeld een democratisch regime of een autoritair regime omvat
Politiek systeem
De interacties en instellingen die een regime vormen
Typologie
Het systeem waarmee de typen van iets (bijvoorbeeld staten, talen, persoonlijkheden, gebouwen en organisaties) worden geclassificeerd op basis van hun gemeenschappelijke kenmerken
Bruto binnenlands product (Gross Domestic Product)
De waarde van de totale binnenlandse en buitenlandse productie door inwoners van een land in een bepaald jaar
Staat
Juridische en politieke autoriteit van een gebied met ene bevolking en grenzen
Soevereiniteit
Het vermogen om te regeren en beslissingen te nemen binnen een politieke gemeenschap, zonder rekening te houden met externe of interne uitdagers of actoren
Legitimiteit
De voorwaarde om legitiem te zijn. Een legitiem systeem van bestuur is gebaseerd op autoriteit, en degenen die onderworpen zijn aan het bestuur ervan erkennen het recht om beslissingen te nemen
Interpretivisme
Een banneling van de studie van overheid en politiek, gebaseerd op de stelling dat politiek wordt gevormd door de ideeën die we erover hebben
Burgerschap
Het idee dat men een volwaardig lid is van een staat, met de rechten en plichten die bij die status horen. dit wordt doorgaans vastgelegd in een document, zoals een paspoort of identiteitskaart
Westphalian system
Het moderne staatsbestel is volgens velen ontstaan uit de Vrede van Westfalen uit 1648 en is gebaseerd op de soevereiniteit van staten en politieke zelfbeschikking
Natuurlijke rechten
Rechten (zoals het recht op leven, vrijheid en eigendom) die door God of de natuur aan de mens zijn gegeven en waarvan het bestaan onafhankelijk van de overheid wordt verondersteld
Microstates
Staten die klein zijn in bevolking en/of grondgebied. Bijv. Andorra, Barbados, Palau en de Malediven
Quasi-states
Staten die bestaan en erkend zijn onder het internationaal recht, maar waarvan de regering slechts een beperkt deel van het gebied onder hun jurisdictie controleren
De facto states
staten die niet erkend worden onder internationaal recht, ook al controleren ze grondgebied en zorgen ze voor bestuur. ze bestaan in feite (facto) in plaats van onder de wet (de jure)
Natie
Een cultureel en historisch concept dat een groep mensen beschrijft die zich met elkaar identificeren op basis van een gedeelde geschiedenis, cultuur, taal of mythen
Zelfbeschikking
Het vermogen om te handelen zonder externe dwang. Het recht op nationale zelfbeschikking is het recht van een volk om zijn eigen regering te bezitten
Natie staat
Een staat waarvan de burgers een gemeenschappelijke nationale identiteit delen
Multinationale state
Een staat die bestaat uit meerdere verschillende nationale groepen onder 1 regering