LW 2 Flashcards
wat zijn de 3 views bij computer netwerken?
▪ Component view (“Nuts and Bolts”)
▪ Service view (“Wat kan je er mee doen?”)
▪ Protocol view (“Formele afspraken om componenten te laten samenwerken”)
wat is een computernetwerk?
Een computernetwerk is een verzameling, onderling verbonden, autonome computers
BV: verbindingen, netwerkapparatuur, aangesloten computers, smartphones, printers, gameconsoles
waarom computers in een netwerk?
▪ Delen van gegevens (bijv. Blackboard)
▪ Delen van devices/hardware (bijv. Network Printer)
▪ Delen van applicaties (bijv. Network Gaming)
▪ Communicatie (bijv. Email of VoIP)
component view -> wat zijn de 3 componenten
▪ Media
▪ Netwerkdevices
▪ Eindsystemen
welke componenten horen bij media?
- LAN verbinding
- WAN verbinding
- glasvezel
- wireless
welke componenten horen bij netwerk devices?
- router
- L2 switch
- wireless acces point
- firewall
welke componenten horen bij eindsystemen?
- clients
- servers
router
- Stuurt verkeer door
- Bepaalt de “ next hop” van een route naar de eindbestemming op
basis van een hiërarchisch globaal adres (het IP-adres) - Koppelt verschillende netwerken (bijv. ADSL aan WIFI)
- Wordt soms ook wel L3-switch genoemd
switch (L2 switch)
computers koppelen aan een netwerk
- Stuurt ook verkeer door binnen één netwerk
- Bepaalt lokaal de route op basis van lokaal machine-adres (bijv. MAC adres bij Ethernet IEEE802.3)
- Vaak veel aansluitpunten
wireless access point
- Zoals een switch maar dan wireless (WIFI)
- Vaak gecombineerd met een router voor ADSL/kabel
- Vaak ook wired netwerk (wireless en wired binnen hetzelfde netwerk)
firewall
- Zoals een router maar dan met een filter
- Vaak ingebouwd in een router
- Kan onveilig verkeer blokkeren
een computernetwerk levert diensten. noem voorbeelden.
(services view)
((functionele eisen))
▪ Browsen op het internet ▪ Gamen met meerdere personen ▪ Samen werken aan een document ▪ Video-conferencing ▪ Weersvoorspelling opvragen
Een technische infrastructuur levert diensten (services) die moeten voldoen aan
functionele eisen en niet-functionele eisen
niet-functionele eisen (technische of operationele eisen)
▪ Capaciteit & schaalbaarheid (hoe veel gebruikers?)
▪ Prestatie (hoe snel?)
▪ Beschikbaarheid (op welke momenten te gebruiken?)
▪ Continuïteit (wat gebeurt er bij volledige uitval?)
▪ Veiligheid & Privacy (zijn mijn gegevens veilig?)
▪ Beheer(s)baarheid (eenvoudig aan te passen?)
noem voorbeelden van computing paradigma’s
▪ Mainframe ▪ Isolated microcomputer (Sneaker net) ▪ Fat client (bijv. Windows workgroup) ▪ Thin Client (bijv. Citrix) ▪ Cloud computing (Iaas, Paas, Saas)