Week 1 Flashcards

1
Q

Invloed WOII

A

Al voor WOII werd gepleit voor hechtere samenwerking tussen de Europese staten. Na WOII en Koude Oorlog bleef er vrees voor een herlevend fascisme en bezorgdheid over de groeiende invloed van de SU.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

1946: Churchill riep ‘‘Verenigde Staten van Europa’’ aan

A

meningen verdeeld; sommigen geloofden in vorming supranationale organisatie, anderen wilden samenwerking waarbij zij hun soevereiniteit grotendeels konden blijven behouden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

1949: Raad van Europa opgericht onder aandringen van Churchill

A

Opgericht door: Benelux, Frankrijk, Italië, Denemarken, Noorwegen, Zweden, Engeland en Ierland.

Doel: de bescherming van mensenrechten, rechtsstaat en democratie.

Intergouvernementeel -> besluiten bij unanimiteit (of consensus); niet bij meerderheid van stemmen.

Geen verordeningen, beschikkingen etc.

Aanbevelingen en verdragen (bindend na ratificatie).

3 organen: Comité van Ministers, Parlementaire Assemblee, Secretaris-Generaal (in Straatsburg altijd ministers van buitenlandse zaken).

Zetel in Straatsburg (FA)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Door wie wordt het beleid van de Raad op hoofdlijnen door bepaald?

A

door het Comité van Ministers (alle lidstaten RvE lid)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Comité van Ministers

A
  • Comité komt één keer per jaar bijeen op niveau van ministers van Buitenlandse Zaken.
  • Comité vergadert wekelijks ‘‘at deputy level’’ - iedere lidstaat heeft Permanente Vertegenwoordiger.
  • Bij toerbeurt vervult een van de lidstaten het voorzitterschap.
  • Comité heeft geen supranationale bevoegdheden: neemt besluiten bij consensus, tracht d.m.v. aanbevelingen, resoluties en verklaringen de samenwerking van RvE te stimuleren.
  • Comité kan ook tekst van verdragen vaststellen; bijv. EVRM. > juridisch bindend.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Parlementaire vergadering:

A
  • Leden worden niet door middel van directe verkiezingen gekozen; leden zijn al lid van de nationale parlementen van de lidstaten en hebben een dubbelmandaat.
  • Geen wetgevende bevoegdheden, maar wel politieke invloed.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Door wie worden het Comité van Ministers en Parlementaire Vergadering ondersteunt?

A

door een onafhankelijk secretariaat o.l.v. de Secretaris-Generaal (SG).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welk voornemen werd na WOII in het Vn-Handvest vastgelegd?

A

'’het vertrouwen in de fundamentele rechten van de mens te herstellen’’, desondanks bevatte het VN-Handvest nauwelijks concrete verwijzingen naar de mensenrechten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waarvoor streed de Europese Beweging en waar leidde dit toe?

A
  • 1948: Algemene Vergadering aanvaardde de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (EVRM).
  • VN-lidstaten niet bereid deze rechten vast te leggen in een juridisch bindend document.
  • De Europese Beweging (verbond van NGO’s) wilde de naleving wel verzekeren en kreeg veel steun.
  • 1950: EVRM ondertekend in Rome.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Tot wat voor rechten beperkten opstellers van het EVRM zich?

A

Opstellers EVRM beperkten zich tot aantal ‘klassieke’ rechten, verdrag bevat dus geen sociaal-economische rechten (bijv. gerzondheidszorg).

> Al opgenomen in nationale constituties.
Onthoudingsverplichtingen.
Afdwingbaar voor de rechter.

