Them 5: Les 1 Flashcards
1
Q
circle
A
de circle (rond)
2
Q
Oval
A
Het ovaal
3
Q
Square
A
Her vierkant
4
Q
Triangle
A
de driehoek
5
Q
the rectangle
A
de rechthoek
6
Q
the pentagon
A
de vijfhoek
7
Q
Armpit
A
Oksels
8
Q
dry themselves with a towel
A
zich met een handdoek afdrogen
9
Q
Comb the hair
A
het haar Kammen
10
Q
cut the nails with the nail clippers
A
de nagels met de nagelknipper knippen
11
Q
wear clean underwear and clean stockings
A
proper ondergoes en propere kousen dragen
12
Q
put on clean clothes
A
propere kleren aandoen
13
Q
wash feet with soap and wipe thoroughly
A
de voeten met zeep wassen en goed afdrogen
14
Q
blowing the nose with a handkerchief
A
de neus met een zakdoek snuiten
15
Q
throw the handkerchief in the trash
A
de zakdoek in de vuilnisbak goooien