Thema 2 Verminderde nierfunctie Flashcards
Vies bloed naar de glomerulus toe via vas …
Afferens
Schoon bloed van de glomerulus af via vas …
Efferens
Interstitium + tubulus heet ook wel
Tubulo-interstitieel
Filtrerend oppervlak glomerulus: 3 lagen
Capillairwand
Basaalmembraan
Podocyten (= extracapillair laagje)
Het glomerulaire capillaire kluwen is omhuld door de ruimte van …
Bowman
Nefron bestaat uit 2 onderdelen
Glomerulus
Tubulus
Weg vanaf glomerulus naar papil (totaal 6 onderdelen)
Glomerulus
Proximale tubulus
Lis van Henle
Distale tubulus
Verzamelbuis
Papil
Lis van henle bestaat uit:
… been (… en … deel)
… been (… en … deel)
Dalend been (dik en dun deel)
Stijgend been (dun en dik deel)
De distale tubulus bestaat uit 2 delen
Recht deel
Gekronkeld deel
De distale tubulus loopt tussen …. door. Dit heet het … met …
De distale tubulus loopt tussen efferente en afferente vat eigen glomerulus door. Dit heet het juxtaglomerulaire apparaat met macula densa.
Calyx
Kelken (urinewegen)
Pyelum
Bekken (urinewegen)
Ureter
Urineleider (urinewegen)
Vesica urinaria
Blaas (urinewegen)
Urethra
Plasbuis (urinewegen)
Ongeveer …% van de cardiac output stroomt door de nieren
20
Factoren die de glomerulaire filtratie bepalen (4)
Kenmerken filtrerend membraan (oppervlakte, lading)
Kenmerken deeltjes (grootte, lading)
Bloedflow
Netto hydrostatische en osmotische krachten
Hydrostatische druk glomerulus = kracht glomerulus in/uit?
Uit
Hydrostatische druk ruimte van Bowman = kracht glomerulus in/uit?
In
COD = kracht glomerulus in/uit?
In
Netto kracht glomerulus in/uit? is 10mmHg
Uit
Constrictie en dilatatie van vas afferens en/of vas efferens
bepaalt hydrostatische druk in de glomerulus. Dit kan via 5 manieren:
Autoregulatie
Tubuloglomerulaire feedback
Endocrien
Autonoom zenuwstelsel
Medicijnen
Constrictie en dilatatie van vas afferens en/of vas efferens via autoregulatie. Hoe werkt dit?
Kleine bloeddruk veranderingen worden opgevangen door de vaatwand zelf: hoge druk geeft constrictie, lage druk geeft dilatatie
Constrictie en dilatatie van vas afferens en/of vas efferens via tubuloglomerulaire feedback. Hoe werkt dit?
Juxtaglomerulaire apparaat signaleert te weinig of te veel tubulaire flow (als flow laag: dilatatie vas afferens)
Constrictie en dilatatie van vas afferens en/of vas efferens via endocrien. Twee voorbeelden.
RAAS (productie renine in juxtaglomerulaire cellen)
ANP
Constrictie en dilatatie van vas afferens en/of vas efferens via autonoom zenuwstelsel. Hoe werkt dit?
Sympathicusactivatie: afferente constrictie
Proximale tubulus: 65% van het … wordt actief teruggeresorbeerd uit de tubili (komt dus weer in de circulatie) en 65% van het … wordt passief teruggeresorbeerd.
Zout
Water
Wat gebeurt er in het dikke deel stijgende been van Lis van Henle?
Is impermeabel voor water en meeste elektrolyten, actief transport van NaCl van tubulus naar interstitium (reabsorptie). NaCl gaat dus de tubulus uit.
Wat gebeurt er in het dunne deel dalende been van de Lis van Henle?
Vrijwel impermeabel voor elektrolyten. Is permeabel voor water (passief transport). H2O gaat dus de tubulus uit.
