Thema 4: Rugklachten Flashcards

1
Q

Kiemschijf bestaat uit (4)

A

Endoderm
Mesoderm
Ectoderm
Somieten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Endoderm vormt uiteindelijk:

A

Spijsverteringsstelsel + andere inwendige organen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Mesoderm vormt uiteindelijk:

A

Bloed, skelet, spieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Ectoderm vormt uiteindelijk:

A

Zenuwen, hersenen, huid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Na 14 dagen ontstaat er vanuit het ectoderm een groeve + verdikking. Dit is de …

A

Neurale plaat/lijst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Neurulatie =

A

Neurale plaat vormt zich in de neurale buis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

De neurale buis sluit van …
Gaat het onder fout? Ziektebeeld …
Gaat het boven fout? Ziekte beeld …

A

Binnenuit
Spina bifida
Anencefalie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Zijn neuronen in staat om te delen?

A

Nee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Een neuron bestaat uit: (3)

A

Cellichaam (perikaryon)
Dendrieten
Axon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Dendrieten

A

Onderdeel van neuron, geleiden prikkels naar cellichaam toe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Axon

A

Onderdeel van neuron, stuurt signaal van de cel af

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Gliacellen functie

A

Steun en voeding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

4 soorten gliacellen

A

Astrocyt
Oligodendrocyt
Microgliacellen
Ependymcellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

De gliacellen in het perifeer zenuwstelsel noemen we de:

A

Cellen van Schwann (myelineschede)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

De gliacellen in het centraal zenuwstelsel noemen we de:

A

Oligodendrocyten (myelineschedes)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Myeline zorgt voor …
Myeline heeft een … kleur
Cellichaam heeft een … kleur

A

Isolatie, bescherming, versnelling
Witte
Grijze

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Hoe noem je de ruimtes tussen de myelinescheden/cellen van Schwann in?

A

Insnoeringen van Ranvier, signaal ‘springt’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Prikkeloverdracht van cel naar cel gaat via …

A

Neurotransmitters

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Efferent

A

Afvoerend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Afferente baansysteem gaat omhoog/omlaag
Efferente baansysteem gaat omhoog/omlaag

A

Afferent omhoog
Efferent omlaag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Motorische banen: directe corticospinale banen
Dit wordt ook wel … genoemd.
Hoe loopt deze?

A

Piramidebaan
Cortex (CMN) -> ventrale voorhoorn ruggenmerg (PMN) -> spier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Waar in de hersenen bevindt zich de primaire motorische cortex?

A

Gyrus precentralis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Waar in de hersenen bevindt zich de primaire somatosensorische cortex?

A

Gyrus postcentralis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Gnostische sensibiliteit (baan, dorsaal)
Functie + route

A

Functie: fijne tast, bewegingszin, positiezin, vibratiezin
Route via 3 neuronen! Spinale ganglion -> kruist bij medulla oblongata -> thalamus -> cortex (mechanoreceptoren)

25
Q

Vitale sensibiliteit (baan, anterolateraal)
Functie + route

A

Functie: pijn, temperatuur, grove tast
Route via 3 neuronen! Spinale ganglion -> ruggenmerg (kruist direct bij binnenkomst) -> thalamus -> cortex (nocireceptoren)

26
Q

Hoe werkt de reflexboog?
Wat gebeurt er bij onderbreking van de reflexboog?

A

Bypass d.m.v. directe verbinding of interneuron
Bij onderbreking: geen of lage reflexen

27
Q

Het CZS heeft een … werking op de reflexboog
Wat gebeurt er bij verbreking CMN?

A

Remmende
Verbreking: hyperreflexie

28
Q

Symptomen uitval centraal motorisch neuron (5)

A

Verlamming
Tonusverhoging
Hyperreflexie
Pathologische reflexen
Geen atrofie (ander CMN neemt over)

29
Q

Symptomen uitval perifeer motorisch neuron (4)

A

Verlamming
Hypotonie
Uitval reflexen
Atrofie

30
Q

Aan de dorsale zijde van de kiemschijf ontstaat een staaf, hoe heet deze? En wat vormt deze uiteindelijk?

A

Notochord, vormt de tussenwervelschijven (nucleus pulposis)

31
Q

De wervelkolom wordt embryologisch gevormd vanuit

A

Somiet mesoderm

32
Q

Er komt een fibreuze ring om notochord heen, dit is de …

A

Annulus fibrosus
Bevat veel eiwitten en suikers -> trekt vocht aan

33
Q

Een normale wervelkolom heeft een:
Cervicale ..
Thoracale ..
Lumbale ..
Sacrale ..

