Ontwikkelingen en verstedelijking Flashcards
In de groei van een stad kunnen verschillende ontwikkelingsfasen onderscheiden worden…Geeft de 4 ontwikkelingsfasen die wij bespreken?
Urbanisatie, suburbanisatie, desurbanisatie en re-urbanisatie.
Wat is de subrubanisatie?
Het veranderen van het wonen uit de stad, eerst naar de rand v de stedelijke agglomeratie, dan naar meer perifere gebieden. (= Plattelandsvlucht)
Bij wat ligt de oorzaak van de suburbanisatie?
Bij het verzorgen van het openbaar vervoer en de ontwikkeling van het privé-vervoer, gekoppeld aan lagere grond- en woningprijzen verder van de stedelijk centra.
Wat waren de pull-factoren voor mensen om naar de stadsrand te trekken?
Het groene land en de ruim geïnterpreteerde en laks toegepaste reglementering m.b.t. de Ruimtelijke Ordening.
Wat waren enkele push-factoren (= negatieve eigenschappen aan de stadskern) om te trekken naar de stadsrand?
De dichtbevolkte stedelijke agglomeratie. = het gebrek aan groen = druk van winkels en horeca = veroudering van woningbestad = ...
Wat is de desurbanisatie?
De processen gelijk aan de suburbanisatie maar de agglomeratie zal haar bevolkingsaantal in sterke mate zien afnemen. Terwijl et stadsgeest even veel bevolking blijft behouden.
Bij desurbanisatie zijn de transportnetwerken sterk geregeld en de economische jobs hebben de centrale stedelijke zones geruild voor de stedelijke rand of voor omgevende, niet-stedelijke gebieden…Is desurbanisatie een negatief of positief proces?
Een zeer negatief proces.
Welke fase vormt de re-urbanisatie?
De fase van terugkeer naar de stad.
Door wat kenmerkt urbanisatie zich?
Door een sterke bevolkingsgroei in de 19e en begin 20e eeuw in de binnenstad.
Wat gebeurt er met de plattelandsbevolking door urbanisatie?
Ze moeten migreren naar stedelijke-industriële gebieden. Want de landbouw kon deze bevolkingsgroei niet dragen.