Neuronale Ontwikkeling

Question 1

Gastrulatie

Answer 1

Mesoderm= skelet, sier en cardiovasculaire systemen
Endoderm = Urine, spijsverterings en ademhalingssysteen
ectoderm = huid en zenuwstelsel

Question 2

Neurulatie

Answer 2

Vorming van de neurale buis. Ontstaat uit ectoderm wat buigt en samen bindt. Het wordt geïnduceerd door het notochord, wordt wervelkolom. Neurale lijstcellen worden het perifere zenuwstelsel

Question 3

Spina bifida

Answer 3

Open ruggetje, gebeurd als de neurale buis niet goed sluit. Als het ectoderm onder niet opnieuw aan elkaar vast gaat.

Question 4

Anencephalie

Answer 4

Dan sluit de neurale buis aan de bovenkant niet. Hersenen ontwikkelen hier niet allemaal en kinderen worden met een platte schedel geboren.
Bij exencephalie zitten de hersenen buiten de schedel

Question 5

Anteroposterior patroon

Answer 5

Wordt bepaald door retinoic acoid die Hox genen induceert. Sommige genen staan dus aan bij hoge concentratie retinoic acid en sommige bij een lage concentratie.
Hierdoor kunnen we verklaren waarom de neurale buis op plekken differentieel ontwikkelt

Question 6

Dorsoventraal patroon

Answer 6

Ontstaat door notochord die Shh afgeeft, dit induceert de formatie van de vloer en de generatie van motorische neuronen. BMP’s induceren de formatie van het dak en de generatie van interneuronen

Question 7

Mechanismen van neuronale ontwikkeling

Answer 7

1. Extrinsieke signalen (morfogenen) worden geproduceerd door omliggende cellen Chordin (voorbrein), WNT-1 en FGF-8 (middenhersenen)
2. Morphogenen veranderen de intrinsieke gen expressie door transcriptie factoren te activeren

Question 8

Neurale stamcellen

Answer 8

1. Zijn Multi potentieel (kunnen zowel neuronen als gliacellen worden)
2. Zijn ongelimiteerd voor celdeling
3. Genereren als nieuwe stamcellen (zijn zelfvernieuwend)

Question 9

Waardoor worden microgliacellen gemaakt?

Answer 9

Bindweefsel ipv van het brein

Question 10

Stamcellen in ventriculaire zone

Answer 10

Dit zijn neuroepitheliale stamcellen die tijdens de embryonale ontwikkeling actief zijn.
Genereren met projectieneuronen

Question 11

Stamcellen in subventriculaire zone

Answer 11

Actief na embryonale ontwikkeling en bevinden zich naast de dorsale, ventrale en laterale ventrikels.
Het zijn bijna alleen maar schakelneuronen.
Dorsale hoorn migreert naar olfactorische cortex en ventraal naar hippcampus

Question 12

Radiaal patroonvorming

Answer 12

Van binnen naar buiten. In de cortex liggen gliacellen in de ventriculaire zone en deze hebben een lange uitloper die contact maken met de hersenvliezen. Deze uitlopers vormen een route voor nieuwe cellen naar de hersenschors. De vroegst geboren cellen liggen aan de binnenkant van de cellaag en de laatgevormde cellen aan de buitenkant van de cellaag

Question 13

Laminatie defect

Answer 13

Omgekeerde gelaagdheid van de cellen, hierdoor zitten de vroegstgeboren cellen aan de buitenkant en de laatste aan de binnenkant. komt vaak voor in het cerebellum

Question 14

Axongroei

Answer 14

Bevat een groei kegel die veel actine filamenten heeft die de omgeving aftasten en de richting wijzen voor het axon.
Aan de groeikegel zit filipodia, waarvan de groei door morfogenen wordt beïnvloedt = positief effect, dan groeien ze die kant op.
Axonen worden door richtingaanwijzers (contact repulsie en attractie) en stoffen (chemorepulsie / -attractie) de weg gewezen

Question 15

Synaps eliminatie

Answer 15

1. Speelt een rol bij spieren waarbij kinderen te veel synapsen op hun spieren hebben. Uiteindelijk moeten deze 1 op 1 staan en moeten er dus synapsen weggehaald worden. Degene die het meeste activiteit vertoont blijft van de synapsen
2. speelt ook een rol bij het oog. Synapsen in de visuele schors liggen veel door elkaar. Pas als de ogen gebruikt wordt dit georganiseerd en moeten er dus ook synapsen worden weggehaald. Als dit fout gaat kan er bij kinderen een lui oog ontstaat. Wordt opgelost door een sticker op het dominante oog te doen

Question 16

Ontwikkeling van onderdelen in de hersenen

Answer 16

1. Sensorische en motorische cortex ontwikkeling vindt plaats tot ongeveer 4-5 jaar
2. Parietale en temporale associatie cortex ontwikkelt tot 12 jaar
3. Prefrontale cortex ontwikkelt tot 25 jaar