Week 1 alternatieve college's Flashcards

1
Q

Wat is rechtvaardigheid?

A

Het gelijke behandelen van gelijke gevallen en het ongelijke behandelen van ongelijke gevallen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is het belang van rechtvaardigheid in de gezondheidszorg?

A

Het maken van keuzes in de zorg komt steeds vaker voor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe ontstaan verdelingsvraagstukken?

A
  1. Gewild goed
  2. Schaars aanwezig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

In welke 3 niveaus zijn verdelingsvraagstukken onder te verdelen?

A

Micro (afspraken met huisarts)
Meso (verdeling van middelen)
Macro (afspraken over basispakket)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat 4 theorieën zijn er?

A

Utilisme: het grootst mogelijke goed voor de grootste groep mensen.
Egalitarisme: mensen dienen gelijk behandeld te worden.
Sufficientarianisme: alle mensen moeten voldoende krijgen.
Prioritarisme: naarmate mensen slechter af zijn, verdienen zij meer proiriteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat houdt de kosteneffectiviteit in?

A

Zoveel mogelijk gezondheidswinst voor zoveel mogelijk patiënten tegen een zo laag mogelijke prijs.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke vormen van procedurele rechtvaardigheid zijn er?

A
  • Pure: lotertij
  • Perfecte: taart verdelen
  • Imperfecte: strafrecht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe is het begrip homeostase te definiëren?

A

Het vermogen van meercellige organismen om het interne milieu in evenwicht te houden, ondanks de veranderingen in de omgeving waarin het organisme zich bevindt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wie is Claude Bernard en wie is Charles-Philippe Robin?

A

Claude Bernard: Franse fysioloog, grondlegger van experimentele geneeskunde en begrip milieu interieur.
Charles-Philippe Robin: had milieu interieur bedacht aan de hand van de humorenleer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de humorenleer?

A

Komt van Hippocrates van Kos. Houdt in: er zijn vier sappen (slijm, bloed, zwarte gal en gele gal) die het lichaam in balans houden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke factoren hebben invloed op de lichaamstoestand volgens de humoraal-pathologie?

A
  • Res naturales ( natuurlijke zaken): elementen, temperamenten, lichaamsvochten, lichaamsdelen- en functies;
  • Res contra-naturales (tegennatuurlijke zaken): pathologische afwijkende verschijnselen;
  • Res non-naturales (niet-natuurlijke zaken): lucht, beweging/rust, slapen/wakker, uitscheiding/afscheiding, gemoedsaandoeningen, eten/drinken.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is het vis medicatrix naturae?

A

Het zelf genezend vermogen van het lichaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wie is Galenus van Pergamon?

A

Medische autoriteit tot aan de Renaissance. Gaf een uitwerking van de levenskrachten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waardoor werd het vitalisme verworpen en het mechanisme belangrijker?

A
  • Opleving van anatomie;
  • Opkomst van empirische traditie;
  • Opkomst van mechanistisch denken;
  • Opkomst van specifciteitsdenken;
  • Opkomst van fysiologie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke stappen neemt een arts voor hij een beslissing neemt?

A

Stap 1: Kennisverwerving uit verschillende bronnen.
Stap 2: Samenbrengen en interpreteren van de kennis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de klinische besliskunde?

A

Een methodologische discipline die beslissingen rond diagnostiek en therapie ondersteunt.

17
Q

Wat is een beslisboom?

A

Een systematische ordening gemaakt voor het nemen van beslissingen.
Aan het begin van de stam staat een keuze, de takken vormen alle mogelijke gevolgen van deze keuze en de kans hierop.

18
Q

Wat is de predictieregel?

A

Iemand krijgt een test waarbij scores worden toegerekend. Het totaal aantal punten zegt iets over de kans op de ziekte en is zo een vorm van predictie.

19
Q

Wat is de regel van Bayes?

A

Posterior test odds = likelihood ratio x prior odd

20
Q

Wat is de likelihood ratio?

A

De aannemelijkheidsverhouding.