SEM9: socialisatie Flashcards
Def. socialisatie
Socialisatie is een soc leerproces die wordt doorgegeven door interactie. het is een continu leerproces: het stopt nooit. het is een proces WB gewoonten W&N, kennis en bedrevenheden v groep/ maatschappij aanleert op in die groep te k functioneren
2 stappen van continu leerproces
1: leren kennen (vb. nieuwe taal leren, beleefdh regels…)
2: assimilatie: het effectieve aanpassen v G, bereid zijn je G aan te passen aan nieuwe sit
doel v socialisatie
functioneren in groep btr mogelijk maken –> voorbereiding om makkelijker aan te passen aan nieuwe sit
proces socialisatie verloop
1ste: externalisering: pers schikt zich naar verwachtingen v ander
2de: objectivering: niet alleen regel op zich belangrijk ook TOEP overal
3de: internalisering: = vanzelfsprekend geworden en deel v pers, je doet niet meer omdat moet maar omdat zelf ook belangrijk vindt
culturele reproductie
micro -> socialisatie
meso: verplaatsing cultuur ele tussen: groepen in SL/ generatie -> cultuuroverdracht
macro: verplaatsing cultuur ele tussen: grote soc eenheid -> cultuuroverdracht
3 dimensies cultuuroverdracht
1: overdracht in tijd: v ouder op kind (traditie (= conservatie v bestaande cultuur))
2: overdracht geografische ruimte doorgeg v ene SL op andere (vb. verstedelijking)
3: overdracht binnen soc ruimte (vb/. v ene soc niveau naar andere/ pol partij)
overdracht geografische ruimte en overdracht binnen soc ruimte hangen samen hoe?
- enculturatie: geboren binnen bep cultuur
- acculturatie: later in cultuur gekomen
socialisatie als mechanisme:
- stabiliserend mechanisme (draagt bij tot continuïteit v bestaande W&N)
- soc controle machanisme (behavioristische benadering)
2 fasen soc leerproces
- play stage: (3-6j) G patronen anderen overnemen => dubbele rollen, andere pers met betekinis= SIGNIFICANT OTHER door rol ander in te vullen (= role taking) => zien extern standpunt
- game stage: + georganiseerd (+6j) leert rekening houden met ++ anderen tegelijk en geh rollen bij complexere act = the other => zelfkennis = ° GENERALIZED OTHER (= rollen leden georganiseerd groepering) => volwassen => ontw ME and I
self bestaat uit: ME and I leg uit
me= gesocialiseerde identiteit (= aangeleerd) i= individuele identiteit, niet gesocialiseerde, impulsieve, creatieve, spontane, autonome deel persh (= aangeboren)
primaire socialisatie
gezin
tijdens kindertijd (= fond) –> basis persh gevormd
- emo band!!!
- ouders: brugfunctie om culturele ele door te geven
- gezin: cultuurfilter ouders kiezen W &N die w doorgegeven
secundaire socialisatie
- bereid voor op innemen rol/ soc posi
verschil primair: - na kinderjaren
- verder bouwen op fond
- eigen keuzes
GN emo band met socialisator en gesocialiseerde
=> gn persoonlijke band, bevordert motivatie
tertiaire socialisatie
via massamedia
stadia socialisatie
1ste: anticiperend karakter: neemt soc posi nog niet in –> mentale voorbereiding op rol
2de: leert verwachtingen rol van buiten (conform gedrag)
3de: leert gedrag en nuances en subtiele betekenissen rol
4de: rol w aangepast aan persh => iedereen vervult zelfde rol anders
differentiële socialisatie: gezin
- gezinsgrootte, geboorterang, geboorteafstand (klein gezin = bevorderlijk voor intellectuele ontw, groot gezin= aandacht verdelen over veel kinderen)
- hoeveelh mid
- 1st geborenen w + gestimuleerd => btr intellectueel
- groot leeftijdsverschil => gn nadeel voor laatstgeborenen