poezie

Question 1

klank:

Answer 1

• rijm
• opvallende klanken
• alliteratie, assonantie

Question 2

vorm

Answer 2

• strofe
• refrein
• speciale vorm
• geen volledige zinnen
• beknopt
• volmaakt

Question 3

inhoud:

Answer 3

• emoties
• eigen leven
• verwerken
  -taalgebruik

Question 4

assonantie

Answer 4

Klinkerrijm: verschillende lettergrepen die op elkaar volgen bevatten dezelfde klinker. Daardoor valt de klank op.

Question 5

alliteratie

Answer 5

Beginrijm of letterrijm: verschillende woorden die op elkaar volgen beginnen met dezelfde medeklinker(s).

Question 6

opsomming

Answer 6

Verschillende zaken worden na elkaar op een rijtje gezet.

Question 7

herhaling

Answer 7

Woorden of zinsdelen worden meermaals gebruikt om er extra nadruk op te leggen.

Question 8

tegenstelling

Answer 8

Twee begrippen met een tegenovergestelde betekenis worden met elkaar verbonden.

Question 9

vergelijking

Answer 9

Een persoon of voorwerp in de werkelijkheid wordt verbonden met een beeld door ‘als’, ‘zoals’ of ‘gelijk’.

Question 10

eindrijm

Answer 10

gelijkheid van klank aan het einde van woorden

Question 11

Personificatie

Answer 11

Een voorwerp wordt als levende persoon voorgesteld.

Question 12

metrum

Answer 12

Als in een gedicht of nummer een vast ritme zit

Question 13

beeldspraak=

Answer 13

Vergelijkingen

Question 14

metafoor

Answer 14

Een metafoor is een vorm van figuurlijk taalgebruik op basis van een vergelijking