De … (capillair) gaat langs de lis van Henle tegen de richting flow tubulus in. Deel van teruggeresorbeerde zout en water komen terug in de …
Vasa recta
Circulatie
De osmolariteit is onderin de bocht tussen beide ‘benen’ van Lis van Henle heel hoog/laag?
Hoog
3 belangrijke punten Lis van Henle:
- biedt mogelijkheid om urine …
- effectieve reabsorptie van …
- … in niermerg maakt … reabsorptie vanuit de … oiv … mogelijk
Biedt mogelijkheid om urine verdund of geconcentreerd te maken
Effectieve reabsorptie van water en zouten
Osmotische gradient in niermerg maakt water reabsorptie vanuit de verzamelbuizen oiv ADh mogelijk
Wat gebeurt er met de flow en de druk bij afferente constrictie? Wanneer gebeurt dit?
Flow laag
Druk laag
NSAID’s, sympathicus activatie (‘autonome regulatie’)
Wat gebeurt er met de flow en de druk bij afferente dilatatie? Wanneer gebeurt dit?
Flow hoog
Druk hoog
Vaatverwijders zoals ca blokkers, dopamine, ANP (‘endocriene regulatie’), prostaglandines, tubulo-glomerulaire feedback
Wat gebeurt er met de flow en de druk bij efferente constrictie? Wanneer gebeurt dit?
Flow laag
Druk hoog
Angiotensine 2 (‘endocriene regulatie’), ANP (‘endocriene regulatie’)
Wat gebeurt er met de flow en de druk bij efferente dilatatie? Wanneer gebeurt dit?
Flow hoog
Druk laag
RAAS inhibitie, zoals ACE remmers en ARB’s
Excretie =
Filtratie + secretie - reabsorptie
Wat doet de macula densa? (2)
Signaleert weinig of te veel flow in de tubulus
Signaleert weinig of te veel natrium in de tubulus
Wat doet angiotensine II op de nier? (2)
Constrictie vas efferens (en afferens): minder flow maar hogere druk in glomerulus
Stimuleert Na terugresorptie in de proximale tubulus, dikke stijgende deel lis van Henle, distale tubulus en verzamelbuis
Wat doet aldosteron op de nier?
Natrium terugresorptie en kalium secretie in de verzamelbuis
Wanneer wordt ADH geproduceerd? (3)
Baroreceptoren signaleren ondervulling
Osmoreceptoren signaleren stijging osmolariteit (meestal hypernatriemie)
RAAS stimulatie bij ondervulling/lage RR
Waar wordt ADH geproduceerd?
Hypofyse achterkwab
Wat doet ADH?
Water terugresorptie in distale tubulus en verzamelbuis door openen waterkanaaltjes: diffusie van H2O door concentratie gradient
Wat doen de natriuretische peptiden ANP en BNP? (4)
Remming juxtaglomerulair apparaat
Remming aldosteron productie
Remming ADH productie
Dilatatie vas afferens, contractie vas efferens
Definitie homeostase
Actief handhaven van stabiele en optimale omstandigheden in het interne milieu van het lichaam (kost energie!)
Homeostase via 3 manieren
Autoregulatie
Neurologische regulatie
Endocrinologische regulatie
Homeostase via autoregulatie. Werking?
De cel of het orgaan signaleert zelf een verandering en reageert daar lokaal op
Homeostase via neurologische regulatie. Hoe?
Het zenuwstelsel reageert met een zenuwactie, dit werkt snel (sec) en duurt kort, dit is meestal het autonome zenuwstelsel.
Homeostase via endocrinologische regulatie. Hoe?
Een endocrinologisch orgaan reageert met productie van hormonen, dit werkt langzamer, maar heeft ook langer effect
Formule concentratie
Hoeveelheid stoffen / volume
1 mol natrium is meer/evenveel/minder? deeltjes als 1 mol chloor, het gewicht is hetzelfde/anders?
