Ned. Argumentatieleer Flashcards

1
Q

Wat is het verschil tussen objectieve en subjectieve argumenten?

A

Objectieve zijn gebaseerd op controleerbare feiten, subjectieve vb. gebaseerd op mening, gevoelens, ervaringen of vermoedens. = Persoonlijk, vatbaar voor discussie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Def. Argument:

A

wat je aanhaalt om je standpunt te verdedigen of te bewijzen
-> ‘aangezien’, ‘immers’, ‘omdat’, ‘want’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Def. stelling:

A

zienswijze, mening aan het begin (van een discussie, betogende tekst,…)
-> ’ik vind’, ‘volgens mij’,

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Def. conclusie:

A

gevolgtrekking, besluit (= slot van een redenering
-> ‘vandaar’, ‘daarom’, ‘dus’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

S,A,C?
Het regent voortdurend in Engeland. Ik ga daar nooit op vakantie.

A

A-C

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

S,A,C?
Ik leg nooit een zwembad in de tuin aan. Het is duur en vraagt veel onderhoud.

A

S-A-A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

S,A,C?
Het wordt weer herfst. Kijk maar: de bomen verliezen hun bladeren.

A

S-A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

S,A,C?
Gianni is een schat van een jongen. Gisteren stond hij zijn plaats af in de tram.

A

S-A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

S,A,C?
Er is een groot tekort aan computerdeskundigen. Met een informaticaopleiding zit je goed.

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Argumentatiesoort: Je noemt in het argument een bepaalde eigenschap van wat je in het standpunt beweert

A

Argumentatie op basis van een eigenschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Argumentatiesoort: Je noemt in het argument een bepaalde eigenschap van wat je in het standpunt beweert

A

Argumentatie op basis van een eigenschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Argumentatiesoort:
-> In het argument geef je een verklaring (oorzaak) voor het gevolg dat je noemt in het standpunt
-> Je voorspelt op grond van de oorzaak (argument) dat het gevolg ( standpunt) hoogstwaarschijnlijk zal optreden

A

Argumentatie op basis van een oorzaak-gevolg relatie (1e = verklarende
2e= voorspellende)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Argumentatiesoort: je verdedigt je standpunt door in je argument een beroep te doen op een onderzoeksuitslag, een wetenschappelijk inzicht, een uitspraak van een gezaghebbende deskundige of een bevoegde instantie.

A

Argumentatie op basis van deskundigheid of autoriteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Argumentatiesoort: Je verdedigt de algemene uitspraak in je standpunt met 1 of meerder bewijzende voorbeelden

A

Argumentatie op basis van voorbeelden die dienen als bewijzen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Argumentatiesoort: je maakt het standpunt aanneemelijk met een vergelijkbaar geval

A

Argumentatie op basis van een vergelijking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly