The house Flashcards
1
Q
single bed
A
Het eenpersoonsbed/ de eenpersoonsbedden
2
Q
Carpet
A
Het tapijt
3
Q
Wardrobe
A
De kleerkast/ de kleerkasten
4
Q
The mattress
A
de matras/ de matrassen
5
Q
Bedside table
A
Het nachtkastje / de nachtkastjes
6
Q
King’s bed (2 people)
A
Het tweepersoonsbed/ de tweepersoonsbedden
7
Q
Bedroom
A
De slaapkamer
8
Q
drawer
A
de Lade/ de lades/laden
9
Q
door (of the wardrobe)
A
de deur/ de deuren
10
Q
living room
A
de woonkamer
11
Q
armchair
A
de zetel ->eenzit (i.e. chair for one) /de zetels
12
Q
sofa
A
de tweezit/ de driezit -> de tweezitten/ de driezitten
13
Q
coffee table (i.e. in the living room)
A
de salontafel/ de salontafels
14
Q
sofa+ coffee table (equivalent of living room?)
A
het salon
15
Q
dining room
A
de eetkamer
16
Q
chair
A
de stoel/ de stoelen
17
Q
cabinet in the eetkamer
A
De buffetkast
18
Q
the lamp
A
de lamp/ de lampen
19
Q
shape
A
De vorm / de vormen
20
Q
circular
A
rond
21
Q
oval
A
ovaal
22
Q
square
A
vierkant
23
Q
rectangular
A
rechthoekig
24
Q
triangular
A
driehoekig
25
material
Het materiaal / de materialen
26
wood
het hout
27
leather
het leder/ leer
28
composite
Het namaakhout
29
fake leather
Het namaakleer
30
glass (material)
het glas
31
metal
het metaal
32
wool
de wol
33
fabric
de stof
34
plastic
het plastic
35
Dimension
de afmeting/ de afmetingen
36
width
de breedte
37
length
de lengte
38
height
de hoogte
39
depth
de diepte
40
colour
de kleur
41
It is a brown, triangular table made of wood
Het is een bruine, driehoekige tafel in hout
42
It is a gray, oval carpet in wool
Het is een grijs, ovaal tapijt in wol
43
Is there a wardrobe? No
Is er een kleerkast bij?Nee, er is geen kleerkast bij
44
Are there bedside tables included? Yes
Zijn er nachtkastjes bij? Ja, er zijn nachtkastjes bij
45
How many bedside tables are there in the double bedroom? There are 2 bedside tables in the double bedroom.
Hoeveel nachtkastjes zijn er bij de tweepersoonsslaapkamer? Er zijn 2 nachtkastjes bij de tweepersoonsslaapkamer.
46
What material is the bed made of?
The bed is made of fabric.
In welk materiaal is het bed?
Het bed is in stof.
47
What color is the bed?
It is a gray bed.
Welke kleur heeft het bed?
Het is een grijs bed.
48
What color are the nightstands?
They are gray nightstands.
Welke kleur hebben de nachtkastjes?
Het zijn grijze nachtkastjes.
49
How long is the bed?
The bed is 210 cm long.
Hoe lang is het bed?
Het bed is 210 cm lang.
49
How wide is the bed?
The bed is 180 cm wide.
Hoe breed is het bed?
Het bed is 180 cm breed.
50
How high is the bed?
The bed is 40 cm high.
Hoe hoog is het bed?
Het bed is 40 cm hoog.
51
How deep are the bedside tables?
The bedside tables are 30 cm deep.
Hoe diep zijn de nachtkastjes?
De nachtkastjes zijn 30 cm diep.
52
What shape are the nightstands?
They are rectangular nightstands.
Welke vorm hebben de nachtkastjes?
Het zijn rechthoekige nachtkastjes.
53
How old is the double bedroom?
The double bedroom is 5 years old.
Hoe oud is de tweepersoonsslaapkamer?
De tweepersoonsslaapkamer is 5 jaar oud.
54
I read your ad. Is the ... still for sale?
Ik heb uw advertentie gelezen. Is het/de ... nog te koop?
55
I have a couple of questions
Ik heb nog een paar vragen
56
When can I come and have a look?
Wanneer kan ik eens komen kijken?
57
How many chairs are there at the dining table?
There are 4 chairs at the dining table.
Hoeveel stoelen zijn er bij de eettafel?
Er zijn 4 stoelen bij de eettafel.
58
I would like information about the carpet
Ik had graag informatie over het tapijt
59
bathroom
badkamer
60
kitchen
keuken
61
the bed
het bed/ de bedden
62
base of the bed
de lattenbodem/ s
63
the renter/tenant
de huurder
64
owner (of a house)
de eigenaar
65
Is there a....? There is a ...
Is er een ....? Er is een ....
