nederlands BZL 6+5 beschrijvingen Flashcards

1
Q

afleiden

A

een besluit trekken uit iets

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

hierdoor

A

door iets wat eraan voorafgaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

uitzending

A

een programma op de radio of tv

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

voorlopig

A

wat nog kan veranderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

construeren

A

iets opbouwen of samenstellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

discussie

A

een gesprek waarbij je meningen uitwisselt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

verleden

A

wat voorbij is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

bericht

A

een boodschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

onderzoek

A

een test waarbij je iemand of iets nakijkt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

verloop

A

de wijze waarop iets zich afspeelt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

bekomen van

A

weer tot jezelf komen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

legendarisch

A

befaamd,fabelachtig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

setting

A

een omgeving of situatie waarin zich iets afspeelt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

meedingen

A

met anderen wedijveren om

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

cover

A

hoes van een grammofoonplaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly