voc p60-61 Flashcards

1
Q

l’acide (m)

A

het zuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

l’angle (m)

A

de hoek (wiskundig)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

le champ électromagnétique

A

het elektromagnetisch veld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

le chercheur

A

de onderzoeker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

le compas

A

passer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

le liquide

A

de vloeistof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

le mammifère

A

zoogdier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

le noyau

A

kern

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

le périmètre

A

omtrek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

le problème

A

(hier): het vraagstuk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

le récipient

A

de kom, de bak, het recipiënt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

het zuur

A

l’acide (m)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

de hoek (wiskundig)

A

l’angle (m)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

het elektromagnetisch veld

A

le champ électromagnétique

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

de onderzoeker

A

le chercheur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

de passer

A

le compas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

de vloeistof

A

le liquide

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

het zoogdier

A

le mammifère

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

de kern

A

le noyau

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

de omtrek

A

le périmètre

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

(hier) het vraagstuk

A

le problème

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

de kom, de bak, het recipiënt

A

le récipient

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

l’aire (f)

A

de oppervlakte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

la base

A

de base

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
la boussole
kompas
26
la cellule
de cel
27
la courbe
de kromme, de bocht, de curve
28
l'éprouvette (f)
de proefbuis
29
l'équation (f)
de vergelijking
30
l'équerre (f)
de geodriehoek
31
l'expérience (f)
het experiment, de proef
32
la gravité
de zwaartekracht
33
l'innovation (f)
de vernieuwing
34
la physique
de fysica
35
la pipette
de pipet
36
la pression (atmosphérique)
de (lucht)druk
37
la surface
het oppervlak
38
de oppervlakte
l'aire (f)
39
de base
la base
40
de cel
la cellule
41
de kromme, de bocht, de cuve
la courbe
42
de proefbuis
l'éprouvette (f)
43
het kompas
la boussole
44
de vergelijking
l'équation (f)
45
de geodriehoek
l'équerre
46
het experiment, de proef
l'expérience (f)
47
de zwaartekracht
la gravité
48
de vernieuwing
l'innovation (f)
49
fysica
la physique
50
de pipet
la pipette
51
de (luch)druk
la pression (atmosphérique)
52
het oppervlak
la surface
53
calculer
berekenen
54
concevoir
bedenken, ontwerpen
55
(se) dissoudre
oplossen (in een vloeistof)
56
prouver
bewijzen
57
tracer
trekken, tekenen
58
tremper
onderdompelen
59
berekenen
calculer
60
bedenken, ontwerpen
concevoir
61
oplossen (in een vloeistof)
(se) dissoudre
62
bewijzen
prouver
63
trekken, tekenen
tracer
64
onderdompelen
tremper
65
chimique
chemisch
66
conducteur
geleidend
67
creux
hol
68
gonflable
oplosbaar
69
héréditaire
erfelijk
70
parallèle
evenwijdig
71
perpétuel
eeuwig, voortdurend
72
scientifique
wetenschappelijk
73
à ras bord
vol (tot aan de rand)
74
exercer une force
een kracht uitoefenen
75
chemisch
chimique
76
geleidend
conducteur
77
hol
creux
78
oplosbaar
gonflable
79
erfelijke
héréditaire
80
evenwijdig
parallèle
81
eeuwig, voortdurend
perpétuel
82
wetenschappelijk
scientifique
83
vol (tot aan de rand)
à ras bord
84
een kracht uitoefenen
exercer une force
85
le coin
de hoek (niet wiskundig)
86
résoudre
oplossen (een probleem)
87
le physique
het uiterlijk
88
de hoek (niet wiskundig)
le coin
89
oplossen (een probleem)
résoudre
90
het uiterlijk
le physique