- RNA virussen Flashcards

1
Q
  • RNA
A
  • geen startcodon
  • geen IRES
  • gesegmenteerd of niet
  • helicaal capside
  • envelopped (membraanfusie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

mononegavirales opsomming

A
  • rhabdoviridae
  • paramyxoviridae
  • filoviridae
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

mononegavirales

A
  • mono -> niet gesegmenteerd
  • nega -> negatief RNA
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

rhabdoviridae verooraakt

A

VSV
rabiesvirus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

paramyxoviridae veroorzaakt

A
  • bof (rubulavirus)
  • mazelen (morbillivirus)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

filoviridae veroorzaakt

A

ebola virus
marburgvirus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

opsomming andere -RNA virussen

A
  • orthomyxoviridae
  • bunyaviridae
  • arenaviridae
  • reoviridae
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

orthomyxoviridae veroorzaakt

A
  • griepvirussen A, B & C (gesegmenteerd genoom)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

negri bodies

A
  • rabid virus
  • karakteristieke inclusies in brein cellen
  • hond moet dood om te bekijken brein
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

vorm rabdoviridae (tekening)

A

ppt2 dia 10&11
- tampon
- glycoproteine
- matrix proteine
- phosphoproteine
- ribonucleocapsid (RNP)
- nucleoproteine
- polymerase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

samenstelling genoom rabdoviridae

A
  • 3’OH
  • Le
  • N
  • P
  • M
  • G
  • L
  • Tr
  • 5’ P
    => panhandle tegen cell RNase
  • geen cap of poly a
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

structurele proteine

A
  • M, G, N (nucleokaspied proteine
  • M tss nucleokapside & enveloppe
  • nucleocapside = -RNA + N, NS, L
  • N : kapsomeren die kapsied vormen
  • NS + L = RDRP
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

NS proteinen

A

P = deel RDRP

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

-RNA uiteinden complementeren bij rabdoviridae

A

pannesteel ‘panhandle’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

stappen rabdoviridae in cel

A

1) opname via endocytose
2) enveloppe versmelt met membraan endosoom
3) naakt in cytoplasma
4) -RNA gerepliceerd tot enkele +RNA’s (viraal mRNA)
5) replicatie genoom na eiwitsynhtese (translatie N, P, M, G & L)
6) samenstelling & vrijstelling via knopvorming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

gedetaileerd stappenplan RNA transcr& transl

A

1) - RNA + RDRP (N/P+L)
2) - RNA blijft intact & 5 virale mRNA met poly A
3) leader RNA (-RNA) afgesplitst
4) translatie: virale proteinen door ribosomen (N > NS > M > G > L = gen-dosage-effect)
5) voldoende N gekoppeld met leader -> volledig +RNA
6) RDRP -> -RNA
7) samenstelling nieuw virus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

uitzicht paramyxoviridae

A

ppt2 dia 21
- dubbele fosfolipidelaag + fusie eiwit
- M-eiwit (tegen membraan/enveloppe)
- matrix proteinen
- polymerase
- fosfoproteine
- viraal genoom -RNA
- nukleokapsied uit kapsomeren
- hemagglutinine (spikes)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

CD46

A
  • op meeste cellen
  • na reactie spike met CD46 membraanfusie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

nodig voor replicatie viraal RNA

A
  • RDRP (groot proteine)
  • fosfoproteine
20
Q

vermenigvuldiging filoviridae

A

= paramyxoviridae

21
Q

uitzicht filoviridae (tekening)

A

ppt2 dia 26
- glycoproteine
- minor nucleoproteine
- VP24
- matrix proteine
- nucleoproteine
- polymerase complex
- polymerase (L)
- genomisch RNA

22
Q

transcriptie & translatie -RNA

A
  • RDRP
  • 7 +RNA
  • translatie
  • 7viruseiwitten
23
Q

marburg viraal genoom

A
  • -RNA
  • geen cap
  • geen poly a
  • 3’
  • NP
  • VP35
  • VP40
  • GP
  • VP30
  • VP24
  • L
    -5’
24
Q

marburg virus beschadigt

A
  • lever cellen
  • milt cellen
  • bloed cellen
  • immuun cellen
25
Q

hoe dood marburgvirus

A
  • beschadiging bloedvaten door eiwitten/defensinen van immuuncellen
  • na 1 week dood
26
Q

cytokinen storm

A
  • virus in immuuncel & repliceert
  • cell reageert met grote hoeveelheid infectie vechtende proteines
  • koorts, bloed klonters, shock & dood
27
Q

orthomyxoviridae

A
  • gesegmenteerd genoom
  • influenza A,B, C
28
Q

uitzicht orthomyxoviridae

A

ppt2 dia 31
- HA (bind receptor op gastheercel)
- M2
- NA (helpt initieren infectie
- 8 genomen