Evenveel
Anders
Spontane verdeling van deeltjes, van omgeving met hogere concentratie naar omgeving met lagere concentratie tot het concentratieverschil verdwenen is
Diffusie
Snelheid diffusie is afhankelijk van (4)
Concentratieverschil
Temperatuur (hoe warmer hoe sneller)
Afstand en oppervlakte
Molecuulgrootte
Transport over membranen op 3 manieren
Passief transport
Transportpompen
Vorming van blaasjes
Passief transport passief =
Diffusie met concentratiegradient mee
Passief transport actief =
Gefaciliteerde diffusie door carrier eiwit (kanaaltje, poortje)
Transportpompen gaan vaak tegen de … in en kosten …
Concentratiegradient
Energie (ATP)
Vorming van blaasjes de cel in
Endocytose
Vorming van blaasjes de cel uit
Exocytose
Kost transport over membraan via vorming van blaasjes energie?
Ja
(Cel-)membraan dat doorlaatbaar is voor sommige, maar niet alle stoffen
Semipermeabel membraan
Transport over een semipermeabel membraan gaat vaak beter bij: (3)
Kleine deeltjes
Geen elektrische lading
Groot concentratieverschil
Diffusie van water over semipermeabel membraan (dat doorlaatbaar is voor water)
Osmose
Waterkanalen in membraan
Aquaporines
Wat is de osmolariteit?
Totale concentratie van in water opgeloste osmotisch actieve deeltjes die niet door het semipermeabele membraan heen kunnen
Water gaat naar de kant met de laagste/hoogste? osmolariteit
Hoogste
Albumine is positief/negatief? geladen en trekt de … kant van water aan. Albumine kan wel/niet? door de capillairwand. Hierdoor ontstaat …
Negatief
Positieve
Osmose
Colloid osmotische druk (COD) =
Drukgradient veroorzaakt door het verschil in osmolariteit door eiwitten die niet door het membraan kunnen
Deeltjes kunnen neutraal, negatief of positief geladen zijn. Aantal protonen = aantal elektronen:
Neutraal
Deeltjes kunnen neutraal, negatief of positief geladen zijn. Aantal protonen > aantal elektronen:
Positief
Deeltjes kunnen neutraal, negatief of positief geladen zijn. Aantal protonen < aantal elektronen:
Negatief
Positieve deeltjes
Kationen
Negatieve deeltjes
Anionen
Vochthuishouding: drie compartimenten
Intracellulair volume (ICV)
Extracellulair volume (ECV)
Bloedvolume (BV) - overlapt met bovenstaande
Intracellulair volume bevat
Volume in de cellen inclusief volume van bloedcellen
Extra cellulair volume bevat
Interstitieel vloeistof + plasma volume
Bloedvolume bevat
Volume van de bloedcellen + plasmavolume
Er zitten twee barrieres tussen bloed en celinhoud. Welke?
Capillairwand
Celmembraan
Capillair: COD zorgt ervoor dat water het bloedvat … gaat, de hydrostatische druk zorgt er echter voor dat water het bloedvat … gaat.
In
Uit
Water beweegt vrij over ICV/ECV/BV?
ECV en ICV
Natrium blijft (vooral) in ICV/ECV/BV?
ECV
Kalium blijft (vooral) in ICV/ECV/BV?
ICV
Osmolariteit in … en … is gelijk (ICV/ECV/BV?)
ECV en ICV
Osmolariteit formule
2x [Na] + [glucose] + [ureum] in plasma
Normale osmolariteit is ongeveer …
280 mmol/l
Wat gebeurt er wanneer je 5L NaCl 0,9% (=1400 mmol) toedient aan een patient met het volume en de osmolariteit in ECV en ICV? En klinisch?
