week 1 Flashcards
wat zijn de algemene kenmerken van vitamines?
- het zijn organische stoffen. (levende natuur is eruit opgebouwd, bevat C en O. kan worden afgebroken)
- betrokken bij regulatie lichaamsstoffen
- leveren geen energie
- kleine hoeveelheid nodig, maar wel essentieel
- het zijn moleculen
- kunnen van structuur veranderen
hoe word een wateroplosbaar vitamine opgenomen?
het word in het gehele darmkanaal opgenomen en het komt direct in het bloed terecht.
Hoe word een vetoplosbaar vitamine opgenomen?
het word alleen in het duodenum en het begin van het jejenum opgenomen. Het vet wordt verpakt in micellen, en dat wordt weer verpakt in chylomicronen. Zo komt het in het lymfe terecht.
wat is de functie van mineralen?
- structuur (botten)
2. regulatie over vochtbalans, zenuwgeleiding, enzym activiteit en spier contractie.
wat zijn de transporteiwitten van vetoplosbare mineralen
transferrine en albamine
wat voor verschillen zijn er tussen water en vetoplosbare vitamines
verschillen in absorptie, transport, opslag en uitscheiding in het lichaam.
wat is biovaibility / biobeschikbaarheid
hoeveel van een vitamine daadwerkelijk opgenomen wordt
wat zijn de factoren van biobeschikbaarheid?
- efficiente vertering
- andere componenten voeding (bijv vit c word beter opgenomen met ijzer)
- bereiding
- competitie
- behoefte
- ziekte
excretie wateroplosbaar vitamine? (+ risico toxiciteit)
via nieren. laag risico maar kan wel
excretie vetoplosbaar vitamine? (+risico toxiciteit)
blijft in de vetdepots. het risico is dus hoog, gemakkelijk te bereiken via supplementen
wat is kenmerken aan mineralen
- anorganisch
- is een atoom / ion
- structuur blijft hetzelfde
- nog een kleinere hoeveelheid word opgenomen
wat zijn voorbeelden van mineraalbronnen
dierlijk, plantaardig en drinkwater
hoeveel mineralen en hoeveel spoorelementen heb je nodig
mineralen > 100 mg/dag
spoorelementen < 100 mg / dag
noem alle spoorelementen op
ijzer, zink, koper, mangaan, molybdeen, seleen, jodium, fluoride en chroom
welke mineralen komen geïoniseerd in lichaamsvloeistoffen voor
natrium, kalium, calcium en chloor (etc?)