Thema 2; Voortplanting Flashcards

1
Q

Van welk soort weefsel is de uterus gemaakt?

A

Glad spierweefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Van welk soort weefsel is de cervix gemaakt?

A

Bindweefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de rol van progesteron tijdens de baring?

A
  1. Remming van contracties
  2. Bij mensen aanwezig bij partus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Corticotrophin releasing hormone (CRH)

A

Geproduceerd door placenta
Stijging gedurende zwangerschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de maternale effecten van CRH?

A

CRH heeft een positieve terugkoppeling op de hypofyse die ACTH produceert. ACTH heeft een positief effect op de bijnier, waardoor cortisol wordt vrijgegeven. Coristol heeft een positief effect op de placenta die CRH produceert.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de foetale effecten van CRH?

A

CRH heeft een positieve terugkoppeling op de hypofyse die ACTH produceert. ACTH heeft een positief effect op de bijnier, waardoor cortisol wordt vrijgegeven. Coristol heeft een positief effect op de placenta die CRH produceert.

CRH heeft effect op de rijping van de longen en toename van surfactant.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de rol van prostaglandines gedurende de bevalling?

A

Geproduceerd door decidua (en placenta)
Gestimuleerd door surfactant in de longen van foetus.

Prostaglandines stimuleren metalloprosteases in vlies, hierdoor breken de vliezen. Het breken van de vliezen zorgt voor verwerken van de cervix, waardoor de cervix zich opent. Als gevolg laat de decidua (endometriumlaag van uterus tijdens zwangerschap) los van cervix, wat de productie van prostaglandines activeert.

Prostaglandines worden gebruikt bij inleiding van een onrijpe cervix en bij het vroeg afbreken van de zwangerschap (abortus)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Oxytocine

A

Geproduceerd door de adenohypofyse
Receptoren nemen 50x zoveel toe bij begin baring
Voor uitdrijving en nageboorte tijdperk.

Werking bij aanmaken moedermelk, knuffel hormoon, liefde en trouw en bevordert sociale band.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Op welk moment van de dag vindt voornamelijk natuurlijke inductie plaats? En kunstmatige inductie?

A

Natuurlijke inductie vindt vaak ‘s nachts plaats, hierdoor wordt het kind vroeg in de ochtend geboren.

Kunstmatige inductie vindt vaak plaats in de ochtend, vanwege de afspraak in het ziekenhuis/verloskundige. De geboorte vindt dan normaal gesproken ‘s middags plaats.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de verschillende onderdelen van de baring?

A

1e tijdperk; ontsluitingsfase
2e tijdperk; uitdrijvingsfase
3e tijdperk; nageboorte tijdperk
4e tijdperk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de verandering in het myometrium bij de baring?

A
  1. Meer contractiliteit
    • meer calium influx
  2. Makkelijk te prikkelen
    • lager voltage verschil (drempelwaarde)
    • meer oxytocine receptoren
  3. Meer connectie tussen cellen
    • meer gap junctions (+ connexine 43)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoeveel primordiale follikels zijn er bij een menstruele cyclus?

A

Bij een menstruale cyclus zijn er ongeveer 400 primordiale follikels
Hieruit wordt 1 follikel dominant en vindt een eisprong bij plaats

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Folliculaire fase (proliferating) van de menstruele cyclus

A

Granulosa cellen delen zich en produceren oestradiol

Op een gegeven moment gaat deling van granulosa cellen door zonder stimulatie door FSH, aangezien oestradiol en negatief effect heeft op FSH na dat een follikel dominant geworden is. Dit voorkomt meerdere eisprongen.

Folliculaire fase is dus tot het dominant worden van 1 follikel, waarbij oestradiol geproduceerd wordt en uiteindelijk FSH geremd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is het ovulatieproces van de menstruele cyclus?

A

De drempelwaarde van oestradiol wordt bereikt; positieve feedback op afgifte LH. Dit is de start van het ovulatieproces.

  1. Granulosa cellen gaan naast oestradiol ook progesteron produceren
  2. Reductiedeling in eicel gaat verder
  3. Eicel wand van eiblaasje (omgeven door granulosacellen) laats los
  4. Prostaglandines en complimentensysteem worden gestimuleerd, waardoor een gat in de wand van de follikel ontstaan
    • eisprong vindt plaats
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Luteale fase (secretoir) van de menstruele cyclus

A

Achtergebleven granulosa cellen produceren nog steeds progesteron. Progesteron heeft negatieve feedback op LH, zodat er geen nieuwe eisprong plaatsvindt.
De luteale fase duurt vast 14 dagen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat gebeurt er als er geen zwangerschap plaatsvindt?

