ODB College 2 Flashcards

1
Q

Wat is de BA-constructie?

A

Het before - after patroon.

  1. Twee afbeeldingen - voor en na
  2. Een identiek object op 1 attribuut na; verschil
  3. Vanwege het temporele patroon, vat je het verschil op als een verandering
  4. Een product of omstandigheid (= topic)
  5. Een product/omstandigheid wordt gepresenteerd als de veroorzaker van de verandering (cause)
  6. De voor-toestand heeft waarde met negatieve valentie wanneer het een product is; en positieve valentie wanneer een omstandigheid
  7. De na-toestand heeft waarde met positieve valentie - negatieve valentie wanneer het een omstandigheid is
  8. De verandering is ‘for the better’ of ‘for the worse’
  9. Omdat het product/omstandigheid die verandering veroorzaakt; krijgt het waarde met een positieve valentie wanneer het verbeter; negatieve valentie wanneer het verslechtert
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke eisen zijn er binnen de BA-constructie?

A

De continuity en de activity eis.

Continuity eis:

  • Object in plaatje 1 is identiek aan object in plaatje 2
  • Object heeft visualiseerbaar kenmerk (deel, eigenschap, attribuut)
  • Relatie object-kenmerk is identiek in plaatje 1 en plaatje 2

Activity eis:

  • Kenmerk kent verschillende, visualiseerbare toestanden 1 en 2
  • Toestand 1 verschilt van (of contrasteert met) toestand 2
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe noteer je de BA constructie?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de waarde-attributie van de man met grijs-zwart BA foto? (continuity eis)

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de waarde-attributie van Obama meme (activity eis)?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de speciale gevallen van de BA-constructie?

A
  1. Het schenden van de continuity-eis
  2. Schenden van de activity eis
  3. Valentie-omkering
  4. Change: schijn & wezen
  5. Iconisch gebruik letter-fond, type en omvang als expressief middel (oftewel; de woorden worden plaatjes!)
  6. Taalspel met ‘voor’ en ‘na’
  7. Het canvas als expressief middel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat kan de oorzaak van waarde-omkering zijn?

A
  • De leesrichting is van rechts naar links (appel met gebit)
  • De causale relatie is negatief (prevent)
  • De valentie van de eindwaarde (topic) is negatief (geen haaien meer in oceaan)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn Symmetric Object Alignments?

A

Een design patroon dat twee of meer objecten uitlijnt in een poging om een conceptueel verband tussen hen te vergemakkelijken (de vorm van een ijsbaan en Unox worst) - geassocieerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly