les adjectifs module 3 Flashcards
1
Q
een voordelige prijs
A
un prix avantageux
2
Q
een lage prijs
A
un prix bas
3
Q
een wit product (merkloos, generiek, goedkoop)
A
un produit blanc
4
Q
goedkope producten
A
des produits bon marché
5
Q
handelsakkoord
A
un acord commercial
6
Q
een handelsbalans
A
un balance commercial
7
Q
handelsafgevaardigde
A
un delegue commercial
8
Q
handelsbetrekkingen
A
des échanges commerciaux
9
Q
een commerciële operatie
A
une opération commerciale
10
Q
handelsrelatie
A
une relation commerciale
11
Q
handelstransactie
A
une transaction commerciale
12
Q
conjuncturele schommelingen
A
des fluctuations conjoncturelles
13
Q
voedingswaren geschikt voor consumptie
A
des denrées consommables
14
Q
voedingswaren niet geschikt voor consumptie
A
des denrées inconsumables
15
Q
een spotprijs
A
un prix dérisoire
16
Q
een tolmuur
A
une barrière douaniere
17
Q
een douane maatregel
A
une mesure douaniere
