moeilijke voc caput 1,2 en 3 Flashcards
zonder stamtijden
1
Q
iste
A
aanwijzend vnw. die, dat
2
Q
ille
A
aanwijzend vnw. die dat
3
Q
is, ea, id
A
aanwijzend vnw. die, dat
4
Q
etiam
A
bijwoord ook, zelfs, nog
5
Q
itaque
A
bijwoord daarom, en zo
6
Q
tamen
A
bijwoord toch
7
Q
tandem
A
bijwoord toch
8
Q
tandem
A
bijwoord (ui)eindelijk
9
Q
tum
A
bijwoord op dat moment, dan
10
Q
at
A
voegwoord maar
11
Q
dum
A
voegwoord terwijl
12
Q
grex
A
gregis m. de kudde
13
Q
incolumnis
A
- incolume, incolumis ongedeerd
14
Q
pascere
A
-o weiden, hoeden, laten grazen
15
Q
quidem
A
bijwoord wel(iswaar), teminste, meer bepaald
16
Q
quam
A
bijwoord dan, zo… mogelijk