66
Do you live in a house, apartment or studio?
Woon je in een huis, een appartement of een studio?
67
How many floors are there?
Hoeveel verdiepingen zijn er?
68
Do you live on the ground floor or another floor?
Woon je op het gelijkvloers of op een andere verdieping?
69
Is there a lift or the stairs?
Is er een lift of een trap?
70
How many bedrooms are there?
Hoeveel slaapkamers zijn er?
71
Do you have a big living room?
Heb je een grote living?
72
Do you have a bathroom with bath or shower?
Heb je een badkamer met bad of met douche?
73
Do you have a kitchen or kitchenette?
Heb je een keuken of een kitchenette?
74
Do you have an attic?
Heb je een zolder?
75
Do you have a basement?
Heb je een kelder?
76
Do you have central heating?
Heb je centrale verwarming?
77
Do you have a garage or a car parking space?
Heb je een garage of een autostaanplaats?
78
DO you have a garden?
Heb je een tuin?
79
Do you have a balcony?
Heb je een balkon?
80
abbreviation: app.
appartement
81
abbreviation: glvl.
gelijkvloers
82
abbreviation: liv
living
83
abbreviation: slpk
slaapkamer
84
abbreviation: kkn
keuken
85
abbreviation: ing
ingericht (furnished)
86
abbreviation: toest.
toestellen (appliances)
87
abbreviation: badk
badkamer
88
abbreviation: c.v.
centrale verwarming
89
abbreviation: incl.
inclusief
90
In what street is the apartment?
In welke straat is het aprtement?
91
What floor is the apartment?
Op welke verdieping is het appartement?
92
What does the kitchen look like?
Hoe ziet de keuken eruit?
93
Is there a separated wc?
Is er een aparte w?
94
Are all the costs included?
Zijn alle kosten inbegrepen?
95
How much is the deposit?
Hoeveel is de waarborg?
96
When can I come see it?
Wanneer kan ik eens komen kijken?
97
floor
de verdieping/ en
98
the lift
de lift/ de liften
99
the garden
de tuin/ de tuinen
100
the living room
de living = de woonkamer/ s
101
the dining room
de eetkamer/s
102
the bedroom
de slaapkamer/ s
103
the bathroom
de badkamer/s
104
the kitchen
de keuken.s
105
the sleeping area
de slaaphoek/ en
106
the kitchenette
de kitchenette/ s
107
the basement
de kelder/s
108
the attic
de zolder/s
109
the fridge
de koelkast/ en
110
the kitchen sink
de gootstenen
111
the appliance
het toestel/ de toestellen
112
the stove
het fornuis/ de fornuizen
113
the electricity
de elektriciteit
114
the shower
de douche/s
115
the mirror
de spiegel/s
116
the sink
de lavabo. de lavabo's
117
the wc
de wc/ de wc's
118
the bath
het bad
119
the curtain
het gordijn/ de gordijnen
120
I saw your ad online. Is de apartment/ studio still available? I have a few questions
Ik heb uw advertentie gelezen. Is het appartement/ de studio nog vrij? Ik heb nog een paar vragen
121
This (hier and daar)
De: deze (hier) and die (haar). Het: dit (hier) and dat (haar).
122
Prepositie: in
in
123
Prepositie: in front of
voor
124
Prepositie: behind
achter
125
Prepositie: next to / beside
naast
126
Prepositie: on top of
op
127
Prepositie: under
onder
128
Prepositie: above (hang)
boven
129
Prepositie: near
bij
130
Prepositie: against (lean on)
tegen
131
the apple flies over the box
de appel vliegt over de doos
132
the apple hangs on the rope
de appel hangt aan het touw
133
nail for hanging
de spijker
134
the windowsill
de vensterbank
135
Prepositie: in between
tussen
136
Prepositie: out
uit
137
Prepositie: through
door
138
Prepositie: in front of/opposite
tegenover
139
I don't live in an apartment
Ik woon niet in een appartement
140
I don't have four bathrooms
Ik heb geen vier badkamers
141
I don't rent
Ik huur niet
142
I don't have extra costs
Ik heb niet veel extra kosten
143
I don't have a balcony
Ik heb geen balkon
144
I don't live in the city
Ik woon niet in de stad
145
I have not seen the ad
Ik heb de advertentie niet gezien
146
I don't live on the ground floor
Ik woon niet op het gelijkvloers
147
I haven't hung THe photos on the wall
Ik heb de foto's niet aan de muur gehangen
148
Verb for vertical position (the book lies vertically on...)
zet -> staat/staan
149
Verb for horizontal position(the book lies horizontally on...)
leg -> ligt/liggen
150
Verb for hanging
hang -> hangt/hangen
151
He puts (lies) the matress on the bed
Hij legt de matras op het bed