  • Nationaliteit speelt geen rol, EVRM beschermt ‘‘een ieder’’.
    >Bescherming beperkt zich wel tot personen die ‘‘ressorteren onder de rechtsmacht’’ van de betrokken staat: vuistregel is dat het gaat om personen die zich bevinden op het grondgebied van de staat, maar strekt zich ook uit tot gebieden buiten het eigen grondgebied die een staat effectief beheerst.
  • Protocollen opgesteld die EVRM uitbreiden - aparte verdragen die bindend zijn voor die staten naast het EVRM ook het desbetreffende protocol hebben geratificeerd.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Dubbel compromis over de vraag hoe de rechten daadwerkelijk worden nageleefd en wie zaken aanhangig zou maken

A

er werd een Europees Hof voor de Rechten van de Mens opgericht en er kwam een individueel klachtrecht, maar de aanvaarding van beide elementen was facultatief (=individuen konden alleen klagen tegen die Verdragspartijen die het individueel klachtrecht hadden erkend, en het Hof zou zich alleen kunnen uitspreken over klachten gericht tegen de staten die expliciet zijn rechtsmacht hadden aanvaard).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Klachtprocedure 4 stappen

A
  1. Klachten over schendingen van het EVRM konden, na uitputting van nationale rechtsmiddelen, worden ingediend bij de Europese Commissie voor de Rechten van de Mens.
  2. Commissie gaat na of de klacht binnen haar bevoegdheid valt en ontvankelijk is.
    > Als dat niet het geval is: Commissie verklaard klacht niet-ontvankelijk en de procedure is beëindigd.
  3. Als klacht wél ontvankelijk is, gaat de Commissie na of een minnelijke schikking kan worden bereikt tussen de klager en de betrokken staat (=staat betaalt een bedrag aan de klager, in ruil daarvoor wordt klacht ingetrokken).
  4. Indien geen schikking wordt betroffen, kan de zaak worden voorgelegd aan het Europees Hof voor de Rechten van de Mens - mits de betrokken staat de rechtsmacht van dat Hof heeft aanvaard.
    > Is dat niet het geval: zaak afgedaan door het Comité van Ministers.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Europees Hof voor de Rechten van de Mens:

A
  • Onafhankelijke rechters, voor iedere lidstaat van de Raad van Europa één.
  • Zaak wordt in beginsel behandeld door een kamer van zeven rechters; in bijzondere gevallen wordt de zaak voorgelegd aan het plenaire Hof.

> Op die wijze worden alle rechters in staat gesteld zich uit te spreken over belangrijke vragen inzake de interpretatie van het EVRM.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Het Hof is gaandeweg strenger geworden in de klachtprocedure:

A

het neemt tegenwoordig alleen nog klachten in behandeling als werkelijk aan alle formele voorwaarden is voldaan.

> Als hieraan niet wordt voldaan is dat een reden om de klacht niet in behandeling te nemen -> wek krijgt de klager nog de gelegenheid het gebrek te herstellen -> maar als dat niet lukt binnen de gestelde termijn (een klacht moet binnen vier maanden na de laatste uitspraak van de nationale rechter worden ingediend), dan is het einde oefening.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waar is de toeneming van klachten gevolg van en waar leidde die toename tot?

A

De toeneming van klachten is gevolg van het toetreden van steeds meer landen, waaronder grote staten; uit landen met een omvangrijke bevolking, die het ook nog eens zonder een diep gewortelde rechtsstaat moeten stellen, kan men nu eenmaal veel klachten verwachten. Anderzijds werd het Verdrag natuurlijk ook in de ‘oude’ Verdragspartijen steeds beter bekend, zodat ook uit die landen steeds meer klagers de weg naar Straatsburg vinden.

> De toename leidde tot een forse achterstand in de behandeling van zaken; de lengte van de procedure nam toe.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Elfde Protocol

A

Verschillende maatregelen werden genomen om de efficiency te vergroten, toch bleek het effect van dergelijke verbeteringen onvoldoende.

> Er werd een radicalere hervorming voorgesteld: een fusie van de Europese Commissie en het Hof voor de Rechten van de Mens, die niet vaak bijeen kwamen, zou de procedure verkorten -> Elfde Protocol aangenomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat kwam mee met de fusie van het EHRM en de Europese Commissie?

