Thema 2 Gynaecologische aandoeningen Flashcards
Chronische pijn
Pijn bestaat >3-6 maanden, heeft zijn waarschuwende functie verloren en rol van weefselschade is niet altijd duidelijk
Chronische buikpijn gynaecologisch DD (5)
Endometriose
Uterus myomatosus
Ovarium cysten
Prolaps/overactiviteit
Pelvic congestion syndroom
Chronic Pelvic Pain (CPP) prevalentie
Vrouwen 20-49 jaar: 15%
Klachten endometriose (3)
Pijn
- Dysmenorroe
- Dyspareunie
- Buikpijn
- Dysurie / pijnlijke defecatie
Bloedverlies
- Rectaal
- Haematurie
- (Haemoptoe)
Infertiliteit
Behandeling endometriose (4)
Niet te genezen
Pijnstilling
Hormonale cyclusonderdrukking
Chirurgie
- Laparoscopie (adhesiolysis/cystectomie)
- Laparotomie
- Sanerende chirurgie
Complicaties van gynaecologische operaties
Korte termijn (3)
Lange termijn (2)
Korte termijn
Bloeding
Laesies darm/blaas/ureter/buikwand
Infectie
Lange termijn
Adhesies
Effecten van laesies
Uterus myomatosus =
Vleesbomen
Overactieve bekkenbodem belangrijke oorzaak van …
Chronische buikpijn
Uterus myomatosus gaat uit van het …
Myometrium
Klachten uterus myomatosus (3)
Hevige menstruaties
Buikpijn
Asymptomatisch
Kan vascularisatieproblemen geven
Klachten overactieve bekkenbodem (8)
Pijn in onderbuik, age rug en bekkenbodem
Pijn hoger in buik of rug
Overactieve blaas
Incontinentie
Terugkerende blaasontstekingen
Pijn bij het vrijen
Obstipatie / evacuatiestoornissen
Fssuurtjes / aambeien
Oorzaak: vraag naar negatieve seksuele ervaringen
Pelvic congestion syndroom =
Varicosis (spataderen) pelviene vaten
Classificatie gynaecologische tumoren volgens …
FIGO
Bepalen stagering gynaecologische tumoren middels (2)
Chirurgisch: vulva, endometrium en ovarium
Klinisch en radiologisch: cervix
Vulvacarcinoom
Klachten (4)
Onderzoek (2)
Aanvullend onderzoek (1)
Klachten:
- Pruritus (jeuk)
- Branderigheid
- Zwelling
- Pijn (laat)
Onderzoek
- Biopsie
- Cervixcytologie
Aanvullend onderzoek
- x-thorax, echo liezen, evt CT-scan of MRI
Meest voorkomende gynaecologische tumor
Endometriumcarcinoom
Endometriucarcinoom risicofactor
overgewicht (oestrogeen productie in vetcellen, continue gestimuleerd endometrium)
75% postmenopauzaal
Symptomen, diagnostiek en therapie endometriumcarcinoom
Symptomen: postmenopauzaal bloedverlies
Diagnostiek: pipelle / hysteroscopie
Therapie: lap hyesterectomie (laag stadium)
Ovariumcarcinoom, erfelijke component?
10-15% erfelijke component (BRCA genmutatie)
Aanvulling Anouk: erfelijke ovariumcarcinoom hoeft niet alleen brca te zijn. Er zijn meerdere erfelijke tumorsyndromen waarbij ovariumcarcinoom kan voorkomen. Brca is wel de meerderheid.
