les 8 - culturele verschillen in vebale en non-verbale communicatie Flashcards
1
Q
criteria voor een geslaagde communicatie
A
- duidelijkheid
- gepastheid
- aantrekkelijkheid
- correctheid
2
Q
duidelijkheid
A
- betekenis moet eenvoudig zijn
- aansluitend bij het doelpubliek
- antwoord op topische vragen
3
Q
gepastheid
A
- beleefdheid
- lang genoeg zonder overbodige informatie
4
Q
aantrekkelijkheid
A
- inhoud en tekst moeten publiek uitnodigen om verder te lezen
5
Q
correctheid
A
- geen inhoudelijke fouten
- zinsbouw moet correct zijn
6
Q
falende communicatie
A
- psychologische ruis
- semantische ruis
- fysieke of mechanische ruis
7
Q
psychologische ruis
A
= gedachten van zender/ontvanger staan een goede communicatie in de weg
8
Q
Semantische ruis
A
= wanneer de zender en de ontvanger niet over hetzelfde tekensysteem bevatten
9
Q
Fysieke of mechanische ruis
A
= externe factoren die een goede communicatie verhinderen
10
Q
verbale communicatie
A
- woorden of geluiden
- gesproken of geschreven
Bv.
brief
radioprogramma
11
Q
non-verbale communicatie
A
- uitwisseling van boodschap zonder woorden
Bv.
lichaamstaal
verkeersborden