29
Q

antigene shift

A

plotselinge verandering genetisch materiaal

30
Q

antigene drift

A
  • kleine geleidelijke verandering in genetisch materiaal
31
Q

mexicaanse griep

A
  • 2009
  • influenza 1
32
Q

uitzicht influenza

A

ppt2 dia 33
- NA: neuraminidase
- dubbelde lipide enveloppe
- polymerase complex
- nuclear export proteine NEP/NS2
- M1 matrix proteine 1
- nucleic acide
- HA: hemagglutinine
- HA 1: HA head domein
- HA2: HA systeem domein
- MS: matrix proteine 2
- M2e matrix proteine 2 ectodomein
- NP: nucleoproteine

33
Q

genen in influena 1 dieren

A
  • 5 zwijn
  • 2 volgel
  • 1 mens
34
Q

stappen inflenzua 2 in cel

A

1) reactie spike & receptor
2) opname = endocytose
3) enveloppe versmelt met membraan endosoom
4) viraal -RNA naar kern
5) +RNA
6) viraal mRNA naar spikes & kapsomeren
7) knopvorming

35
Q

inwerking virusremmers

A
  • protease
  • transcriptie
  • knopvorming
36
Q

neuraminidase

A

rol bij vrijstelling virus (knipt hechting)

37
Q

tamiflu/oseltamivir

A
  • verhinderd vrijstelling nieuwe virussen
  • anti viraal middel
  • uitbraak griepvirusdeeltjes uit gastheercel verhindert
  • bootst siaalzuur na & bindt actieve centrum neuraminidase
  • remt neuraminidase die siaalzuur suiker knipt
  • viruspartikels -> aggregaten
38
Q

uitzicht bunyaviridae

A
  • ppt2 dia 40
  • ribonucleocapside
  • lipide enveloppe
  • N-linked carbohydraten
  • G1 & G2
  • polymerase (L)
39
Q

bunyaviridae

A
  • gesegmenteerd
  • soms ambisense RNA (+&-)
  • bunyavirus
  • hantavirus
  • CCHFV (crimean-congo hemorrhagic fever)
  • tomato spotted wilt virus
40
Q

stappen bunyaviridae in cel

A

1) in cel door versmelting
2) primaire transcriptie
3) translatie -> RER
4) replicatie -RNA
5) naar golgie app opname spike & kapside (spikes via vesikel golgi naar celmembraan)
6) in elkaar steken virion
7) omgekeerde endocytose
8) ook zonder eerst nr golgi en zo omgekeerde endocytose (alternatieve installatie)

41
Q

uitzicht arenaviridae

A

ppt2 dia 46
- N proteine (L & S)
- enveloppe van plasma membraan
- G1
- G2

42
Q

arenaviridae

A
  • robovirus
  • gesegmenteerd
  • ambisense (-&+)
43
Q

reoviridae

A
  • dubbelstrengig
  • reovirus respiratory enteric orphan (z spec symptomen)
  • respiratoire aandoening & diarree
  • orthovirus
  • orbivirus
  • coltivirus
  • rotavirus
  • aquarevirus
  • naakt icosahedraal (ingewikkelde opbouw)
44
Q

uitzicht rotavirus

A

ppt2 dia 50&51
-> intermediate capsid
- VP1/3, RDRP
- VP2
- VP4
- VP5
- VP6
- VP7
- VP8
- ds RNA
-> inner capsid
- T=13
- T=2

45
Q

stappen rotavirus in cel

A

1) vasthechting aan cel door spike & receptor
2) endocytose
3) proteolyse
4) memraan interactie
5) penetratie
6) primaire transcriptie
7) proteine synthese & -RNA synthese
8) kapside samenstellen
9) virion vrijgesteld (lyse gastcel)

46
Q

vaccin rotavirus

A
  • rotarix
  • duovax
  • infarix-hexa