Wel gyneaecologische tumor is de ‘silent killler’?
ovariumcarcinoom
Diagnostiek ovariumcarcinoom
Lab
Echo abdomen / CT thx-abd
Therapie ovariumcarcinoom (3)
Altijd gecombineerde behandeling
Chirurgie
- debulking laparatomie
- stadiering laparotomie/scopie
Interval debulking
- na 3 kuren neo-adjuvante chemotherapie (evt met HIPEC)
Chemotherapie
- carboplatine + paclitaxcel (adjucant/neo-adjuvant/intraperitoneaal/HIPEC)
Klachten premaligne afwijkingen cervix (3)
Meestal geen klachten
Soms
- Contactbloedingen
- Intermenstrueel bloedverlies
- Fluorklachten
Indicaties en classificatie cervix cytologie
Indicaties
- Screening (bevolkingsonderzoek NL, 30 tm 60 jaar in NL, elke 5 jaar uitstrijk tot 2017, nu eerst hoogrisico HPV test)
- Op indicatie (klachten)
Classificatie
- Papanioulaou (PAP) classificatie
- KOPAC classificatie
Epitheel cervix
Endocervix (binnenbekleding, cylinder epitheel)
Ectocervix (buitenbekleding, plaveiesel epitheel)
Colposcopie =
Microscopisch onderzoek cervix
Beoordelen transformatiezone (SCJ)
Aankleuren (azijnzuur, lugol)
Cervical Intra-epitheliale Neopie (CIN) =
histologische classificatie na biopt
CIN I: lichte dysplasie
CIN II: matige dysplasie
CIN III: ernstige dysplasie
Behandeling CIN I, II, III
CIN I: expectatief, follow-up
CIN II: lis excisie transformatiezone, laser, (expectatief)
CIN III: lis excisie transformatiezone, laser, conisatie
Welk carcinoom is HPV gerelateerd?
Cervixcarcinoom (high risk HPV gerelateerd)
Symptomen cervixcarcinoom lage stadia (3) en hoge stadia (4)
Symptomen lage stadia
- Abnormaal bloedverlies
- Fluorklachten
- Contactbloedingen
Symptomen hoge stadia
- Symptomen lage stadia
- Mictie / def klachten
- Pijn: rug, flank, onderbuik, been
- Lymfoedeem
Diagnose cervixcarcinoom middels (3)
Afwijkende uitstrijk / portio
Colposcopie (evt.)
Biopt voor pathologie
Onderzoek in narcose (hoge stadia) met radiotherapie en/of cystoscopie
Tegenwoordig MRI-scan voor onderscheid stadium.
Lab. Bij hoog stadium X-thorax, PET-scan op indicatie
Lymfklier metastasering cervixcarcinoom
eerst naar liezen/bekkenbodemklieren, daarna naar para-orthaal via iliaca traject naar iliaca klieren
Trachelectomie
Vaginale / abdominale operatie, baarmoeder sparend. Laparoscopische klierdissectie. Bij vrouwen met kinderwens. Permanente cerclage aanleggen. Bevallen moet dan per sectio.
Klachten bij cyclusstoornis
- Oligomenorroe = …
- amenorroe primair / secundair = …
Oligomenorroe (cyclus tussen 35dgn-6mnd duur)
Amenorroe
Primair / secundair (>6 maanden niet gemenstrueerd, maar dit ooit wel gedaan)
Klachten abnormaal bloedverlies kan onderverdeeld worden in : (5)
hevig menstrueel bloedverlies - Regulair
Irregulair bloedverlies - Niet cyclisch
Intermenstrureel bloedverlies
Post coitaal bloedverlies
postmenopauzaal bloedverlies
Abnormaal bloedverlies afkapwaarde =
120ml per dag
Oorzaken abnormaal bloedverlies (9)
Uterus
- Myomen
- Poliepen
- Maligniteit
- Koper IUD
Anovulatie
- Metrorrhagie des vierges (veel bloedverlies bij jonge mensen, nog geen ovulatie maar al wel bloedverlies)
- PCOS
- Perimenopauzaal
Coagulopathie
Medicatie
Functies bekkenbodem (2)
Steun geven aan de inwendige organen