ECV: volume neemt toe, osmolariteit blijft gelijk
ICV: volume blijft gelijk, osmolariteit blijft gelijk
Klinisch: oedeem, hartfalen
Wat gebeurt er wanneer je 5L water toedient aan een patient met het volume en de osmolariteit in ECV en ICV? En klinisch?
ECV: volume neemt toe, osmolariteit neemt af
ICV: volume neemt toe, osmolariteit neemt af
Klinisch: oedeem, cellen knappen kapot
Wat gebeurt er wanneer je 1400 mmol NaCl toedient aan een patient met het volume en de osmolariteit in ECV en ICV? En klinisch?
ECV: volume neemt toe, osmolariteit neemt toe
ICV: volume neemt af, osmolariteit neemt toe
Klinisch: oedeem, cellen verschrompelen
… liter bloed per dag door renale arteriën
… liter filtraat per dag in glomeruli
… liter urine per dag aan einde proximale tubili
… liter urine per dag bij aanvang distale tubili
… liter urine per dag aan einde distale tubili
… liter urine per dag aan het einde van de ductus collingens (verzamelbuis)
1500
180
60
20
10
1,5
Doel zout- en waterhuishouding (3)
In stand houden intra- en extracellulaire volume
Juiste bloeddruk
Juiste osmolaliteit
Totaal lichaamswater = … x lichaamsgewicht kg
0,6
Totaal lichaamswater: hoeveel extracellulair/intracellulair? En van extracellulair, hoeveel intravasculair/extravasculair?
1/3 extracellulair
-> 1/4 intravasculair
-> 3/4 extravasculair
2/3 intracellulair
Intracellulaire volume wordt bepaald door … en …
Kalium en organische fosfaatesters (ATP, creatininefosfaat, fosfolipiden)
Extracellulair volume wordt bepaald door …, … en …
Na+, Cl- en HCO3-
Filtratie, secretie en resorptie: dalende deel is permeabel voor … en weinig permeabel voor … en …
Water
NaCl en ureum
Filtratie, secretie en resorptie: stijgende deel is alleen permeabel voor … en niet permeabel voor … en …
NaCl
Water en ureum
Natrium homeostase is primair voor regulatie van …
Water homeostase is primair voor regulatie van …
Vulling
Osmolaliteit (= hoeveelheid opgeloste deeltjes)
Osmoreceptorcellen in hypothalamus sturen signalen naar de hypofyse om … af te geven (wateruitscheiding) of zorgen voor … (waterinname)
ADH
Dorst
Normaal osmolaliteit serum
280 - 295 mOsmol/kg
Berekenen osmolaliteit
2x [Na] + 2x [K] + glucose + ureum
Normaalwaarde natrium
135-145 mmol
Normaalwaarde kalium
3.5-5 mmol
Hyponatriëmie oorzaken fysiologisch (3)
DM
Hoog glucose
Andere osmotisch actieve deeltjes: alcohol, glycolaat
Hyponatriëmie oorzaken uitscheiding verhoogd (2)
Diuretica
Addison disease (verlies aldosteron)
Hyponatriëmie oorzaken water toename (6)
Verhoogde intake water, polydipsie
Nierinsufficiëntie (slechte klaring)
SIADH
Levercirrose
Nefrotisch syndroom
Decompensatio cordis
Bij hyponatriëmie snel corrigeren: zout geven, wat gebeurt er?
Trekt water weg vanuit de hersenen -> demyelinisatie
Hypernatriëmie oorzaken (6)
Verminderde water inname
Centraal of nefrogene diabetes insipidus (water verlies door ADH)
Verhoogde water uitscheiding (braken, diarree, zweten etc.)
Verhoogde natrium retentie: hyperaldosteronisme
Verhoogde natrium retentie: syndroom van Cushing (aldosteron productie)
Verhoogde natrium inname intoxicatie (zeldzaam)
Bij hypernatriëmie: hypertone/veel natrium in het bloed. Wat gebeurt er met de hersenen? En wat gebeurt er bij snel corrigeren (vocht geven)?