A

Met de fusie kwam mee dat het individuele klachtrecht nu per definitie door alle Verdragspartijen aanvaard en de rechtsmacht is niet langer facultatief van aard: iedere staat die partij is bij het EVRM erkent het Hof -> Comité oordeelde niet meer inhoudelijk over zaken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

7 Kenmerken van het nieuwe Hof

A
  • De rechters worden benoemd voor een periode van negen jaar en zijn niet herkiesbaar.
  • De rechters zijn onafhankelijk.
  • Het Hof kan niet zelf opzoek gaan naar misstanden, moet de zaak opgelegd krijgen.
  • Geen ‘openbaar aanklager’.
  • Afhankelijk van zaken.
  • Rechters worden gekozen door de Parlementaire Vergadering uit een lijst van drie kandidaten, voorgedragen door de desbetreffende Verdragspartij -> elk land heeft een verschillende procedure voor de voordracht van kandidaten.
    > NL: best practice; Als er een nieuwe verkiezingsronde aankomt, plaatst de Nederlandse regering een advertentie in de krant: gegadigden kunnen zich melden. Kandidaten worden geïnterviewd door een onafhankelijke commissie, waarin o.m. de president van de Hoge Raad en de Vice- President van de Raad van State zitting hebben. Deze commissie doet vervolgens een voordracht aan de Nederlandse regering. In de afgelopen rondes is deze voordracht steeds ongewijzigd overgenomen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Interim-maatregelen

A

Bij spoed kunnen interim-maatregelen worden opgelegd zodat de zaak sneller behandeld wordt.

20
Q

Huidige Straatsburgse procedure (4 stappen)

A
  1. Na registratie wordt een klacht toegewezen aan een rechter, de ‘rechter-rapporteur’, die verantwoordelijk is voor de voortgang van de behandeling.
    > Afkomstig uit het land waartegen wordt geklaagd, zodat hij/zij het dossier kan lezen en het belang van de zaak goed kan inschatten.
  2. Veel klachten worden voorgelegd aan een Comité van drie rechters.
    > Comité kan bij unanimiteit besluiten een klacht niet-ontvankelijk te verklaren; de procedure is daarmee beëindigd.
  3. Komt het Comité niet tot een dergelijke beslissing, of is de rechter-rapporteur meteen al van oordeel dat de klacht een kans maakt, dan wordt de klacht voorgelegd aan een Kamer van zeven rechters.
    > In veel gevallen zal de Kamer alsnog besluiten dat een klacht niet-ontvankelijk is.
  4. Verklaart de Kamer de klacht ontvankelijk en zijn partijen niet tot een minnelijke schikking (=klager zijn zin geven zodat hij klacht terugtrekt) bereid, dan doet de Kamer uitspraak over de merites.
    Het Hof bezit niet de bevoegdheid om nationale handelingen ongedaan te maken (strafblad kan bijv. niet gewist worden) -> dergelijke vervolgstappen moet de staat nemen.
    > Het Comité ziet wel toe op de tenuitvoerlegging van de uitspraken van het Hof en zal er op toezien dat de betreffende staat zijn wet aanpast zodat soortgelijke schendingen voorkomen zullen worden.

Indien een zaak aanleiding geeft tot een “ernstige vraag” betreffende de interpretatie van het EVRM, dan kan de Kamer afstand van rechtsmacht doen ten gunste van een Grote Kamer die uit zeventien rechters bestaat.

21
Q

Hoe werd er geoordeeld over Schuitemaker t. NL?

A

Klacht niet-ontvankelijk

22
Q

Hoe werd er geoordeeld over Blondje t. NL?

A

Klacht niet-ontvankelijk

23
Q

Hoe werd er geoordeeld over De Wilde t. NL?

A

Klacht niet-ontvankelijk

24
Q

Hoe werd er geoordeeld over Chaloub en Camara t. NL?

A

Minnelijke schikking

25
Q

Hoe werd er geoordeeld over Fedotova t. Rusland?

A

Arrest

26
Q

Hoe wordt er voor gezorgd dat de Kamer altijd over voldoende informatie beschikt?