Verlies van urine en ontlasting tegengaan
Kind, urine, ontlasting laten passeren
Coitus mogelijk maken
Levator ani bestaat uit (3)
Puborectalis
Pubococcygeus
Iliococcygeus
Stress urine incontinentie (SUI) =
Ongewild urineverlies wanneer de druk in de blaas boven de maximale urethrale afsluitdruk komt in afwezigheid van detrusoractiviteit
Intra-abdominale drukverhoging: hoesten/springen/niezen/sporten
Diagnostisch proces stress urine incontinentie (4)
Anamnese/vragenlijst
Mictiedagboek
Gynaecologisch onderzoek
Uroflowmetrie en bladderscan (hoeveelheid urine, kracht van de straal, residu)
Behandeling stress urine incontinentie (2)
Bekkenfysiotherapie
Operatie
Urge incontinentie =
Urine-incontinentie die samengaat met of direct wordt voorafgegaan door een plotselinge onbedwingbare aandrang om te plassen
Diagnostisch proces urge-incontinentie (5)
Anamnese / vragenlijst
Mictiedagboek
Gynaecologisch onderzoek
Flowmetrie en bladderscan
Urodynamische onderzoek
Behandeling urge incontinentie (4)
Blaastraining (guarding reflex) door bekkenfysiotherapeut
Medicatie (antimuscarinica bv Vesicare en beta-3-adrenoceptor-agonist bv Betmiga)
PTNS: percutaneous tibial nerve stimulation
Botox injecties
Soorten prolaps (5)
Vagina voorwandprolaps: cystocele (blaasverzakking)
Vagina achterwandprolaps: rectocele (dikke darmverzakking), enterocele (dunne darmverzakking)
Middelste compartiment: descensus uteri (baarmoederverzakking), vaginatop prolaps
Symptomen verzakking (7)
Balgevoel
Trekkend gevoel in buik of rug
Moeizame mictie
Residu gevoel (blaasontstekingen)
Incontinentie
Incomplete lediging bij defecatie
Digitale ondersteuning
POP-Q =
Pelvic Organ Prolapse Quantification system
0 = geen prolaps
1 = diepste punt proximaal van 1cm voor hymen
2 = diepste punt tussen 1cm voor en 1cm voorbij hymen
3 = diepste punt distaal 1cm voorbij hypen, maar minder dan (TVL-2cm)
4 = diepste punt voorbij (TVL-2cm)
Behandeling prolaps (3)
Alleen bij klachten!
Bekkenfysiotherapie bij laag stadium
Pessarium
Operatie (niet bij kinderwens)
Te aangespannen bekkenbodemspier kan o.a. zorgen voor: (4)
Onvoldoende kunnen uitplassen -> recidiverende UWI’s
Vaker moeten plassen
Obstructieve defecatie / obstipatie
Pijn bij geslachtsgemeenschap
Risico’s op bekkenbodemschade (3)
Vaginaal bevallen
Leeftijd
Zwaar werk (soms)
Humaan Papilloma Virus
Meer dan … HPV types, lifetime kans op besmetting …%.
…% verdwijnen zonder cervixafwijking en …% persisterende infectie.
Cervixcarcinoom is zelfdzame complicatie van een HPV infectie. Oncogene typen = … en …. Niet oncogene … en … (genitale wratten).
Humaan Papilloma Virus.
Meer dan 100 HPV types, lifetime kans op besmetting 90-100%, 80% verdwijnen zonder cervixafwijking en 20% persisterende infectie.
Cervixcarcinoom is zelfdzame complicatie van een HPV infectie.
Oncogene typen = 16 en 18. Niet oncogene 6 en 11 (genitale wratten).
Cervixcarcinoom laag stadium I = FIGO stadium …
Therapie? (4)
FIGO stadium IA1 en 1A2, diagnose enkel microscopisch gesteld en max invasie = <5mm
Therapie
- Conisatie
- Lymfeklieren op indicatie
- Trachelectomie
- Hysterectomie
Cervixcarcinoom laag stadium II = FIGO stadium ….
Therapie? (2)
FIGO stadium IB1, 1B2, kleine IIA. Beperkt tot de cervix en <4cm, beperkt tot proximale vagina
Therapie
- Standaard = radicale hysterectomie + pelviene lymfadenopathie bdz
- Optioneel = trachelectomie + lap pelviene lymfadenopathie bij tumoren <2cm en kinderwens (stadium IB1), evt radiotherapie of chemoradiatie
Trachelectomie =
Baarmoeder sparende operatie, vaginaal of abdominaal, bij jonge vrouwen met kinderwens. Vaak + laparoscopische klierdissectie.
Cervixcarcinoom hoog stadium = FIGO stadium …
Therapie (2)
FIGO stadium IB3, bulky 2A en 2B - IVA
Therapie
- standaard = chemoradiatie
- optioneel: radioherapie + hyperthermie, neo-adjuvante chemotherapie, alleen radiotherapie, palliatieve therapie
Prognose cervixcarcinoom 5 jaarsoverleving stadium I, II, III en IV?
I = 90%
II = 70%
III = 37%
IV = 18%
DD intermenstrueel en post coitaal bloedverlies (7)
Cervix
-> Chlamydia: AB (azitromycine of doxycycline)
-> Maligniteit
-> Ectropion: expectatief (cryocoagulatie/lisexcisie)
Uterus
-> Endometriumatrofie: pilstop
-> Endometriumpoliep: hysteroscopische resectie
-> Niche = onderbreking myometrium tpv sectio litteken
-> Asherman
… geeft GnRH af aan … en oiv hiervan maakt … LH (stimulatie corpus lutium) en FSH (stimuleer follikel) aan. … maken oestrogeen en progesteron aan, negatieve terugkoppeling naar …
Hypothalamus geeft GnRH af aan hypofyse en oiv hiervan maakt hypofyse LH (stimulatie corpus lutium) en FSH (stimuleer follikel) aan. Ovaria maken oestrogeen en progesteron aan, negatieve terugkoppeling naar hypofyse/hypothalamus
Begin cyclus (…laag/hoog?) FSH/LH en (…laag/hoog?) oestrogeen/progesteron
Midden cylus FSH/LH (…laag/hoog?) en oestrogeen (…laag/hoog?)
Bij niet bevruchten eitje daalt … weer
Begin cyclus laag FSH/LH en laag oestrogeen/progesteron
Midden cylus FSH/LH piek en oestrogeen piek
Bij niet bevruchten eitje daalt progesteron weer
Indeling cyclusstoornissen in WHO klasse (1 t/m 3) + mogelijke oorzaken
WHO-classificatie categorie 1:
—> hypogonadotroop, hypo-oestrogeen (hypogonadotroop, hypogonadisme)
—> Laag FSH, laag E2
—> Oorzaak centraal: prolactinoom, stress/laag bmi, Sheehan (= hypoperfysie hypofyse bv na fluxus)
WHO-classificatie categorie 2:
—> normogonadotroop, normo-oestrogeen (normogonadotroop, normogonadisme)
—> Oorzaak disbalans hypofyse-ovarium-as: PCOS, Ashermann
WHO-classificatie categorie 3:
—> hypergonadotroop, hypo-oestrogeen (hypergonadotroop, hypogonadisme)
—> Hoog FSH, laag E2
—> Oorzaak ovarieel: vervroegde overgang (POI)
De menstruatiecyclus van een vrouw kan worden onderverdeeld in vier fasen:
-
Menstruatie (dag 1-5):
- Endometrium afstoting: Bloedverlies en afbraak van het endometrium.
- Hormonen: Lage niveaus van oestrogeen en progesteron.
-
Folliculaire fase (dag 1-14):
- FSH (Follikelstimulerend hormoon): Stimuleert groei van follikels in de eierstokken.
- Oestrogeen: Geproduceerd door rijpende follikels, leidt tot endometriumopbouw.
- LH (Luteïniserend hormoon): Toename leidt tot ovulatie.
-
Ovulatie (dag 14):
- LH-piek: Veroorzaakt de vrijlating van een rijpe eicel uit de follikel.