Water trekt uit hersenen, hersenen gaan snel elektrolyten verzamelen en langzaam ook organische osmolieten verzamelen. Bij snel corrigeren -> in hersenen blijft het hoog, dus water aanzuigen -> oedeemvorming hersenen
Indicaties bepalen kalium (6)
Hartritmestoornissen / ECG afwijkingen
Spierzwakte en hypertonie
Chronische diarree
Controle bij diuretica gebruik
Nierfalen
Storingen zuur-base huishouding
Oorzaken hypokaliëmie (7)
Verminderde intake
Alkalose
Diarree of stoma
Verlies door nier bijv. diuretica gebruik
Dialyse
Hyperaldosteronisme (uitwisseling Na tegen K)
Insuline overmaat (opname in de cellen)
Oorzaken hyperkaliëmie (7)
Acidose
Acuut celverval
Insuline tekort (verminderde opname in de cellen)
Nierfalen
Hypoaldosteronisme
Kalium sparende diuretica
Massale rode bloedceltransfusie
Normaalwaarde chloride
96-107 mmol/L
Oorzaken hyperchloremie (4)
Dehydratie
Suppletie
Metabole acidose met normaal anion gap
Respiratoire alkalose, HCO3- uitscheiding als compensatie leidt tot Cl- opname
Oorzaken hypochloremie (3)
Te lage intake
Overmatig zoutverlies
Intestinaal Cl- verlies door braken
Normaalwaarde anion gap
8-16 mmol/L
Formule berekenen anion gap
[na+] - ([cl-] + [HCO3-])
Wat is cortisol voor een corticoid? Wat doet het onder andere (2)?
Glucocorticoid
Remming afweer, stijging glucose
Wat is aldosteron voor corticoid? Wat doet het onder andere (2)?
Mineralocorticoid
Natrium-en zoutretentie, uitscheiden kalium
Te weinig cortisol =
Addison
Te veel cortisol =
Cushing
Acute effecten van cortisol: reactie op stressvolle situatie (5)
Verhoging glucose
Verhoging catabolisme
Remming groeihormoon
Bewustzijn
Remming/regulatie afweer
Biologische beschikbaarheid corticosteroiden (na absorptie en na first pass effect)
Na absorptie = 80%
Na first pass effect = 50%
Bij langdurig corticosteroiden maken de bijnieren onvoldoende cortisol, daarom altijd afgebouwd worden en toediening extra corticosteroiden bij ‘stress’ (stress-schema). Welke patienten komen hiervoor in aanmerking? (2)
Altijd bij bewezen nierinsufficientie
Nu >3weken >20mg/dag prednison (of equivalent)
3 hormonen van de nieren
Erytropoetine (EPO)
Renine
Vitamine D
Wanneer wordt EPO geproduceerd in de nier?
Hypoxemie
Wanneer wordt renine geproduceerd in de nier?
Daling tubulusflow
Wat doet vitamine D (3)?
- Verhoogt opname calcium en fosfaat in de darm
- Verlaging uitscheiding calcium nier
- Verlaging vorming PTH in bijschildklieren
Wat geeft vitamine D deficientie voor symptomen? (2)
Hypocalciemie
Hyperparathyreoidie
Zuur base formule
H+ + (HCO3)- <-> H2CO3 <-> H2O + CO2
[H+] verhoogd = pH … = acidose/alkalose?
Verlaagd
Acidose
[H+] verlaagd = pH … = acidose/alkalose
Verhoogd
Alkalose
Wat doet de proximale tubulus met HCO3- en H+? (2)
HCO3- reabsorptie
H+ secretie
Wat is de GFR (Glomerulair Filtration Rate)?
Glomerulair filtraat (pre-urine) in ml/min
Kreatinine wordt geproduceerd door … en vrijwel volledig geklaard door …
Spieren
Glomeruli
Wat is het nadeel van plasma kreatinine (vs kreatinineklaring)?
