Toets T19, Jaartallen Flashcards

1
Q

1050

A

Begin bevolkingsgroei Europa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

1050-1384

A

gewesten olv Duitse keizers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

1300

A

Vlaanderen/ Brabant economisch zwaartepunt van de NL/ Brugge

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

1302

A

Guldensporenslag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

1384-1482

A

NL olv Bourgondische hertogen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

14e eeuw (1300)

A

Opkomst Moderne Devotie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

1464

A

Oprichting Staten-Generaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

1482-1581

A

Nederlandse Gewesten olv Habsburgse keizers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

1515

A

Karel V heer der Nederlanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

1543

A

Karel V heer v. volledige Nederlanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

1517

A

Luther spijkert 95 stellingen op kerkdeur Wittenberg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

1521

A

Rijksdag Worms

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

1531

A

Oprichting Collaterale Raden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

1549

A

Pragmatieke Sanctie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

1550

A

Bloedplakkaten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

1555

A

Filips II volgt Karel V op

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

1566

A

Smeekschrift der edelen + beeldenstorm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

1567

A

Komst Alva in de Nederlanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

1576

A

Pacificatie van Gent

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

1579

A

Unie van Utrecht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

1581

A

Plakkaat van Verlatinghe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

1581-1795

A

Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

1585

A

Spanjaarden nemen Antwerpen in

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

1588

A

Oprichting Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

1602

A

Oprichting VOC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

1618-1648

A

Dertigjarige Oorlog

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

1621

A

Oprichting WIC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

1648

A

Vrede van Munster, Spanje erkent de Nederlanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

1650-1672

A

Eerste stadhouderloze tijdperk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

1651

A

Engelse Acte van Navigatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

1661

A

Lodewijk XIV absolute vorst Frankrijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

1672

A

Rampjaar / einde Gouden Eeuw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Begin bevolkingsgroei Europa

A

1050

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Nederlandse gewesten olv Duitse keizers

A

1050-1384

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Vlaanderen en Brabant economisch zwaartepunt van de NL/Brugge

A

+-1300

36
Q

Guldensporenslag

A

1302

37
Q

Nederlands gewesten olv Bourgondische hertogen

A

1384-1482

38
Q

Opkomst Moderne Devotie

A

14e eeuw (1300)

39
Q

Oprichting Staten-Generaal

A

1464

40
Q

Nederlandse Gewesten olv Habsburgse keizers

A

1482-1581

41
Q

Karel V heer der Nederlanden

A

1515

42
Q

Karel V heer van volledige Nederlanden

A

1543

43
Q

Luther spijkert 95 stellingen op kerkdeur Wittenberg

A

1517

44
Q

Rijksdag in Worms

A

1521

45
Q

Oprichting Collaterale Raden

A

1531

46
Q

Pragmatieke Sanctie

A

1549

47
Q

Bloedplakkaten

A

1550

48
Q

Filips II volgt Karel V op

A

1555

49
Q

Smeekschrift der edelen + Beeldenstorm

A

1566

50
Q

Komst Alva in Nederlanden

A

1567

51
Q

Pacificatie van Gent

A

1576

52
Q

Unie van Utrecht

A

1579

53
Q

Plakkaat van Verlatinghe

A

1581

54
Q

De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden

A

1581-1795

55
Q

Spanjaarden nemen Antwerpen in

A

1585

56
Q

Oprichten Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden

A

1588

57
Q

Oprichting VOC

A

1602

58
Q

Dertigjarige Oorlog

A

1618-1648

59
Q

Oprichting WIC

A

1621

60
Q

Vrede van Munster, Spanje erkent Republiek

A

1648

61
Q

Eerste Stadhouderloze tijdperk

A

1650-1672

62
Q

Engelse Acte van Navigatie

A

1651

63
Q

Lodewijk XIV wordt absolute vorst

A

1661

64
Q

Rampjaar / einde Gouden Eeuw

A

1672

65
Q

Karel de Grote

A

747/748-814

66
Q

Koning Filips II van Frankrijk

A

1285-1314

67
Q

Graaf van Vlaanderen Gwijde van Dampierre

A

1226-1305

68
Q

Filips de Goede

A

1419-1467

69
Q

Maximiliaan van Oostenrijk

A

1459-1519

70
Q

Karel V

A

1500-1558

71
Q

Filips II

A

1527-1598

72
Q

Hertog van Alva

A

1507-1582

73
Q

Willem van Oranje

A

1533-1584

74
Q

Maarten Luther

A

1483-1546

75
Q

Johannes Calvijn

A

1509-1564

76
Q

Desiderius Erasmus

A

1466-1536

77
Q

Rembrandt van Rijn

A

1606-1669

78
Q

Lodewijk XIV

A

1638-1715

79
Q

Raadspensionaris Johan de Witt

A

1625-1672

80
Q

Stadhouder Willem III

A

1650-1702

81
Q

Pragmatieke Sanctie (betekenis)

A

De Nederlanden werden ondeelbaar

82
Q

Staat (betekenis)

A

Gebied met duidelijke grenzen en centraal bestuur

83
Q

Centralisatie (Betekenis)

A

Bestuur vanuit 1 plaats met overal dezelfde wetten en belastingen

84
Q

Collaterale Raden (betekenis)

A

Centraal adviesorgaan, geeft advies over binnen- en buitenlandse politiek + belastingen

85
Q

Bloedplakkaten (betekenis)

A

Wet om protestanten te vervolgen, om eenheid van geloof te creëren.

86
Q

Particularisme

A

Steden willen zo veel mogelijk autonomie, en dus geen centralisatie

87
Q

Bonum Commune

A

Stadsburgers dragen zelf zorg voor het welzijn van de inwoners van de stad