- Oestrogeen: Bereikt zijn piek net voor ovulatie.
-
Luteale fase (dag 15-28):
- Corpus luteum: Gevormd uit de lege follikel, produceert progesteron.
- Progesteron: Ondersteunt endometrium voor mogelijke implantatie van een bevruchte eicel.
- Oestrogeen: Blijft op een matig niveau om het endometrium te ondersteunen.
Als er geen bevruchting plaatsvindt, neemt de productie van progesteron en oestrogeen af, leidend tot endometriumafstoting en het begin van een nieuwe menstruatiecyclus.
Bron: chat gpt
Chronische buikpijn DD niet-gynaecologisch (10)
Diverticulitis
Obstipatie
Spastisch colon
ACNES
Inflammatoire darmaandoeningen
Maligniteit
Urologische oorzaken
Orthopedische oorzaken
Psychosomatiek oorzaak
SOLK
Wat is anovulatie?
Anovulatie verwijst naar een cyclus waarin geen eicel vrijkomt van de eierstokken, wat kan leiden tot onregelmatige menstruatiecycli en problemen met vruchtbaarheid.
Chat gpt
Wat is amenorroe?
Amenorroe is de afwezigheid van menstruatie gedurende minstens drie opeenvolgende menstruatiecycli bij vrouwen in de vruchtbare leeftijd. Dit kan om verschillende redenen voorkomen, zoals hormonale onevenwichtigheden, stress, of anatomische afwijkingen.
Chat gpt
Wat is oligomenorroe?
Oligomenorroe verwijst naar een abnormaal lage frequentie van menstruatiebloedingen, waarbij de menstruatiecyclus langer is dan 35 dagen. Dit kan worden veroorzaakt door verschillende factoren, zoals hormonale onevenwichtigheden, polycysteus ovariumsyndroom (PCOS) of stress.
Chat gpt
Wat is polymenorroe?
Polymenorroe is een aandoening waarbij vrouwen frequentere menstruatiecycli hebben dan normaal, wat resulteert in kortere menstruatiecycli van minder dan 21 dagen. Dit kan worden veroorzaakt door verschillende factoren, zoals hormonale onevenwichtigheden, schildklieraandoeningen of baarmoederproblemen.
Chat gpt
Wat is hypermenorroe?
Hypermenorroe verwijst naar abnormaal zware menstruatiebloedingen die langer duren dan normaal, vaak gepaard gaand met hevige menstruatiepijn. Dit kan worden veroorzaakt door verschillende factoren, zoals hormonale onevenwichtigheden, baarmoederfibromen, endometriose of bloedstollingsstoornissen.
Chat gpt
Wat is hypomenorroe?
Hypomenorroe is een aandoening waarbij vrouwen lichte of schaarse menstruatiebloedingen ervaren tijdens hun menstruatiecyclus. Dit kan worden veroorzaakt door verschillende factoren, zoals hormonale onevenwichtigheden, ondergewicht, schildklieraandoeningen of het gebruik van bepaalde anticonceptiemethoden.
Chat gpt
Wat is intermenstrueel bloedverlies?
Intermenstrueel bloedverlies verwijst naar bloedingen die optreden tussen reguliere menstruatiecycli door. Dit kan variëren van lichte spotting tot meer uitgesproken bloedingen. Het kan verschillende oorzaken hebben, waaronder hormonale onevenwichtigheden, infecties, of anatomische afwijkingen.
Chat gpt
Wat is menorragie?
Menorragie is een medische term die wordt gebruikt om abnormaal zware menstruatiebloedingen te beschrijven die langer duren dan normaal. Dit kan leiden tot ernstige bloedverlies, vermoeidheid en andere gezondheidsproblemen. Het kan veroorzaakt worden door verschillende factoren, waaronder hormonale onevenwichtigheden, baarmoederfibromen, endometriose of bloedstollingsstoornissen.
Chat gpt
Wat is metrorragie?
Metrorragie verwijst naar onregelmatige bloedingen die optreden buiten de normale menstruatiecyclus, vaak tussen de menstruaties door. Dit kan variëren van lichte spotting tot meer uitgesproken bloedingen. Het kan worden veroorzaakt door verschillende factoren, zoals hormonale onevenwichtigheden, baarmoederproblemen, infecties of medicatie.
Chat gpt
Wat is een contactbloeding?
Een contactbloeding, ook wel cervicale contactbloeding genoemd, is bloeding die optreedt na contact met de baarmoederhals, bijvoorbeeld tijdens geslachtsgemeenschap of bij een gynaecologisch onderzoek. Het kan veroorzaakt worden door verschillende factoren, waaronder ontstekingen, cervicale poliepen, of cervicale dysplasie.
Chat gpt
Wat is postmenopauzaal bloedverlies?
Postmenopauzaal bloedverlies verwijst naar bloedingen die optreden bij vrouwen na de menopauze, wanneer ze gedurende 12 opeenvolgende maanden geen menstruatie hebben gehad. Dit bloedverlies kan worden veroorzaakt door verschillende factoren, waaronder hormonale veranderingen, endometriale atrofie, vaginale infecties, poliepen, of zelfs baarmoeder- of baarmoederhalskanker. Het vereist altijd medische evaluatie om de oorzaak ervan vast te stellen.
Chat gpt
Behandelingen voor verschillende typen cyclusstoornissen (4)
- Hormonale therapie: Voor veel cyclusstoornissen, zoals anovulatie of hormonale onevenwichtigheden, kan hormonale therapie worden voorgeschreven om de menstruatiecyclus te reguleren.
- Chirurgische ingrepen: In gevallen waarin anatomische afwijkingen worden geïdentificeerd, zoals baarmoederfibromen, poliepen of endometriose, kan een chirurgische ingreep worden aanbevolen om deze te corrigeren.
- Levensstijlaanpassingen: Voor sommige cyclusstoornissen, zoals oligomenorroe geassocieerd met ondergewicht of overmatige lichaamsbeweging, kunnen levensstijlaanpassingen, zoals gewichtstoename of vermindering van intense fysieke activiteit, worden aanbevolen.
- Medicamenteuze therapie: Voor specifieke aandoeningen, zoals endometriose of polycysteus ovariumsyndroom (PCOS), kunnen medicijnen worden voorgeschreven om symptomen te verlichten en de menstruatiecyclus te normaliseren.
Chat gpt
Cystocele
Symptomen
Pathofysiologie
Behandelopties
Cystocele (blaasverzakking):
- Symptomen: Symptomen kunnen bestaan uit een zwaar gevoel in het bekkengebied, urine-incontinentie, frequente urineweginfecties, en moeite met urineren.
- Pathofysiologie: Een cystocele treedt op wanneer de voorste vaginale wand, die de blaas ondersteunt, verzwakt raakt, waardoor de blaas naar beneden zakt in de vagina.
- Behandelopties: Behandelingen kunnen variëren van bekkenbodemtherapie en pessariumgebruik tot chirurgische ingrepen, zoals een blaasbandoperatie of een vaginale reconstructieve operatie.
Chat gpt
Rectocele
Symptomen
Pathofysiologie
Behandelopties
Rectocele (rectumverzakking):
- Symptomen: Symptomen kunnen bestaan uit moeite met stoelgang, gevoel van druk in het rectum, constipatie, en rectale incontinentie.
- Pathofysiologie: Een rectocele treedt op wanneer het rectum door de achterwand van de vagina uitpuilt als gevolg van verzwakte bekkenbodemspieren.
- Behandelopties: Behandelingsopties omvatten levensstijlaanpassingen, zoals vezelrijke voeding en bekkenbodemtherapie, evenals chirurgische reparatie indien nodig.
Chat gpt
Prolapsus uteri
Symptomen
Pathofysiologie
Behandelopties
Uterusverzakking (prolapsus uteri):
- Symptomen: Symptomen kunnen variëren, maar kunnen bestaan uit een zwaar gevoel in het bekkengebied, rugpijn, problemen met plassen of stoelgang, en vaginale druk of discomfort.
