psychology for medicine en healthcare Flashcards

1
Q

waarvan gaat de biomedische aanpak voor gezondheid van uit

A

dat alle ziekte verklaard kan worden in fysiologische processen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

motivatie

A

een kracht die iemand aanspoort om te reageren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

in welke drie theorieën kun je motivatie indelen

A

drive theories, evolutionary theories en incientive theories

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

drive theories

A

gebruiken het concept van homeostase om motivatie uit te leggen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

evolutionary theories

A

beargumenteren dat de motivatie voortkomt uit de wil om te reproduceren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

incentive theories

A

gaan er vanuit dat prikkels uit de omgeving een motivatie veroorzaken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

affect

A

emoties, impulsen en het gevoel van iemand worden hiermee aangegeven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat zijn de zes basisemoties

A

blijheid, verdriet, verassing, boosheid, angst en minachting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

stress

A

als het individue het gevoel heeft dat zijn eigen mogelijkheden (draagkracht) niet toereikend zijn om aan de eisen van de omgeving te voldoen (draaglast)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

stressoren

A

externe of interne evenementen die stress reacties prikkelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

stress responsivity

A

de manier waarop mensen met stress omgaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

welke twee soorten coping zijn er

A

probleemgerichte coping en emotie gerichte coping

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

welke drie vormen van leren zijn er

A

klassiek conditioneren
operant conditioneren
modelling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat zijn de vijf dimensies voor ziektebeelden

A

identiteit, tijdspad, oorzaak, controle en consequenties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

expectancy-value principle

A

gaat er van uit dat een gedrag hetzelfde zal blijven of veranderen als een persoon a) een zeker resultaat verwacht b) deze uitkomst als belangrijk of positief ervaren wordt door de persoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

health belief model

A

gaat er van uit dat de kans dat iemand zijn gedrag veranderd afhankelijk is van de ontvangen bedreiging op hun huidige situatie, gecombineerd met een evaluatie van de uitkomst als zij veranderen

17
Q

theory of planned behaviour

A

gaat uit van de aaname dat een persoons intentie de sterkste determinant voor het veranderen van gedrag is

18
Q

welke vier componenten heeft het transtheoretical model

A

de stadia van verandering, besissings balans, zekerheid en verleiding en het proces van verandering

19
Q

uit welke vijf factoren bestaat de prime theory

A

plannen reacties impulsen motivaties en evaluaties

20
Q

welke drie hoofdtypes van positieve verandering doen zich voor

A

enhanced relationships
changed view of themselves
changed life philosphy

21
Q

door welke vijf fases gaat men bij de dood

A
denial
anger
bargaining
depression
acceptance
22
Q

welke drie factoren kunnen je perceptuele set beinvloeden

A

drempel voor perceptie
ervaringen uit het verleden
emoties, cultuur, individuele waarden