Logistiek H6 Flashcards

1
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

administratiekosten

A

de kosten die je maakt voor het bijhouden van de administratie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

besteleenheid

A

de hoeveelheid artikelen in 1 verpakkingseenheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

bestelfrequentie

A

het aantal keer dat je een bestelling plaatst (per jaar)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

bestelinterval

A

de tijd tussen twee momenten waarop je kunt bestellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

bestelkosten

A

de kosten die je maakt wanneer je goederen bestelt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

bestelmethode

A

een combinatie van bestelgrootte en bestelfrequentie die bepaalt wanneer je gaat bestellen en hoeveel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

bestelmoment

A

de dag en soms het tijdstip waarop je een bepaalde bestelling plaatst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

bestelniveau

A

de hoogte van de voorraad waarbij je moet gaan bestellen. Een ander woord voor bestelpunt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

bestelpunt

A

de hoogte van de voorraad waarbij je moet gaan bestellen. Een ander woord voor bestlniveau

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

BQ-bestelmethode

A

methode met een variabel bestelmoment en een vaste bestelgrootte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

BS-bestelmethode

A

methode met een variabel bestelmoment een een variabele bestelgrootte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

geautomatiseerd bestelsysteem

A

het bestellen van artikelen op basis van de scanninginformatie van de kassa’s

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Just-in-time-principe

A

levering van goederen op het juiste moment, in de juist hoeveelheid, op de juiste plaats en tegen de juiste voorwaarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

leveringsfrequentie

A

het aantal keren dat een leverancier in een bepaalde periode bepaalde goederen kan leveren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

leveringstermijn

A

de tijd tussen het moment van bestellen bij de leverancier en e ontvangst van goederen. Oftewel levertijd

17
Q

levertijd

A

de tijd tussen het moment van bestellen bij de leverancier en de ontvangst van de goederen. Oftewel levertijd

18
Q

optimale bestelgrootte

A

de optimale hoeveelheid artikelen die je per keer bestelt, waarbij de optelsom van de voorraadkosten en de bestelkosten zo laag mogelijk zijn

19
Q

order entry-systeem

A

het bestellen met een handterminal, een scanner of een leespen via een schap kaart of order entry-lijst

20
Q

personeelskosten

A

de kosten voor medewerkers

21
Q

servicegraad

A

de mate waarin je aan de vraag naar een product kunt voldoen

22
Q

signaalvoorraad

A

bestelpunt dat je gebruikt bij vaste bestelmomenten (sQ en sS)

23
Q

sQ-bestelmethode

A

bestelmethode met een vast bestelmoment en een vaste bestelgrootte

24
Q

sS-bestelmethode

A

bestelmethode met een vast bestelmoment en een variabele bestelgrootte

25
Q

verzend- of transportkosten

A

de kosten die de leverancier in rekening brengt voor het versturen van de goederen