A

Om ervoor te zorgen dat de Kamer altijd over voldoende informatie beschikt over het recht van de aangeklaagde staat, is bepaald dat de ‘nationale’ rechter ex officio deel uitmaakt van de Kamer. Soms moet de ‘nationale’ rechter zich verschonen, bijvoorbeeld omdat hij of zij eerder bij de zaak betrokken is geweest. In dat geval mag de aangeklaagde staat een ad hoc-rechter aanwijzen die de plaats van de gekozen rechter tijdelijk inneemt.

27
Q

Ontvankelijkheidsvoorwaarden (art. 34, 35 EVRM)

A

Ontvankelijkheidsvereisten:
Art. 34 EVRM
- Klacht van natuurlijk persoon (een ieder), NGO of groep personen
- Tegen een verdragspartij (lidstaat), kunnen er één of meer zijn
- Moet gaan om rechten die door het EVRM zijn beschermd; bijv. folterverbod, dwangarbeid
- Je moet zelf slachtoffer zijn
(klein percentage, ong. 6% die aan deze vereisten voldoet)

Art. 35 EVRM
- Alle nationale rechtsmiddelen moeten zijn uitgeput (je moet dus eerst tot het hoogste instrument in het land zelf geweest zijn, hoge raad, tot dat je kan beroepen naar het EHRM; in het land waar je verblijft)
- Binnen vier maanden ingediend
- Niet anoniem -> Blondje
- Geen herhaling zijn van klachten (als eerder uitspraak is gedaan dan kan de nationale rechter zich hier aan houden en bijv. zelfde schadevergoeding geven)
- Niet afgedaan als ‘kennelijk ongegrond’; klacht komt niet overeen met het recht waarop je je beroept -> Schuitemaker
‘wezenlijk nadeel’ -> gaat om bedragen of verkeersboetes (niet echt nadeel met geld)

28
Q

Rehearing

A

Tot slot biedt artikel 43 EVRM “in uitzonderlijke gevallen” de mogelijkheid van een soort intern appel (rehearing). Indien een Kamer een uitspraak heeft gedaan waarvan een van de partijen meent dat deze apert onjuist is, dan kan de zaak binnen drie maanden worden verwezen naar de Grote Kamer.

> Een panel van vijf rechters zal dan nagaan of er inderdaad aanleiding bestaat voor een rehearing.

29
Q

Voorlopige maatregelen

A

In gevallen waarin onherstelbare schade dreigt, kan het Hof voorlopige maatregelen nemen (bijv. wanneer klager dreigt te worden uitgezet naar land waar hij onmenselijke behandeling krijgt -> het Hof laat dan weten dat de klager, hangende een procedure in Straatsburg, niet dient uit te zetten).

30
Q

Welke 2 beslissingen kan het Hof in arrest maken?

A
  • Schending EVRM vaststellen.
  • Schadevergoeding toekennen.
  • Géén ‘court of fourth instance’.

> De nationale rechter maakt de definitieve beslissing.

31
Q

Protocol 14

A

Het Elfde Protocol zorgde voor een nuttige stroomlijning van de procedure, maar de klachten bleven toenemen.

> In 2004 kwam het idee van Protocol 14, deze zou pas inwerkingtreden nadat alle Verdragspartijen het hadden geratificeerd -> in 2010 ging het van kracht.

32
Q

5 veranderingen door Protocol 14

A
  1. Het Hof kan een klacht niet-ontvankelijk verklaren, ook al is deze wellicht gegrond, indien de klager “geen aanzienlijk nadeel” heeft geleden.
  2. Meer efficiency wordt bereikt doordat evident ongegronde zaken kunnen worden afgedaan door een enkelvoudige kamer.
  3. Comités kunnen ‘kennelijk gegronde zaken’ afdoen en dus schendingen constateren > ‘kloonzaken’, zaken die vrijwel identiek zijn aan eerdere.
  4. Nu meer beslissingen konden worden genomen door kleinere formaties van het Hof, werd het belangrijk geacht om de onafhankelijkheid van de Straatsburgse rechters nog beter te waarborgen.
    > Op grond van Protocol 14 is de zittingstermijn van zes naar negen jaar gegaan; rechters zijn niet herkiesbaar – en staan dus ook niet bloot aan de verleiding om voor hun land gunstige uitspraken te doen, in de hoop daarmee de kans op herverkiezing te vergroten.
  5. Protocol 14 voorziet in de mogelijkheid dat ook de Europese Unie (EU) toetreedt tot het EVRM. Dat is een bijzonderheid: niet eerder werd een internationale organisatie partij bij het EVRM.
    > Gedachte erachter: de Unie heeft inmiddels zóveel bevoegdheden heeft gekregen, dat het van belang is om ook de EU te onderwerpen aan de eisen van het EVRM, en aan het toezicht van het Straatsburgse Hof.
33
Q

