Tekst 20 tapijt van Bayeux Flashcards
1
Q
mirari
A
or : bewonderen
2
Q
trahere
A
o : trekken
3
Q
navis
A
is : het schip
4
Q
transire
A
eo, transii, transitum : oversteken
5
Q
cibus
A
i: voedsel
6
Q
incendere
A
o: in brand steken
7
Q
exire
A
exeo : weggaan, verlaten
8
Q
proelium
A
ii: het gevecht
9
Q
exercitus
A
us: het leger
10
Q
cadere
A
o, cecidi: vallen, sneuvelen, sterven
11
Q
A