- Pathofysiologie: Uterusverzakking treedt op wanneer de baarmoeder naar beneden zakt in de vagina als gevolg van verzwakte bekkenbodemspieren en banden die de baarmoeder ondersteunen.
- Behandelopties: Behandelingen variëren afhankelijk van de ernst van de verzakking en kunnen levensstijlaanpassingen, bekkenbodemtherapie, pessariumgebruik, of chirurgische ingrepen omvatten, zoals een hysterectomie of vaginale reconstructie.
Chat gpt
Enterocele
Symptomen
Pathofysiologie
Behandelopties
Enterocele (darmverzakking):
- Symptomen: Symptomen kunnen bestaan uit een zwaar gevoel in het bekkengebied, problemen met stoelgang, buikpijn, en rectale druk.
- Pathofysiologie: Een enterocele treedt op wanneer een deel van de dunne darm door het achterste vaginale compartiment uitpuilt als gevolg van verzwakte bekkenbodemstructuren.
- Behandelopties: Behandelingsopties variëren van levensstijlaanpassingen en bekkenbodemtherapie tot chirurgische reparatie, zoals een vaginale reconstructieve operatie.
Chat gpt
Voorkomen gynaecologische tumoren per leeftijdscategorie.
Benigne:
- Ovariumcysten
- Myomen
- Edometriomen
- Ovariumdermoidcysten
Maligne
- Endometriumcarcinoom
- Ovariumcarcinoom
- Cervixcarcinoom
- Vulvacarcinoom
- Vaginacarcinoom
Benigne gynaecologische tumoren:
1. Ovariumcysten:
- Voorkomen: Kan op elke leeftijd voorkomen, maar komt vaak voor bij vrouwen in de vruchtbare leeftijd.
2. Baarmoederfibromen (myomen):
- Voorkomen: Meestal bij vrouwen tussen 30 en 50 jaar oud.
3. Endometriomen:
- Voorkomen: Meestal bij vrouwen in de reproductieve leeftijd, maar kan op elke leeftijd voorkomen.
4. Ovariumdermoidcysten:
- Voorkomen: Meestal bij vrouwen tussen 20 en 40 jaar oud.
Maligne gynaecologische tumoren:
1. Baarmoederkanker (endometriumcarcinoom):
- Voorkomen: Het meest voorkomend bij vrouwen boven de 50 jaar, maar kan ook voorkomen bij jongere vrouwen.
2. Ovariumkanker (ovariumcarcinoom):
- Voorkomen: Meestal bij vrouwen boven de leeftijd van 50 jaar, maar kan op elke leeftijd voorkomen.
3. Cervixkanker (cervixcarcinoom):
- Voorkomen: Meestal bij vrouwen tussen 30 en 50 jaar oud, maar kan op elke leeftijd voorkomen.
4. Vulvakanker (vulvacarcinoom):
- Voorkomen: Meestal bij oudere vrouwen, maar kan op elke leeftijd voorkomen.
5. Vaginakanker (vaginacarcinoom):
- Voorkomen: Zeldzaam, maar komt vaker voor bij oudere vrouwen.
Chat gpt
Lange termijn complicaties van gynaecologische en obstetrische operaties (6)
Littekenweefsel
Veranderingen in bekkenbodem
Postoperatieve infecties
Vruchtbaarheidsproblemen
Hormonale onevenwichtheden
Psychologische impact
Chat gpt
Leg uit hoe de menopauze een cofactor kan vormen bij het ontstaan van chronische ziekten en doe hier een behandelvoorstel voor.
3 voorbeelden
De menopauze kan een cofactor zijn bij het ontstaan van chronische ziekten vanwege de veranderingen in hormonale niveaus en het verouderingsproces dat gepaard gaat met deze levensfase. Tijdens de menopauze neemt de productie van oestrogenen en progesteron af, wat kan leiden tot verschillende fysiologische veranderingen die het risico op bepaalde chronische ziekten kunnen verhogen, zoals osteoporose, hart- en vaatziekten, en cognitieve achteruitgang.
