Studietaak 7- Causaliteit Flashcards

Causaliteit

1
Q

Causaliteit

A

De relatie waarbij de ene gebeurtenis de oorzaak is van een andere.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Causale keten

A

Een reeks van oorzaken en gevolgen, zoals: “Roken → Longkanker”.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Correlatie vs. causaliteit

A

Correlatie = samenhang, causaliteit = oorzaak-gevolg. Niet elke correlatie is causaal!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

New-school bullshit

A

Misleidende informatie met pseudo-wetenschappelijke data om causaliteit te suggereren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Populatieniveau vs. individueel niveau

A

Psychologisch onderzoek richt zich vaak op gemiddelde causale relaties binnen een populatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Causale verklaring

A

Het identificeren van een oorzaak-gevolgrelatie binnen een fenomeen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Causale relaties in psychologie

A

Meestal gebaseerd op variabelen op groepsniveau, omdat onderzoek vaak niet op individuen gericht is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waarom hoeven kinderen niet geleerd te worden om hun omgeving te ontdekken?

A

Dit proces verloopt vanzelf bij een normale ontwikkeling. Baby’s onderzoeken hun omgeving en leren door ervaring patronen herkennen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat toont onderzoek aan over het begrip van causaliteit bij baby’s?

A

Baby’s van vier maanden begrijpen dat een losgelaten doos valt, maar pas bij zes à zeven maanden snappen ze dat een doos op het randje van een tafel ook zal vallen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is causaliteit volgens Mackie (1980)?

A

The cement of the universe” – het concept dat gebeurtenissen in de wereld met elkaar verbindt door oorzaken en gevolgen te verklaren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarom is causaliteit belangrijk in wetenschappelijk onderzoek?

A

Het helpt verklaren welke gebeurtenissen oorzakelijk verband houden en voorkomt dat correlaties onterecht als causale relaties worden gezien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is het risico van ‘new-school bullshit’ volgens Bergstrom & West (2020)?

A

Misleidende informatie met statistische gegevens die een onterecht wetenschappelijk fundament suggereren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is een causale keten?

A

Een reeks gebeurtenissen of variabelen waarbij een eerdere gebeurtenis (gedeeltelijk) de volgende bepaalt. Bijvoorbeeld: Roken (C) → Longkanker (D).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is het verschil tussen correlatie en causaliteit?

A

Correlatie betekent dat twee variabelen samenhangen, maar niet per se dat de ene de andere veroorzaakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is een voorbeeld van een specifieke causale relatie tussen gebeurtenissen?

A

De berichtgeving over een lockdown (A) veroorzaakte hamstergedrag (B).”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een voorbeeld van een causale relatie tussen variabelen op populatieniveau?

A

De mate van negatieve stemming gedurende de dag (G) beïnvloedt de hoeveelheid alcoholconsumptie ’s avonds (H).”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Waarom focust psychologie vaak op causale relaties op populatieniveau?

A

Onderzoek vergelijkt groepen, waardoor conclusies meestal betrekking hebben op gemiddelden binnen een populatie, niet op individuele gevallen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Causaliteit

A

De relatie waarbij de ene gebeurtenis de oorzaak is van een andere.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Causale keten

A

Een reeks van oorzaken en gevolgen, zoals: “Roken → Longkanker”.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Correlatie vs. causaliteit

A

Correlatie = samenhang, causaliteit = oorzaak-gevolg. Niet elke correlatie is causaal!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

New-school bullshit

A

Misleidende informatie met pseudo-wetenschappelijke data om causaliteit te suggereren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Populatieniveau vs. individueel niveau

A

Psychologisch onderzoek richt zich vaak op gemiddelde causale relaties binnen een populatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Causale verklaring

A

Het identificeren van een oorzaak-gevolgrelatie binnen een fenomeen

24
Q

Causale relaties in psychologie

A

Meestal gebaseerd op variabelen op groepsniveau, omdat onderzoek vaak niet op individuen gericht is.

25
Wat moet je in kaart brengen om te bepalen of een effect causaal is?
Zowel de feitelijke uitkomst (bijv. kans op longkanker bij rokers) als de contrafeitelijke uitkomst (kans op longkanker als deze mensen níet hadden gerookt).
26
Wat is een contrafeitelijke (counterfactual) uitspraak?
Een uitspraak die redeneert vanuit een alternatieve situatie die tegengesteld is aan de feitelijke situatie.
27
Hoe herken je een contrafeitelijke uitspraak?
Aan het gebruik van ‘zou’, bijvoorbeeld: "Als deze persoon niet had gerookt, zou hij dan longkanker hebben gekregen?"
28
Waarom is het lastig om causale uitspraken te doen?
Omdat we de contrafeitelijke uitkomst nooit kunnen observeren; we weten niet wat er zou zijn gebeurd in de alternatieve situatie.
29
Wat is de kern van causale gevolgtrekkingen volgens Holland (1986)?
Ze vereisen een vergelijking tussen de feitelijke en contrafeitelijke uitkomst, maar counterfactuals zijn niet observeerbaar.
30
Wat betekent P(longkanker | roken) en P(longkanker | niet roken)?
De kans op longkanker bij rokers vs. de kans op longkanker als precies diezelfde mensen niet hadden gerookt.
31
Feitelijke uitkomst
De werkelijke gebeurtenis, zoals "deze persoon heeft gerookt en kreeg longkanker."
32
Contrafeitelijke (counterfactual) uitkomst
De hypothetische uitkomst in een alternatieve situatie, zoals "zou deze persoon ook longkanker hebben gekregen als hij niet had gerookt?"
33
Causale gevolgtrekking
Het proces van het vergelijken van feitelijke en contrafeitelijke uitkomsten om causaliteit vast te stellen.
34
Probleem bij causale uitspraken
We kunnen de contrafeitelijke uitkomst nooit direct observeren, wat causale gevolgtrekking bemoeilijkt.
35
Wat is correlatie?
Een verband tussen twee gebeurtenissen waarbij de ene vaker of minder vaak voorkomt in combinatie met de andere.
36
Betekent correlatie automatisch causaliteit?
Nee, correlatie wijst op een statistisch verband, maar zegt niets over oorzaak en gevolg.
37
Wat betekent het dat correlatie symmetrisch is?
De correlatie tussen A en B is hetzelfde als die tussen B en A; de volgorde maakt niet uit.
38
Wat betekent het dat causaliteit asymmetrisch is?
Een oorzaak leidt tot een gevolg, maar het gevolg leidt niet terug tot de oorzaak.
39
Waarom is correlatie alleen niet voldoende om causaliteit vast te stellen?
Omdat de vergelijking met de contrafeitelijke (counterfactual) uitkomst ontbreekt.
40
Wat is een voorbeeld van asymmetrische causaliteit?
Ernstig ziek zijn kan overlijden veroorzaken, maar overlijden veroorzaakt geen ernstige ziekte.
41
Symmetrie van correlatie
De volgorde van variabelen maakt statistisch gezien niet uit (A ↔ B).
42
Asymmetrie van causaliteit
en oorzaak leidt tot een gevolg, maar niet andersom (A → B, maar niet B → A).
43
Statistische afhankelijkheid
Wanneer de kans op gebeurtenis P afhangt van de aanwezigheid van gebeurtenis Q.
44
45
Counterfactuals in causaliteit
Om causaliteit vast te stellen, moet je nagaan wat er zou gebeuren in de afwezigheid van de mogelijke oorzaak.
46
Wat zijn de twee kenmerken van causale relaties volgens Potochnik et al. (2019)?
1) Difference-making: de ene gebeurtenis maakt verschil voor de andere. (2) Fysieke overdracht van energie.
47
Wat betekent difference-making in causaliteit?
Een gebeurtenis wordt als oorzaak gezien als deze een verschil maakt in het optreden van een andere gebeurtenis.
48
Wat is het verschil tussen difference-making en de overdracht van energie als kenmerk van causaliteit?
Difference-making kijkt alleen naar of een gebeurtenis verschil maakt, terwijl de overdracht van energie een fysiek mechanisme impliceert.
49
Hoe speelt difference-making een rol in psychologische experimenten?
In experimenten wordt een onafhankelijke variabele gemanipuleerd om te zien of dit verschil maakt in de afhankelijke variabele.
50
Hoe laat difference-making het verschil zien tussen correlatie en causaliteit?
Een causaal beïnvloedende variabele kan gemanipuleerd worden om een effect te veroorzaken, terwijl een gecorreleerde variabele dat niet kan.
51
Fysieke overdracht van energie
Een alternatieve visie op causaliteit, waarbij een oorzaak energie overdraagt aan een gevolg.
52
Verschil tussen correlatie en causaliteit
Causale factoren kunnen worden gemanipuleerd om een verandering teweeg te brengen; gecorreleerde factoren niet.
53
Waarom is het herkennen van causale mechanismen praktisch nuttig?
Causale mechanismen helpen processen te begrijpen en maken gerichte interventies mogelijk, zoals het aanpassen van gedrag om negatieve gevolgen te voorkomen.
54
Hoe zijn causale verklaringen relevant voor zowel fundamentele als toegepaste wetenschap?
Fundamenteel onderzoek gebruikt causale mechanismen om processen te begrijpen, terwijl toegepast onderzoek ze gebruikt om interventies te ontwikkelen.
55
Wat is een risico van onze sterke patroonherkenning?
We kunnen patronen zien die er niet zijn, waardoor we soms onterecht causale verbanden aannemen.
56