Bij daling nierfunctie stijgt kreatinine logaritmisch, is afhankelijk van veel factoren. Hier corrigeer je voor als je en kreatinineklaring doet.
Sommige middelen remmen secretie van kreatinine, hierdoor stijgt plasma kreatinine en lijkt het of de nierfunctie is gedaald. Noem 2 voorbeelden.
Cotrimoxazol
Cimetidine
Wat is de eGFR?
Noem 5 aandachtspunten
Schatting van de GFR met kreatinine, leeftijd, geslacht.
Interpretatie blijft nodig, want:
- Gaat nog altijd uit van kreatinine
Invloed door bijzondere lichaamsbouw/activiteit/spiermassa
Invloed door dieet en medicatie
- Niet gevalideerd bij leeftijd <18jr
- Niet gevalideerd bij andere kleur dan wit of zwart
- Bij afrikaanse achtergrond vermenigvuldigen met 1,157
- Aanpassen aan sexe
Wat zou je, naast kreatinine en kreatinineklaring, bij twijfel ook nog kunnen meten?
Cystatine C in bloed
Wanneer spreek je van acute nierschade?
- Stijging [kreat] >50% in een week of stijging plasma [kreat] > 26.5 umol/l
- al of niet met urineproductie <0.5 ml/kg/uur
Wanneer spreek je van chronische nierschade?
- > 3 maanden
- GFR >90 ml/min met proteinurie en/of sedimentsafwijkingen (stadium 1)
- GFR <90 ml/min (stadium 2-5)
Acute prerenale nierschade wordt veroorzaakt door
Verminderde doorbloeding van de nier
(hypovolemie, hypotensie, verminderd effectief circulerend volume, acute vasculaire schade nier bv nierinfarct)
Verloop prerenale nierschade in 3 stappen:
1. …: de GFR …
2. …: de GFR …
3. …
Duur: …
Vaak …
… fase bij herstel - of gevolg van te veel vullen?
- Compensatie: de GFR blijft bewaard
- Decompensatie: de GFR daalt
- Acute tubulusnecrose (ATN) -> oorzaken prerenaal of toxinen
Duur 0-6 weken
Vaak oligurie/anurie
Polyure fase bij herstel - of gevolg van te veel vullen?
Hoe kom je er achter of er sprake is van een prerenale nierinsufficientie of ATN?
Prerenale nierinsufficientie: laag natrium in urine (RAAS)
ATN: hoog natrium in urine (door tubulusdisfunctie)
Behandeling prerenale nierschade/ATN (6)
- Behandelen/wegnemen oorzaak
- Herstel effectief circulerend volume
- Correctie metabole complicaties
- Dieet (zout+kalium+eiwit+vocht beperking)
- Aanpassing medicatie/toedieningen (nefrotoxische middelen zoals ACE-remmers, NSAID’s, contrastmiddelen)
- Evt. dialyse/ultrafiltratie
Acute postrenale nierschade wordt veroorzaakt door
Afvloedbelemmering
(Prostaatvergroting, urolithiasis, acute nierschade bij hydronefrose)
Wat is urolithiasis?
Gevolg van te hoge concentraties stoffen in de urine door metabole afwijkingen/dieet, vaak combinatie. Stoffen slaan neer als stenen.
Renale aandoeningen kunnen zich op 4 locaties bevinden. Noem deze.
Vaatjes
Glomeruli
Tubuli
Interstitium
Wat voor lab vraag je in ieder geval aan bij nierziekten? (Bloed + urine)
Laboratorium
- Kreatinine, eGFR
- Na, K
- Albumine
- Ca, fosfaat
- Bicarbonaat
- Hb
Urine
- sediment (ery’s, leuko’s, celcylinders, dysmorfe ery’s)
- albuminurie / proteinurie
- natrium
- kreatinineklaring
Welk aanvullend onderzoek doe je vrijwel altijd bij nierziekte?
