Verlichting (18e eeuw) Flashcards
Rationalisme
Een filosofische stroming waarin de rede de enige of voornaamste bron van kennis is. Werkelijkheid bevat inherente redelijke en logische structuur die vanwege dit feit ook direct door het verstand gelezen kan worden zonder enige tussenkomst van iets anders dan het denken zelf. Dit in tegenstelling tot stelsels die voornamelijk op openbaring of traditie gebaseerd zijn of tot stelsels die de ervaring aanduiden als voornaamste kennisbron (empirisme). Voorbeeld van rationalist: Rene Descartes.
René Descartes (1596-1650) legde, vanuit de uitspraak cogito ergo sum, ‘ik denk dus ik ben’, de volle zwaarte van de menselijke kennis in de ratio, de menselijke geest.
Cogito ergo sum
Cogito ergo sum (Ik denk, dus ik ben) is een filosofische stelling van René Descartes, die een belangrijk element werd van de westerse filosofie. Descartes kwam tot zijn stelling in het werk Principia Philosophiae uit 1644. Descartes legde volle zwaarte van de menselijke kennis in de ratio.
Deductie
Redeneringen vanuit onomstotelijke waarheden. Is een methode in de filosofie en in de logica, waarbij een gevolgtrekking wordt gemaakt uit het algemene naar het bijzondere - van de algemene regel (major-premisse) naar de bijzondere regel (minor-premisse) of waar de verzameling van premissen en de negatie van de conclusie inconsistent zijn.
Inductie
De ons omringende werkelijkheid, de empirie, verschaft ons de eerste mogelijkheid tot kennen.
Dit uitgangspunt leidt tot het empirisme, waarin de zoektocht naar de waarheid moet beginnen bij experimenteel onderzoek. De verschijnselen zoals die zich aandienen, moeten in kaders worden geplaatst om algemene waarheden vast te kunnen stellen.
Fysico-theologie
Wetenschap die wetenschap en geloof wist te verzoenen.
Ars rethorica is…
Leer van de welsprekendheid, waaronder later ook de manier van schrijven werd verstaan die op redelijkheid en overtuiging is gericht.
De wijze waarop een tekst dient te worden opgebouwd krijgt grote aandacht in de retorica. Ideale vorm heeft vijf elementen:
Ars rethorica bestaat uit (noem 7 elementen)
- Exordium
- Narratio
- Propositio
- Argumentatio
- Peroratio
- Elocutio
- Decorum
Exordium
- opening
- heeft als taak toehoorder voor zaak te interesseren (emoties spelen rol)
Narratio
- inleiding
- heeft de functie de zaak voor het publiek zo gunstig mogelijk voor te stellen (emoties spelen rol)
Propositio en partitio
de stellingname en de indeling van de erop volgende argumenten
Argumentatio
- argumentatie
- voors en tegens in een overzichtelijke samenstelling
Peroratio
afsluiting
Elocutio
versiering; hieraan herkende men de kwaliteit van de schrijver. Deze betrof de woorkeus. De zinsopbouw en het gebruik van beeldspraak en stijlfiguren.
Decorum
- stijldeugd; de tekst moest van een talig hoge kwaliteit zijn
Reisverhaal
prozagenre dat in de verlichting op grote belangstelling kon rekenen.
Men kon wegdromen naar een mogelijke wereld die ergens ver weg zou kunnen bestaan zonder de gebreken van de eigen maatschappij.