A

Lordose
Kyfose
Lordose
Kyfose

34
Q

scoliose

A

Kromming naar lateraal

35
Q

Pijlerconcept (driehoeksstructuur) bevat 1 voorste zuil en 2 achterste zuilen. Dit zijn:

A

Voorste zuil 1x = wervellichamen, tussenwervelschijven, ligamenten
Achterste zuilen 2x = wervelbogen + facetgewrichten

36
Q

Wat is onder andere de functie van de facetgewrichten?

A

Beperken de beweging op elk niveau anders

37
Q

Hoeveel wervels heeft de cervicale, thoracale en lumbale wervelkolom?

A

CWK 7
TWK 12
LWK 5

38
Q

Triple joint complex bestaat uit:

A

Discus intervertebralis + 2 facetgewrichten

39
Q

De processus spinosus bij cervicale wervels is …

A

Gevorkt/gespleten

40
Q

Bindweefselplaten (4)

A

Ligamentum longitudinale antior
Ligamentum longitudinale posterior
Ligamentum flavum
Ligamentum interspinosis

41
Q

Welke bindweefselplaat zorgt ervoor dat we niet zover achterover kunnen?

A

Ligamentum longitudiale anterior

42
Q

Waarom ontstaat een HNP vaak dorsolateraal?

A

Ligamentum longitudinale posterior is kleiner dan anterior

43
Q

Paardenstaart wordt ook wel … en is …

A

Cauda equina
Uitlopers van zenuwen

44
Q

Laatste stukje ruggenmerg wordt ook wel .. genoemd en zit bij niveau ..

A

Conus medullaris/terminalis
L1

45
Q

Oorzaken LRS (5)

A

HNP
Tumor
Bloeding
Spondylolisthesis
Radiculitis

46
Q

Een hernia (HNP) =

A

Compressie zenuwwortel door discusherniatie

47
Q

Wat is een sekwester?

A

Vrij liggend deel (stukje nucleus pulposis)

48
Q

Wortel S1
Pijn: …
Sensibiliteit: …
Kracht: …
Reflexen: …

A

Pijn: dorsale zijde been, laterale voetrand
Sensibiliteit: verminderd laterale voetrand
Kracht: niet meer op tenen kunnen lopen
Reflexen: APR laag of afwezig

49
Q

Wortel L5

Pijn: …
Sensibiliteit: …
Kracht: …
Reflexen: …

A

Pijn: laterale zijde been
Sensibiliteit: verminderd laterale zijde kuit, kruising voetrand naar grote teen
Kracht: niet meer op hakken kunnen lopen
Reflexen: geen afwijkingen

50
Q

Wortel L4

Pijn: …
Sensibiliteit: …
Kracht: …
Reflexen: …

A

Pijn: m.n. bovenbeen, straalt wat door aan laterale zijde
Sensibiliteit: verminderd mediale zijde bovenbeen tot aan mediale malleolus
Kracht: extensie knie (been strekken)
Reflexen: KPR laag of afwezig

51
Q

Wortelrekkingsproeven (3)

A

Proef van Lasegue (straight leg raise) 30-70 graden
Omgekeerde proef Lasegue
Vinger vloer afstand (VVA)

52
Q

Wanneer je bij de proef van Lasegue dorsaal flexie van de voet doet heet dit..

A

Bragard’s sign

53
Q

Wanneer je bij de proef van Lasegue de kin op de borst doet dan noem je dit …

A

Neri’s sign

54
Q

Lage rugpijn: CT of MRI bij (3)

A

Aanwijzingen ernstige oorzaak
Cauda equina syndroom
Indicatie operatief ingrijpen

55
Q

Beleid HNP <6-8 weken

A

Voorlichting, conservatief, pijnstilling, geen aanvullend onderzoek

56
Q

Beleid HNP >6-8 weken

A

Afwegen conservatief of operatief, herstel na 1 jr

57
Q

Spondylitis ankylopoetica =

A

Chronische ontstekingsreactie axiale skelet (schedel, ruggenmerg, ribben)

58
Q

Wat is kenmerkend voor Bechterew? Daarbij ontstaat er soms …

A

Bamboo spine (gebogen en niet flexibele rug door fusie van wervels, tussenwervelschijven verdwijnen)
Soms oog ontsteking