Seminar 1 Flashcards
Seminar 1 ODB
Wat is een persuasieve boodschap?
Een boodschap die ons ervan probeert te overtuigen dat: een object/persoon/handeling/situatie/gebeurtenis een bepaalde ‘waarde’ geattribueerd moet worden.
Definieer het begrip waarde
Als een abstracte, geconceptualiseerde eigenschap die wordt geattribueerd aan een object/persoon/handeling/situatie/gebeurtenis.
Waarde; abstract & geconceptualiseerd
Je kunt waarden niet zien of ruiken. Waarden bestaan niet buiten ons om maar zijn psychologische werkelijkheden.
Waarde; geattribueerd
Een waarde wordt aan een object geattribueerd.
Niks heeft inherente waarde (zelfs geld niet).
Waarde-attributie gebeurt op basis van de INPUT regels;
ALS iemand altijd helpt met de afwas
DAN is dat ‘goed’ van die iemand - is die iemand een ‘goed’ mens
In reclameboodschappen:
ALS CLAIM van de ad (bewering over het topic)
DAN Ken waarde X toe aan topic
Wat zijn de kenmerken van waarden?
-
Relevantie: lang niet alles vinden we de waarde waard
- Ik geef niks om broccoli –> Een persoon kan een object dus waarde-loos vinden.
-
Valentie: een waarde kan positief (+) of negatief (-) zijn.
- Broccoli is gezond (+) maar smaakt vies (-)
-
Magnitude: een waarde kan beter/meer of slechter/minder zijn.
- Broccoli smaakt vies (-), maar spruiten nog viezer (–)
Noem de verschillende typen waarden met 1 voorbeeld
-
Affect-waarde: wanneer X positief/negatief voelt (voor iemand). Bijv genot (+), ziekte (-)
- Ik vind Brie vies ruiken (-) maar lekker smaken (+)
- Brie geur (+ AFFECT, valentie -)
- Brie smaak (+ AFFECT, valentie +)
-
Utility: wanneer X een persoon voordeel (+) of nadeel (-) oplevert.
- Sporten is gezond (voor je)
- Sporten (+ utility, valentie +)
-
Resource-waarde: economische waarde
- Mijn bitcoins zijn intussen waardeloos
- Bitcoins (+ resource, valentie -)
-
Quality-waarde: wanneer X goed is in z’n functie. Quality is ook vaak een kwestie van vergelijking.
- Een volvo is een slechte auto
- Volvo (+ quality, valentie -)
- De noise-cancelling van een Bose is een stuk beter dan die van Sony
- Bose (+ quality, valentie +++) & Sony (+quality, valentie +).
-
Prowess-waarde: zelfde als quality maar dan met een mens/levend wezen.
- Fons is een goede directeur
- Fons (+ prowess, valentie +)
- Bello is een slechte waakhond
- Bello (+ prowess, valentie -)
-
Normative-waarde: wanneer er wel/niet volgens de norm wordt gehandeld.
- Hij bidt nooit voor het eten - Hij (nooit bidden voor het eten) (+ normative, valentie -)
- Jan helpt altijd met de afwas - Jan (helpen met de afwas) (+ normative, valentie +)
- Die schoenen van jou zijn 2018 - Schoenen uit de mode (+ normative, valentie -).
-
ESTEEM-waarde: wanneer iemand aanzien heeft of gerespecteerd wordt. Esteem is vaak een opstelsom van andere waarden (bijv je bent ergens goed in PROWESS, je bent een persoon van hoge moraliteit NORMATIVE - zoals Nelson Mandela).
- Jackendoff is een voorsaanstaand wetenschapper - Jackendoff (+ esteem, valentie +)
- Thierry Baudet is een praatjesmaker - Baudet (+ esteem, valentie -).
- Expressive: Wanneer X het je de mogelijkheid geeft om iets van jezelf te laten zien.
- Met deze sneakers laat ik zien dat ik van 2019 ben - Sneakers (+ expressive, valentie +)
- Met deze bril kom ik erg frikkerig over - bril (+ expressive, valentie -).
Hoe zien we waarden in reclameboodschappen?
- Betreffen bijna altijd + VALENTIE
- WIllen je eerst van waarde-magnitude overtuigen
- Betreffen meestal AFFECT, UTILITY en QUALITy waarde.
- Alle wasmiddelen wassen goed, maar ons is beter - X (+ resource, valentie ++)
- Alle keukenmachines zijn zuinig, maar onze zuiniger (+ resource, valentie ++)
Welke typen reclame-boodschappen zijn er?
Type 1: Claim object O heeft kenmerk/eigenschap X
Regel: Kenmerk/eigenschap X heeft waarde Y [+Y, valentie +]
Claim: Object O heeft kenmerk/eigenschap X
Dus: O [+ Y, valentie +]
O [+ Z, valentie +]
Type 2: Claim object O leidt tot toestand X
Regel: toestand X heeft waarde Y [+Y valentie +]
Claim: object O leidt tot toestand X
Dus: O [+ Y, valentie +]
O [+Z, valentie +]