A

Er wordt geen humaan choriongonadotrofine (HCG) signaal gestuurd vanuit de embryo naar het gele lichaam. Hierdoor verdwijnt het gele lichaam. Progesteron (voor implantatie) productie stopt, waardoor de arteriën zich terugtrekken.

Prostaglandines zetten myometrium aan tot contractie, wat leidt tot de menstruatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Oligomenorroe

A

Weinig maandelijks bloeden
Onregelmatige cyclus >35 dagen, <6 maanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Amenorroe

A

Niet maandelijks bloeden
Geen cyclus >6 maanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

WHO I anovulatie

A

Centraal niveau:
Geen FSH en LH productie (direct vanuit hypofyse)
Doordat gondotrofines laag zijn is er geen follikelrijping, hierdoor wordt geen oestradiol geproduceerd.

Oorzaak o.a. ondergewicht, duursport, congenital
Behandeling met GnRH pomp of FSH/LH toedienen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Gondotrofines

A

FSH en LH

21
Q

WHO II anovulatie

A

Disbalans in hypothalamus-hypofyse-ovarium as

Er is wel FSH/LH productie, maar niet toereikend voor follikelrijping. Grootste deel is minder anovulatoire vrouwen (85%).

Oorzaken vnl overgewicht, pcos
Behandeling; anti-oestrogenen, aromataseremmers of FSH-injecties.

22
Q

WHO III anovulatie

A

Op ovarium niveau

Er is geen follikelrijping, waardoor er geen oestradiol geproduceerd wordt. Hierdoor vindt geen negatieve feedback van oestradiol plaats op FSH.
Er dus een verhoogde FSH concentratie

Oorzaken menopauze/poi
Behandeling bij toch zwanger willen worden is eiceldonatie

23
Q

Rol hypothalamus bij voortplanting

A

GnRH produceren

24
Q

Rol adenohypofyse tijdens voortplanting

A

FSH en LH produceren

25
Q

Granulosacellen

A

Rondom eicel, produceren oestradiol en na eisprong progesteron

Zetten testosteron om in oestradiol

26
Q

Wat is de frequentie van het GnRH-signaal van hypothalamus?

A

In folliculaire fase 1 impuls per 90 minuten
In luteale fase 1 impuls per 2 uur

27
Q

Theca cellen

A

In ovarium rondom eicel.
Zetten cholesterol om in testosteron

28
Q

Testiculaire sertoli-cellen (steroidgenese)

A

Onder invloed van FSH
Produceren o.a. inhibine
- remt FSH
Spelen een belangrijke rol bij spermatogenese

29
Q

Leydig-cellen

A

Onder invloed van LH
Produceren testosteron
Testosteron speelt rol bij spermatogenese
- remt GnRH productie

30
Q

Spermatogenese

A
  1. Mitose
  2. Meiose
  3. Spermiogenese; differentiatie tot rijpe zaadcel
31
Q

Hoelang duurt een spermatogenese cyclus?

A

70 dagen
Dagelijks 200 miljoen zaadcellen geproduceerd

32
Q

Hoe wordt een IVF punctie regulier uitgevoerd?

A

Het ovarium wordt trans-vaginaal aangeprikt
(Minste schade)

33
Q

Een patient die bij een analyse azoospermie blijkt te hebben, gebruikt sportsupplementen met testosteron. Welke uitslag bij hormonaal onderzoek m.b.t. gonadotrofinen zal gevonden worden?

A

FSH is verlaagd, LH is verlaagd

Testosteron remt namelijk FSH productie (negatieve terugkoppeling) en in mindere mate LH

34
Q

Wanneer vindt naar verwachting de ovulatie plaats bij een vrouw met een regulaire cyclus van 32 dagen?

A

Cyclusdag 18

Luteale fase vindt is standaard 14 dagen. Aan het einde van de luteale fase vindt de eisprong plaats.

35
Q

Welk advies wordt er gegeven aan een vrouw met WHO II anovulatie door overgewicht?