- Osteoporose: Verminderde oestrogeenspiegels tijdens de menopauze kunnen leiden tot botverlies en het risico op osteoporose verhogen. Behandelingsvoorstellen kunnen omvatten:
- Calcium- en vitamine D-supplementen om de botdichtheid te behouden.
- Hormoonvervangende therapie (HRT) kan worden overwogen bij vrouwen met een hoog risico op osteoporose en die geen contra-indicaties hebben.
- Levensstijlaanpassingen, zoals regelmatige lichaamsbeweging, stoppen met roken en matig alcoholgebruik.
- Hart- en vaatziekten: Veranderingen in hormonale niveaus tijdens de menopauze kunnen het risico op hart- en vaatziekten verhogen door het verhogen van cholesterolgehaltes en veranderingen in de bloeddruk. Behandelingsvoorstellen kunnen omvatten:
- Het volgen van een gezond dieet met weinig verzadigde vetten en rijk aan fruit, groenten en volle granen.
- Regelmatige lichaamsbeweging om het hart- en vaatstelsel te versterken.
- Behandeling van risicofactoren zoals hypertensie, diabetes en hoog cholesterolgehalte volgens richtlijnen van de medische professional.
- Cognitieve achteruitgang: Sommige vrouwen kunnen tijdens de menopauze cognitieve veranderingen ervaren, zoals geheugenproblemen en verminderde cognitieve functie. Behandelingsvoorstellen kunnen omvatten:
- Het handhaven van een actieve geest door cognitieve stimulatie, zoals het doen van puzzels, het leren van nieuwe vaardigheden of het bijhouden van sociale contacten.
- Regelmatige lichaamsbeweging, die de bloedtoevoer naar de hersenen kan verbeteren en de cognitieve functie kan ondersteunen.
- Hormoonvervangende therapie kan worden overwogen bij vrouwen met ernstige symptomen van cognitieve achteruitgang, maar dit moet zorgvuldig worden afgewogen tegen de risico’s en voordelen.
Chat gpt
Wat is PCOS?
Symptomen? (6)
Behandelmogelijkheden? (5)
Polycysteus-ovariumsyndroom
Bij PCOS produceren de eierstokken te veel mannelijke hormonen (androgenen), wat leidt tot een verstoorde eisprong. Dit resulteert vaak in de vorming van kleine, goedaardige cysten op de eierstokken.
De symptomen van PCOS variëren van persoon tot persoon, maar kunnen omvatten:
- onregelmatige menstruatiecycli of afwezigheid van menstruatie
- overmatige haargroei op het gezicht, de borst of andere delen van het lichaam (hirsutisme)
- acne
- gewichtstoename
- moeite om zwanger te worden (infertiliteit)
- cysten op de eierstokken.
De behandeling van PCOS is gericht op het beheersen van de symptomen en het verminderen van het risico op complicaties zoals diabetes en hartaandoeningen. Behandelopties kunnen omvatten:
- Levensstijlaanpassingen
- Hormonale anticonceptiemiddelen, zoals de pil, om de menstruatiecycli te reguleren en hirsutisme en acne te verminderen.
- Medicijnen om de insulineresistentie te verbeteren, zoals metformine, kunnen worden voorgeschreven om het risico op diabetes type 2 te verminderen en de ovulatie te bevorderen bij vrouwen die zwanger willen worden.
- Vruchtbaarheidsbehandelingen, zoals ovulatie-inductie, kunnen worden overwogen voor vrouwen met PCOS die problemen hebben met zwanger worden.
- Symptomatische behandelingen, zoals medicijnen om overmatige haargroei te verminderen (bijvoorbeeld anti-androgene medicijnen) of behandelingen voor acne, kunnen worden voorgeschreven door een dermatoloog of gynaecoloog.
Chat gpt