psychologie slapen Flashcards

1
Q

REM slaap

A

naar mate je ouder wordt neemt je REM slaap af en ben je langer wakker en slaap je niet meer overdag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

fysieke voorbereiding voor het slapen

A

het kind wordt rustig, de hartslag daalt, het slaaphormoon moet worden aangemaakt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

voorbeeld fysiek vlak

A

toilet gaan, tanden poetsen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

mentale voorbereiding voor het slapen

A

rustig worden om beter te kunnen slapen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

voorbeeld mentaal vlak

A

opruimen, verhaaltje lezen, een liedje zingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

voordelen van buitenslapen in de kinderopvang

A

slaapt sneller in door de natuur geluiden en er wordt sneller vitamine D aangemaakt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

nachtmerries

A

wakker schieten met een hevige huilbui

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

hoofdbonken

A

een tic, inslaap wiegen en/of tot rust brengen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wiegendood

A

oorzaken: vroeggeboorte, laag geboortegewicht, knuffels in het bed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

nachtelijke paniekaanvallen

A

luide schreeuw, de neiging rechtop te zitten, lijkt wakker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

kinderbegeleider ondernemen bij slaapwandelen

A

ramen & deuren sluiten, het kind niet wakker maken, voorwerpen verwijderen die in de weg staan, leidt het kind terug naar zijn bed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

slaapsignalen

A

geeuwen, in de ogen wrijven, zeuren, weinig interesse in speelgoed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

resultaat van onvoldoende slaap

A

spanning, prikkelbaarheid, slecht humeur, concentratiestoornissen,

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

een goede en veilige slaapplaats

A

vermindert het risico op wiegendood, vaste slaapplek, niet slapen met speelgoed of knuffels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wisselendehouding

A

tegengaan van voorkeurshouding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly