Losse feiten Flashcards
Matching kan gebruikt worden om confounders uit te sluiten
Steekproefscore = score uit ENKELE steekproef
Steekproefverdeling = scores uit ontelbaar onderzoek
Populatieverdeling = alle waarden van alle onderzoekseenheden
SE=SD/ Wortel N
SE is altijd kleiner dan SD!
SE hangt af van het aantal proefpersonen;
hoe meer proef personen, hoe kleiner SE, hoe minder proefpersonen, hoe groter SE
Hoe groter N, hoe smaller BI
Hoe kleiner N, hoe breder BI
(hoe spitser de lijn, hoe meer mensen)
correlatie (r) x correlatie (r) = R2
R2 = proportie verklaarde variantie
Standard estimate= gestandaardiseerde bèta (same)
kijken naar effect, niet significantie (dus naar .r, niet naar p)
Levene’s test
P-waarde NIET significant = varianties tussen groepen gelijk
Nulhypothese –er is homogeniteit van varianties tussen de groepen
OSVAR
Onderzoeksvraag formuleren
Studie ontwerpen
Verzamelen Data
Analyseren Data
Rapporteren Data
Gestratificeerde A selecte steekproef
= doelbewust en a-priori selectie van de subpopulatie en daarna Randomisatie
100% BI = superbreed
hoe betrouwbaarder BI, hoe breder BI
continue = altijd histogram
categorisch = altijd staafdiagram
Y^ = B0+B1 x waarde die we willen hebben
Cohen’s D is voor dichotome categorische + continue variabele (t-test)
= gestandaardiseerd verschil tussen gemiddelden
0 - 0.2 triviaal
0.2-0.5 zwak
05.-08 middelsterk
08.-1.3 sterk
1.3+ supersterk
Gepaarde toets meer power dan onafhankelijke t-toets
(gepaarde heeft minder groepen)
Multiple testing = Post Hoc
= p-waarde wordt gecorrigeerd