T2 - Grieken en Romeinen Flashcards
architraaf
Draagbalk die rust op zuilen.
aristrocratie
Bestuur door een groep edelen.
beschaving
Ontwikkeling die een volk heeft bereikt op het gebied van kunst, techniek, wetenschap, normen en waarden.
burgerschap
Het hebben van politieke en maatschappelijke rechten als inwoner van een stad/gebied/land.
cultus
Religieuze eredienst.
democratie
Bestuursvorm waarin het volk de hoogste macht heeft.
diaspora
Verspreiding van een volk over vele landen.
directe democratie
Burgers stemmen zelf over politieke voorstellen, bv in een volksvergadering.
epos
Lang verhalend gedicht over helden en goden.
hegemonie
Overheersende invloed van een staat over andere staten.
hellenisme
De verspreiding van Griekse cultuur in de gebieden die Alexander de Grote had veroverd.
imperium
Een groot rijk waarin meerdere volken door één volk worden bestuurd.
kapiteel
Versierde kroning van een zuil.
klassiek
Van blijvende waarde. De cultuur van de Grieken en Romeinen noemen we klassieke cultuur.
landbouwstedelijke samenleving / agrarisch-urbane samenleving
Een samenleving waarin veel mensen op het platteland wonen en van de landbouw leven, maar waarin ook steden bestaan als centra van bestuur, handel en nijverheid.
martelaar
Iedereen die is gestorven voor zijn geloof.
messias
Redder/Verlosser.
monotheΓ―sme
Een godsdienst waarin één god wordt vereerd.
patriciΓ«r
Lid van de stedelijke elite.
polis (ev.) / poleis (mv.)
Grieks voor stadsstaat.
retorica
De kunst van het spreken in het openbaar.
romanisering
Het overnemen van elementen van de Romeinse cultuur door niet-Romeinse volken.
senaat
Politiek overlegorgaan.
timpaan
Driehoekige voorgevel van een klassieke tempel.
tirannie
Bestuur door een alleenheerser.
zuil
Stenen pilaar.