Seingroepen Flashcards

1
Q

Wat is het attentiesein?

A

1 lange stoot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is het sein voor: ik ga stuurboord uit?

A

1 korte stoot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het sein voor: ik ga bakbord uit?

A

2 korte stoten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het sein voor: ik sla achteruit

A

3 korte stoten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het sein voor: ik kan niet manoeuvreren?

A

4 korte stoten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het sein voor: gevaar voor een aanvaring?

A

Een reeks korte stoten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het noodsein?

A
  • Herhaaldelijk lange storen

- Herhaaldelijke luiden van de scheepsbel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is het sein voor: voorbijvaren op tegengestelde koersen?

A

2 korte stoten
2 korte storen terug
- Nee = reeks korte stoten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het sein voor het verzoek tot openen van de brug of sluis?

A

Lang - kort - lang

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het blijf weg sein?

A

15 minuten lang kort lang kort lang

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is het sein bij voornemen op bakboord-op-bakboord ontmoeten op de Gelderse IJsel en de Maas?

A

1 korte stoot

1 korte stoot bevestigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is het sein bij voornemen op stuurbord-op-stuurbord ontmoeten op de Gelderse IJsel en de Maas?

A

2 korte stoten

2 korte stoten bevestigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het sein voor: ik wil u stuurboord voorbijlopen?

A

lang lang kort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is het sein voor: ik wil u bakboord voorbijlopen?

A

lang lang kort kort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is het sein voor: u kunt mij niet voorbijlopen?

A

5 maal kort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is het sein voor: ik ga over stuurbord keren?

A

lang kort

17
Q

Wat is het sein voor: ik ga over bakboord keren?

A

lang kort kort

18
Q

Wat is bij het uitvaren van havens of nevenwater het sein voor: ik ga stuurboord uit?

A

lang lang lang kort

19
Q

Wat is bij het uitvaren van havens of nevenwater het sein voor: ik ga bakboord uit?

A

lang lang lang kort kort

20
Q

Wat is bij het uitvaren van havens of nevenwater het sein voor: ik ga oversteken

A

3x lang

21
Q

Wat is het sein voor: verzoek om medische hulp?

A

kort kort kort kort lang

22
Q

Wat is het sein voor: een varende veerpont in de mist?

A

lang kort kort kort kort

23
Q

Wat is het sein voor: een varend groot schip of samenstel in de mist?

A

1 lange stoot (attentie)