Taak 1 Flashcards
Wat is een goede psychologische test?
Omvat een scala aan functionele domeinen -> moet breed zijn.
Biedt empirisch gekwantificeerde informatie.
Maakt gebruik van gestandaardiseerde uitvoerings- en scoringsprocedures.
Normen zijn nodig om resultaten te vergelijken en betekenis te geven.
Onderzoek is betrouwbaar en valide.
Doel en passend gebruik van psychologische beoordeling:
Beschrijven van huidige functioneren.
Bevestigen, weerleggen of aanpassen van de indrukken van clinici.
Identificeren van therapeutische behoeften, benadrukken van behandelingskwesties en aanbevelingen voor interventie.
Ondersteunen bij differentiële diagnose van emotionele, gedrags- en cognitieve stoornissen.
Monitoren van de behandeling om de effectiviteit te evalueren en nieuwe problemen te identificeren.
Risicobeheer, inclusief minimalisering van juridische aansprakelijkheid en identificatie van ongewenste behandelreacties.
Het bieden van bekwame, empathische feedback als therapeutische interventie.
Belangrijke aspecten van een psychologische test:
Gestandaardiseerde uitvoering door testleiders.
Consistente uitvoering door testafnemers.
Consistente scoring door scorers.
Dit draagt bij aan validiteit en betrouwbaarheid.
Verschillen tussen psychologische tests en psychologische beoordeling:
Psychologische tests zijn gestandaardiseerd en geven een specifieke score.
Psychologische beoordeling omvat het gebruik van verschillende testscores en andere informatiebronnen om een persoon te begrijpen.
Methoden van psychologische beoordeling:
Unstructured interviews
Structured interviews and self-report instruments
Performance-based personality tests
Performance-based cognitive tasks
Observer rating scales
Wat zijn de verschillen tussen formele beoordeling en andere bronnen van klinische informatie?
Formele beoordelingen meten verschillende kenmerken tegelijkertijd en bieden empirisch gekwantificeerde informatie.
Ze hebben gestandaardiseerde procedures en normen.
Betrouwbaarheid en validiteit worden onderzocht.
Ze gebruiken verschillende beoordelingsmethoden.
Wat zijn de problemen op het raakvlak van beoordelingsonderzoek en praktijk?
Validiteitscoëfficiënten geven geen definitieve klinische conclusies.
Fouten en discrepanties kunnen leiden tot een onvolledig of vooringenomen begrip van een patiënt.
Psychologische tests moeten worden gebruikt in combinatie met andere informatiebronnen.
Wat zijn monomethode validiteitscoëfficiënten?
Monomethode validiteitscoëfficiënten worden verkregen wanneer de numerieke waarden op een voorspeller en criterium afkomstig zijn uit dezelfde informatiebron.
Wat zijn de kenmerken van psychologische tests?
Beoordelaars, testafnemers en scorers hanteren dezelfde procedures.
Ze meten verschillende domeinen van menselijk functioneren.
Ze bieden empirisch gekwantificeerde informatie.
Ze hebben normen om resultaten te vergelijken.
Ze worden onderzocht op betrouwbaarheid en validiteit.
Wat zijn de doelen en toepassingen van psychologische beoordeling?
Het beschrijven van de huidige functionering van individuen.
Het bevestigen, weerleggen of aanpassen van indrukken van clinici.
Het identificeren van therapeutische behoeften en aanbevelen van interventies.
Het helpen bij de differentiële diagnose van stoornissen.
Het monitoren van de behandeling over tijd.
Risicobeheer en het bieden van beoordelingsfeedback als interventie op zichzelf.
Wat is het optimale afkappunt voor de Beck Depression Inventory Revised (BDI-II) volgens het onderzoek van Michael von Glischinski en Ruth von Brachel?
Psychiatrische patiënten: een afkappunt van 19.
19 geeft aan depressie aan.
< 19 geeft aan remissie aan.
Gezonde en somatische samples: een afkappunt van 13.
13 geeft aan depressie aan.