Echo abdomen
Hoe hoger [H+], hoe … pH, hoe zuurder de oplossing = …
Hoe lager [H+], hoe … pH, hoe alkalischer (basischer) de oplossing = …
Hoe hoger [H+], hoe lager pH, hoe zuurder de oplossing = acidose
Hoe lager [H+], hoe hoger pH, hoe alkalischer (basischer) de oplossing = alkalose
Meer zuur is evenwicht naar rechts/links?
Alkalischer is evenwicht naar rechts/links?
Meer zuur is evenwicht naar rechts.
Alkalischer is evenwicht naar links.
Metabole acidose -> respiratoire compensatie
pH …, pCO2 …, HCO3- …, pO2 …
Metabole acidose -> respiratoire compensatie (uitblazen CO2)
pH laag, pCO2 laag, HCO3- laag, pO2 hoog
Metabole alkalose -> respiratoire compensatie
PH …, pCO2 …, HCO3- …, pO2 …
Metabole alkalose -> respiratoire compensatie (minder uitblazen CO2)
PH hoog, pCO2 hoog, HCO3- hoog, pO2 gelijk of laag
Respiratoire acidose -> metabole compensatie
pH …, pCO2 …, HCO3- …, pO2 …
Respiratoire acidose -> metabole compensatie (meer H+ uitscheiden, meer HCO3- vasthouden)
pH laag, pCO2 hoog, HCO3- hoog, pO2 laag
Respiratoire alkalose
PH …, pCO2 …, HCO3- …, pO2 …
Respiratoire alkalose
PH hoog, pCO2 laag, HCO3- laag, pO2 hoog
Acute Tubulus Necrose meestal prerenale/renale/postrenale oorzaak?
Acute Tubulus Necrose meestal prerenale oorzaak, maar kan ook toxinen.
Hoe weet je het verschil tussen pre-renale nierinsufficientie en ATN?
Pre-renale nierinsufficientie: laag natrium in urine (RAAS)
ATN: hoog natrium in urine (oa door tubulusdisfunctie)
Grootste verschil nefrotisch syndroom vs nefritisch syndroom
Nefrotisch syndroom = proteinurie >3g/dag (normale nierfunctie)
Nefritisch syndroom = proteinurie <3g/dag (chronische nierschade)
Criteria chronische nierschade (CNS)
> 3maanden
- eGFR <60ml/min/.73m2 en/of
- Proteinurie/albuminurie
Dus niet acute nierschade. Maar hoe weet je dat? Herhalen!
1 week: daalt het verder?
3 maanden: is het chronisch?
Urine: Erytrocyturie
… aandoening> vaak microscopische erytrocyturie
… aandoening> vaak macroscopische erytrocyturie
Urine: Erytrocyturie
Glomerulaire aandoening> vaak microscopische erytrocyturie
Urologische aandoening> vaak macroscopische erytrocyturie
Wat doet het AKR (albumine/kreatinine ratio)?
Corrigeert voor concentratieverschillen gedurende de dag
Behandeling CNS (6)
Bloeddrukregulatie (RAAS inhibitie)
Zoutbeperking
Eiwitbeperking
Behandeling acidose
Stop roken
Glucoseregulatie bij DM
Oorzaken hypertensie bij CNS (4) + behandelingen
RAAS stimulatie (RAAS inhibitie -> ACE-remmer/ARB)
Zout- en waterretentie (diuretica, zoutbeperking)
Sympathische activatie (betablokkade)
Vaatverkalking (vaatverwijders -> calciumantagonisten)
Hoe komt het dat een ACE remmer/ARB nefroprotectief is?
Verminderde druk in glomerulus door dilatatie efferent vat. Korte termijn ‘daling nierfunctie’, lange termijn bescherming nierfunctie.
Nierfunctievervanging kiezen als eGFR< …
20