Heeft protocol 14 gewerkt?

A

Protocol 14 heeft gewerkt. Voor het eerst bleek dat de werkdruk minder werd. De werkdruk blijft alsnog flink, wordt dan ook nog altijd verder nagedacht over maatregelen om deze werklast structureel te verminderen.

34
Q

Kritiek op de hervormingen

A

De hervormingen gingen ook gepaard met kritiek. Voor een deel kwam die kritiek van landen die keer op keer door het Hof werden veroordeeld, maar ook in verschillende West-Europese landen.
> Een conservatieve denktank bepleitte onder de titel Bringing Rights Back Home dat de invloed van het EHRM moest worden teruggedrongen. Men ziet hier het streven naar “taking back control”.

Wat daar ook van zij: in de afgelopen vijf à tien jaar ging de discussie over de toekomst van het EHRM gaandeweg niet meer alleen over technisch-procedurele kwesties: het ging ook en vooral over de rol van het Hof.
> Verschillende lidstaten begonnen meer ruimte te claimen om eigen afwegingen te maken.

35
Q

Protocol 15

A

Protocol 15: subsidiariteit staat centraal; het zijn de staten die de rechten van het EVRM moeten waarmaken; het Hof houdt daar wel toezicht op, maar moet daarbij ruimte aan de nationale autoriteiten laten – de zogenaamde margin of appreciation.

> Keerzijde: de lidstaten moeten ook ernst maken met hun taak om de mensenrechten te verzekeren; het kan niet bij lippendienst blijven.

> Protocol 15 zorgde ook voor een paar technische aanpassingen: de termijn voor het indienen van een klacht bij het EHRM verkort van zes naar vier maanden.

36
Q

Protocol 16

A

een nieuwe procedure waarbij het EHRM op verzoek van de hoogste nationale rechter een (niet-bindend) advies (advisory opinion) over een zaak kan geven.

37
Q

Statenklachten

A

Iedere Verdragspartij kan een klacht indienen over iedere schending, waar ook door willekeurig welke andere Verdragspartij begaan. Ook in minder heftige situaties kan er aanleiding zijn om een statenklacht in te dienen. Met name waar systematische schendingen van mensenrechten lijken voor te komen, heeft een statenklacht een duidelijke meerwaarde: het Hof wordt dan – beter dan in een individueel geval – in de gelegenheid gesteld een grondig onderzoek uit te voeren naar het bestaan van een patroon van schendingen dat het individuele geval ontstijgt.

> Maar dat betekent niet dat de Verdragspartijen gretig gebruik maken van de mogelijkheid om elkaar voor het Hof te dagen.

38
Q

In wat voor klachten zit het meeste werk?

A

Het meeste werk zit in de behandeling van individuele klachten: bij het opsporen van weeffoutjes en –fouten in de rechtsorden van overigens goed functionerende rechtsstaten.

39
Q

Waar dienen de uitspraken van het hof toe?

A

De uitspraken van het Hof dienen er niet alleen toe om de voorgelegde geschillen te beslechten: al doende maakt het Hof ook duidelijk welke inhoud de verplichtingen van het Verdrag hebben. Iedere individuele klacht biedt het Hof in wezen de mogelijkheid om het EVRM te interpreteren.

