TT 19/20 Flashcards

1
Q

lagen van cortex cerebellum

A

moleculaire laag
monolayer met purkinjecellen
korrellaag
witte stof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat doet clarkes nucleus

A

Clarke’s nucleus stuurt proprioceptieve informatie naar het cerebellum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

MSA klachten

A
  • Erectie en mictieproblemen
    • Slikproblemen
    • Valneiging
    • Effect van levodopa niet optimaal
      gestoorde koorddansgangen
      gestoorde houdingsreflexen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bromocriptine

A

veroorzaakt misselijkheid en braken via D2 in het maagdarmkanaal en de chemoreceptortriggerzone.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bijwerkingen D2-agonisten

A
  • Misselijkheid en braken
    • Hypotensie
    • Hallucinaties
      Verwardheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Bij parkinson is D2 agonist goeie
maar

A
  • Geef wel een anti-braakmiddel zoals domperidon
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

spinocerebelaire ataxie veroorzaakt door

A

CAG-repeat in CACNA2A-gen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

ataxie links = laesie waar?

A

linker cerebellum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

vormen van ataxie

A

sensorisch
- proef Romberg gaat fout
- kan worden gefixt door visuele info
cerebellair
- bad
Friedreich
- juveniel
- oogafwijkingen
- EPS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Ataxie testen

A
  • Top neus
    • Top top
    • Knie hak
    • Romberg
      Sensorische ataxie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

De presynaptische cel geeft de neurotransmitter ?? (1) af wat bindt aan de ?? (2) receptor. Deze receptor laat vervolgens calcium door, maar doet dat alleen indien de post-synaptische membraan op dat moment gedepolariseerd is.
Calcium activeert het enzym ?? (3) dat zichzelf en andere eiwitten fosforyleert. Er worden daardoor meer ?? (4) receptoren in de membraan gezet waardoor er meer ?? (5) influx mogelijk is en de kans op een ?? (6) toeneemt. Hierdoor is de synaptische verbinding dus effectief sterker geworden.

A

glutamaat
NDMA
CAM kinase
AMPA
natrium
actiepotentiaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Het NPO kan ingezet worden om

A
  • vast te stellen of er sprake is van cognitieve stoornissen.
    • te bepalen welke vorm van dementie het meest waarschijnlijk onderliggend is.
      te bepalen of de achteruitgang in het cognitief functioneren past bij normale veroudering of niet.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wanneer is een angstrespons pathologisch

A

Als na een angstprikkel de angstrespons te lang aanhoudt (1p) of te intens is (1p), of als de angstrespons optreedt zonder angstprikkel (1p

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

catecholamine afbraak door

A

mono-amine-oxidase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

waardoor kunnen toxische lithium concentraties ontstaan

A

auto-intoxicatie
nierfunctiestoornis
sterk verlies zout/vocht
co-meds

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

socratische dialoog

A

vragen stellen om de patiënt zelf te laten ontdekken (1p) waar zijn denkfouten (1p) zitten.

17
Q

Wat is het kernprobleem bij dyslexie? (2p)

A

Het fonologisch bewustzijn (de klank-/tekenkoppeling).

18
Q

Welk symptoom pleit meer voor een manie dan voor een hypomanie?

A

duidelijke beperking in het sociale functioneren

19
Q

Schizo behandeling volgorde

A
  • Olanzapine
    • Haloperidol
    • Clozapine
      ECT
20
Q

Noem de vier hoofdcategorieën van gedrag van een normoverschrijdend-gedragsstoornis

A
  • agressie jegens mensen en dieren
  • vernieling van eigendommen
  • leugenachtigheid of diefstal
  • ernstige overtredingen van regels
21
Q

Corticosteroïden bij pijn na bestraling botmetastase

A

effectief

22
Q

Noem drie anatomische structuren die betrokken zijn bij centraal neuropathische pijn

A

de dorsale hoorn van het ruggenmerg, de thalamus, de insula, de somatosensibele hersenschors

23
Q

triptanen bij migrigri

A
  • Goedkoop
    • Overgebruik leidt tot hoofdpijn
      Geeft vasoconstrictie
24
Q

Welke tumor geeft zelden leptomeningeale metastasen?

A

Baarmoederhals

25
Q

ect bd en hf

A

tijdens stimulus: bd en hf laag
vlak na stimulus: bd en hf veel hoger

26
Q

Voor alle psychiatrische stoornissen die in de peripartumperiode optreden,

A

gelden dezelfde onderliggende mechanismen als daarbuiten.