A

Als eerste om af te vallen, wat kans geeft op een spontane eisprong.
Als tweede stap wordt letrozol voorgeschreven. Letrozol remt de oestradiol vorming, waardoor indirect follikel groei wordt gestimuleerd. Minder oestradiol geeft namelijk minder remming op FSH, waardoor follikelrijping wordt gestimuleerd. Letrozol is een tablet en is daardoor gemakkelijk in te nemen.

36
Q

Wat is de invloed van prolactine bij de man?

A

Prolactine heeft remmend effect op afgifte GnRH, hierdoor wordt de vorming van FSH en LH geremd. Beide zijn belangrijk voor spermatogenese.

37
Q

Wat is de kans op ovulatie bij oligomenorroe in tegenstelling tot een regelmatige cyclus?

A

Bij oligomenorroe is de kans op ovulatie minder dan 25%.
Bij een regelmatige cyclus is de kans op ovulatie hoger dan 95%

38
Q

Wanneer is er sprake van een regelmatige cyclus?

A

Als de cyclus tussen de 25 tot 35 dagen duurt

39
Q

Progesteron

A

Wordt geproduceerd na de eisprong door granulosacellen
Progesteron houdt de baarmoederwand goed voor innesteling, dit is het secretoire endometrium

40
Q

Wat is het verschil tussen primaire en secundaire oligomenorroe?

A

Primaire oligomenorroe is als de vrouw vanaf het begin van haar allereerste menstruatie een onregelmatige menstruatie heeft.

41
Q

Oestradiol

A

Geproduceerd door granulosacellen
Zorgt voor groei van het baarmoederslijmvlies

Remt door negatieve feedback de productie van FSH en LH, zodat er maar 1 dominant follikel ontstaat of meerdere eisprongen

42
Q

Welke hormonen zitten in de anticonceptie pil?

A

Progesteron en oestrogeen.

Progesteron is het werkzame hormoon, er vindt namelijk remming van LH plaats waardoor er geen eisprong kan plaatsvinden.

Oestrogeen zit in de pil om lichte opbouw van baarmoederslijmvlies te hebben. Zonder oestrogeen heb je een hogere kans op doorbraakbloedingen of onregelmatige bloedingen.

43
Q

Invloed van SRY bij embryologische ontwikkeling

A

Het SRY gen bepaald bij het XY chromoon hoe genitaal zich ontwikkeld. Bij XX speelt de afwezigheid van het SRY gen dus een rol.

44
Q

In welk geslacht persisteren de gangen van muller en bij welke gangen van Wolff, bij embryonale ontwikkeling.

A

Bij vrouwelijkste foetus ontwikkelen de gangen van Müller zich tot eileiders, baarmoeder, cervix en het bovenste deel van de vagina

Bij mannelijkste foetus ontwikkelen de gangen van Wolff zich tot de epididymes, vasa deferentia en vasa seminales

45
Q

Wat is de volgorde van de vaten richting de uterus/vagina vanuit de aorta?

A
  1. Aorta abdominalis
  2. Illiaca communis
  3. Illiaca interna
  4. Arteria uterine/ovarica
46
Q

Wat zijn de ligamenten van de uterus/ovaria?

A
  1. Ligamentum latum (broad ligament)
    • een dubbelblad dat zowel de voorkant als zijkant van de uterus bedekt, en een groot gedeelte van de tubes
    • Bevat a. uterina en de anastomoses tussen de twee arteriën
  2. Lig. Ovarium proprium
    • Verbinding van ovarium met de uterus
    • Bevat geen bloedvaten
  3. Lig. Suspensorium
    • Verbinding ovarium met de bekkenwand
    • Bevat a. ovarica
  4. Lig. Rotundum
    • Vanaf de bovenkant van uterus naar de voorste buikwand door het lieskanaal
    • Bevat geen bloedvaten
47
Q

Welke arterie kruist de ureter richting de blaas?

A

De ureter kruist de a. uterina vrijwel altijd onder langs

48
Q

Waardoor is er een verhoogde kans op obstipatie tijdens de zwangerschap?

A

Tijdens de zwangerschap is er een verhoging van progesteron. Progesteron veroorzaakt een vertraagde darmpassage. Hierdoor wordt er meer vocht onttrokken aan de feces. Dit is dus geen anatomische verklaring