< 13 geeft aan remissie aan.
Dit suggereert dat hogere afkappunten nodig zijn voor de interpretatie van BDI-scores bij psychiatrische patiënten in vergelijking met somatische en gezonde individuen om het diagnostisch nut te maximaliseren.
Wat is een DTC (Diagnosis and Treatment Combination)?
Een protocol-gebaseerde behandeling die overeenkomt met een diagnose.
Het doel is om efficiënt en kosteneffectief te werken.
Patiënten worden geplaatst op basis van hun probleem in een specifiek departement.
Als de behandeling succesvol is, eindigt de behandeling.
Als de behandeling niet succesvol is, wordt de patiënt naar een ander departement verwezen.
Wat zijn de drie elementen waarop psychodiagnostiek is gebaseerd?
- Theoretische ontwikkeling van problemen en problematisch gedrag.
- Operationaliseren en daaropvolgende metingen.
- Toepassen van relevante diagnostische methoden.
De kwaliteit van deze elementen is gebaseerd op conceptueel en empirisch onderzoek.
Wat zijn de vijf stappen in het diagnostische proces?
- Application (exploration: first analyse the request for help, resulting in information about the referrer and details about the type and content of the request. The request can be ordered according to the five basic questions: recognition, explanation, prediction, indication and evaluation.
- Exploration (in all three steps during exploration, the diagnostician can decide to stop (e.g. because the request is more medical and the client should be referred to the hospital):
- Request
- Request for help
- The diagnosticians reflections
- Induction
- Diagnostic scenario: based on the analysis results and the questions, a diagnostic theory will be constructed.
All further steps are needed to test this diagnostic theory/scenario and this part of the process is called the diagnostic examination. - Hypotheses: converting the provisional theory into concrete hypotheses.
- Diagnostic scenario: based on the analysis results and the questions, a diagnostic theory will be constructed.
- Deduction
- Selection of tools: choosing specific research tools, that can ether support or reject the formulated hypotheses.
- Testable predictions: make predictions about the results or outcomes, in order to clarify how the hypotheses can be accepted or rejected.
- Testing
- Administration, scoring and processing: applying and processing instruments.
- Evaluation
- Argumentation: explain why you accept or reject the hypotheses, based on the results.
- Reporting
- DTC = Diagnosis and Treatment Combinations
Vraag vanuit cliënt en/of verwijzer.
Creëren van een diagnostisch scenario op basis van een theorie die de problemen van de cliënt beschrijft.
Testen van de theorie met behulp van diagnostische metingen:
Theorie → hypothese.
Selecteren van specifieke onderzoekstools om hypothese te bevestigen of te weerleggen.
Voorspellingen doen over resultaten.
Toepassen en verwerken van meetinstrumenten.
Geven van redenen op basis van de resultaten waarom hypotheses bevestigd of weerlegd moeten worden.
Dit leidt tot een diagnostische conclusie.
1 Application
Vraag vanuit verwijzer en cliënt is niet altijd hetzeflde. Dus het eerste wat je wil is:
analyzeren en verduidelijken van de vraag → (1) informatie over verwijzer en (2) details
over het type en inhoud van de vraag.
2 The diagnostic reflections
Elk deel informatie wordt gereflecteerd.
3 Diagnostic scenario
Omschrijven problematisch gedrag (theorie) cliënt aan de hand van informatie verkregen uit
voorgaande fases.
4 The diagnostic examination
1. Hypothesis formulation
2. The selection of examination tools
3. Formulation of testable predictions
4. Administration and scoring
5. Argumentation
- Report
Wat zijn de vijf basisvragen in de klinische psychodiagnostiek?
Recognition: Wat zijn de problemen en hoe werkt het?
Explanation: Waarom ontstaan bepaalde problemen en wat houdt ze in stand?
Prediction: Hoe zal het probleem van de cliënt zich in de toekomst ontwikkelen?
Indication: Hoe kunnen de problemen worden opgelost?
Evaluation: Zijn de problemen adequaat opgelost door een bepaalde interventie?