40
Q

Margin of appreciation

A

Op grond hiervan stelt het Hof zich terughoudend op in situaties waarin de nationale autoriteiten zich in een betere positie bevinden om belangen tegen elkaar af te wegen.

  • Bestaat er over een onderwerp min of meer consensus in Europa, dan is het Hof eerder geneigd een nauwe margin te laten aan de staat die uit de pas loopt.
  • Het Hof pleegt een ruime margin aan de staat te laten in zaken waarin geklaagd wordt over maatregelen op sociaal-economisch terrein, of over maatregelen van ruimtelijke ordening.

> Toch gelden deze vuistregels niet onverkort: als een recht in het geding is dat essentieel is voor de klager, of als een inbreuk diep ingrijpt in zijn leven, dan is dat voor het Hof vaak aanleiding voor een intensieve toets. Bovendien mag een regering zich niet achter de margin verschuilen om bestaande beperkingen zonder nadere discussie te laten voortbestaan, bij wijze van ondoordachte en passieve voortzetting van oude tradities -> Mensenrechten zijn dermate belangrijk in een moderne democratische samenleving dat beperkingen niet lichtzinnig of terloops mogen worden opgelegd.

41
Q

De invloed van het EVRM op NL valt te verklaren: (2)

A
  1. Mensenrechten in de Nederlandse samenleving spelen een uiterst belangrijke rol. Veel van deze rechten zijn terug te vinden in de Grondwet, maar door het toetsingsverbod mag hier niet aan getoetst worden -> art. 93-94 Gw stelt hem wél in staat dit te toetsen aan een ieder verbindende bepalingen - zoals de rechten neergelegd in het EVRM.
  2. De Straatsburgse jurisprudentie zorgt ervoor dat het Verdrag steeds bij de tijd blijft, dit vraagt alertheid en inspanning om het Nederlandse recht up-to-date te houden, maar is zo óók een voortdurende uitnodiging om te blijven nadenken over de kwaliteit van ons recht.
42
Q

Raad van Europa

A
  • Raad van Europa (1949) = mensenrechten (EVRM)
  • 46 lidstaten -> zwitserland, verenigd koninkrijk (niet in europese unie maar nog steeds in raad van europa), oekraine, ijsland, turkije. Naast Belarus en Rusland zit elk land uit Europa in Raad van Europa.
  • Straatsburg
  • EHRM
43
Q

Europese Unie

A
  • Europese Unie (1951) = economie (kolen en staal)
  • 27 lidstaten (NL, Polen, zweden)
  • Brussel
  • Euro (ECB) (monetaire samenwerking)
  • Schengen
  • Erasmus-uitwisseling
  • Hof van Justitie; Luxemburg

> Samenwerkingen ontstonden na WOII, door gebrek aan mensenrechten en slechte economie/puin.

44
Q

Ontvankelijkheidsvereisten art. 34

A

Art. 34 EVRM
- Klacht van natuurlijk persoon (een ieder), NGO of groep personen
- Tegen een verdragspartij (lidstaat), kunnen er één of meer zijn
- Moet gaan om rechten die door het EVRM zijn beschermd; bijv. folterverbod, dwangarbeid
- Je moet zelf slachtoffer zijn

> (klein percentage, ong. 6% die aan deze vereisten voldoet)

45
Q

Ontvankelijkheidsvereisten art. 35

A

Art. 35 EVRM
- Alle nationale rechtsmiddelen moeten zijn uitgeput (je moet dus eerst tot het hoogste instrument in het land zelf geweest zijn, hoge raad, tot dat je kan beroepen naar het EHRM; in het land waar je verblijft)
- Binnen vier maanden ingediend
- Niet anoniem -> Blondje
- Geen herhaling zijn van klachten (als eerder uitspraak is gedaan dan kan de nationale rechter zich hier aan houden en bijv. zelfde schadevergoeding geven)
- Niet afgedaan als ‘kennelijk ongegrond’; klacht komt niet overeen met het recht waarop je je beroept -> Schuitemaker
- Geen ‘wezenlijk nadeel’ -> gaat om bedragen of verkeersboetes (niet echt nadeel met geld)