patiënten met koorts Flashcards

1
Q

Om een sepsis te beoordelen zijn de SIRS criteria gemaakt, wat zijn deze (4)?

A
  1. Temp boven 38 graden of onder 36 graden
  2. Ademfrequentie >20/min
  3. Hartfrequentie >90/min
  4. Leukocyten >12 of <4x10^9/L
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Aan hoeveel SIRS criteria moet je voldoen voor een sepsis?

A

Meer dan 2 icm infectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer is iemand neutropeen?

A

Minder dan 0.5 x10^9/L neutrofielen in het bloed. Mensen worden sneller ziek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bij welk beeld is CMV een beruchte verwekker?

A

Na een recente niertransplantatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Risico groepen voor MRSA (5)?

A
  1. Pt die minder dan 2 maanden en voor meer dan 24 uur opgenomen zijn in een ziekenhuis in het buitenland
  2. Pt die van een afdeling komen waar MRSA is aangetoond
  3. Pt die voor hun beroep veel contact hebben met levende varkens en vleeskoeien
  4. Pt met bekend dragerschap van MRSA
  5. Pt die minder dan 2 maanden geleden in een asielzoekerscentrum woonden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

In welke 5 gevallen moet je denken aan een atypische verwekker?

A
  1. Aspiratie
  2. Pt uit TBC endemisch gebied
  3. Als de pt na 2 dagen anti-biotica nog steeds koorts heeft
  4. Pt recent bezoek aan een ander land
  5. Bij veel contact met dieren (MRSA bij varkens, chlam psittaci bij vogels)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wanneer ontstaat een post-obstructiepneumonie?

A

Pneumonie die ontstaat in een deel van de long dat minder goed geventileerd wordt doordat er een tumor zit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe snel geeft antibiotica verlichting van de klachten?

A

Binnen 24-48 uur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoeveel meer risico hebben mensen met DM op het krijgen van een (ernstige) infectie?

A

Twee keer grotere kans

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanneer ben je ernstig immuun gecomprimeerd?

A

Minder dan 200 cd4+ cellen/microliter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Aan welke ziekte moet je denken als iemand malaise heeft, opgezette lymfeklieren, meer leukocyten, lymfocyten en monocyten?

A

De ziekte van pfeiffer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waarom vraag je bij zwangere pt naar de duur van de zwangerschap bij koorts?

A

Koorts kan weeen opwekken en hoge koorts kan mogelijk schadelijk zijn voor de foetus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke koortsverlagende middelen geef je bij zwangeren?

A

Alleen paracetamol mag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is myosotis? + kenmerkende symptomen

A
  • griepachtige prodromen van koorts
  • gegeneraliseerde spierpijn
    Respiratoire of gastro-intestinale klachten

Kenmerkende symptomen:
- onbegrepen ECG afwijkingen
- atypisch beeld
- hemodynamische instabiliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke labuitslagen bij myocarditis wijzen op cardiale schade?

A

ASAT sterk verhoogd, ALAT niet (sterk) verhoogd en een verhoogd LDH

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke 3 oorzaken bij pneumonie zorgen voor buikpijn?

A
  • gerefereerde pijn naar de buik (alleen bij infectie van onderkwab)
  • spierpijn in de buik door aanhoudend hoesten
  • mesenteriale lymfadenopathie
17
Q

Wat is familiaire mediterrane koorts? Welk gen? bij wie? Symptomen? Beh? complicaties?

A

Erfelijke aandoening (autosomaal recessief) door mutatie in MEFV gen dat codeert voor pyrine. Dit heeft een rol bij het controleren van ontstekingsreacties. Mn bij mensen onder de 20 jaar.
Klachten: recidiverende koortsaanvallen met soms synovitis en serositis + soms erysipelas achtig exantheem
Beh: colchicine (beschermt ook tegen ontwikkeling amyloïdose)
Complicaties: aanhoudende spierpijn, chronische mono-arteritis en amyloïdose. Ook kans op nefrotisch syndroom of nierinsuf

18
Q

Welke 3 groepen hebben een zeer hoog risico op infectie?

A
  1. bij alarmsymptomen
  2. kind <1 mnd + koorts
  3. kind <3 mnd + koorts zonder focus
19
Q

Welke 6 vragen moet je stellen in de anamnese van een kind met koorts?

A
  1. indruk van ziek zijn
  2. hoeveelheid vochtinname en plasluiers
  3. beloop en duur koorts
  4. mogelijke focus (huid, kno, longen)
  5. comorbiditeiten/vaccinaties
  6. zieken in de omgeving
20
Q

Wat doe je als je geen focus voor de koorts kan vinden?

A

urine onderzoek

21
Q

Hoe meet je de temperatuur bij een kind <3 mnd?

A

rectaal