ruimtelijke ordening hoofdstuk 2 Flashcards
stadskern
het centrale gedeelte van een stad waar de meeste economische, culturele, administratieve en sociale activiteiten geconcentreerd zijn
morfologie en functies stadskern
morfologie:
- hoge bevolkingsdichtheid
- aaneengesloten bebouwing
functies:
- handel, wonen, toerisme, bestuur
19e -eeuwse uitbreiding
te veel landbouwers naar de stad om in fabrieken te werken
⮕uitbreiding buiten de muren
tussen middeleeuwse omwalling en de vestingen
morfologie en functies 19e eeuwse uitbreiding
morfologie
- hoge bevolkingsdichtheid
- aaneengesloten bebouwing
functies: wonen, diensten
urbanisatie
plattelandsvlucht naar de kernstad
kernstad
stadskern + 19e eeuwse uitbreiding
na WOII
- tijdperk: ‘koning auto’
- kon in het groen rond de stad wonen
⮕naar werk pendelen
pendelen
het regelmatig reizen tussen de woonplaats en de werkplek/ school
suburbanisatie
plattelandsvlucht naar de kernstad
stadsrand
- gebied aan de rand van een stedelijk gebied
- buiten de ring
- post-industrieel
morfologie en functies stadsrand
morfologie:
- hoge tot matige bevolkingsdichtheid
- aaneengesloten en halfopen bebouwing
functies: vooral wonen
agglomeratie
stadskern + 19e eeuwse uitbreiding+ stadsrand
banlieue
de voorsteden of buitenwijken van grote steden
morfologie en functies van banlieue
morfologie:
- matige bevolkingsdichtheid
- open bebouwing
functies: wonen, thuisbouw, handel,…
stadsgewest
agglomeratie + banlieue