Les 4: Woede en straf Flashcards

1
Q

Definities van woede

A
  • In woede en straf eigen vorm van redelijkheid, niet zomaar te reduceren tot cognitieve of manipulatieve interesse
  • OED: “Anger strong feeling of annoyance, displeasure, or hostility”
  • CED: “Anger strong feeling makes you want to hurt someone or be unpleasant because of something unfair or unkind that happened”
  • APA: “Anger emotion characterized by antagonism toward someone or something you feel has deliberately done you wrong”
  • Woede: gevoel gericht op handelen, doen van iets. Gekarakteriseerd door antagonsime: iemand jou iets aangedaan. Definities over woede helpen niet erover na te denken: niet specifiek genoeg. Bovendien moeilijk nadenken over woede en straf: willen namelijk niet boos zijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Woede en straf in antiek athene

A
  • Wanneer over straf, geen twijfel dat woede centrale concept was. Strafsysteem gericht op omgaan met woede. Op moment van conflict rechtszaak plannen en zelf bepleiten/verdedigen. Ernst misdrijf bepaald door kwaadheid. Grote morele maxime: “Help je vrienden en schaadt vijanden”. Beiden gezien als morele plicht, waardoor minder problemen met woede
  • Tegengesteld aan Jezus “Heb je vijanden lief”: geen vijanden meer tegenwoordig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Aristoteles’ definitie van woede

A
  • Woede is een met pijn gepaard gaande drang tot manifeste vergelding van manifeste geringschatting van iemand zelf of van wie of wat hem aanbelangt, door mensen wie het niet past zoiets te doen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Elementen van Aristoteles’ definitie

A
  • Met pijn gepaard gaande
  • Drang
  • Tot manifeste vergelding
  • Manifeste geringschatting
  • Van iemand zelf of van wie/wat hem aanbelangt
  • Door mensen wie niet past zoiets te doen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Rede en emotie in de woede

A
  • Aristoteles veronderstelt redelijkheid in woede. Terecht? Woede niet zomaar sterk gevoel, maar redelijke componenten
  • Legt probleem bloot. Geringschap van juiste soort kunnen opvatten voordat kwaad
  • Rede ziet geringschatting, emotie gaat mee vandoor. Door rede zien we belediging, pas bij interpretatie weten dat je boos bent. Eigen aan woede is dat er heel fel, heftig wordt gereageerd
  • Redelijke woede: kwaad zijn op juiste persoon, in juiste mate, op juiste moment, om juiste rede, op juiste wijze
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke factoren zorgen ervoor dat we meer kwaad worden?

A
  • Gemakkelijk kwaad wanneer gedepriveerd, tekort ervaren
  • Eerder kwaad op vrienden dan op vreemden. Op moment dat vriend ons geringschat, is dat laatste wat we van die persoon verwachten en accepteren
  • Ook sociale context effect op uiting woede. Gemakkelijker verdragen belachelijk gemaakt te worden op straat dan in grote groep mensen. Kwaad wanneer rivalen of mensen die we respecteren/bewonderen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke factoren zorgen ervoor dat we minder kwaad worden?

A
  • Geen slechte intentie, onwetend of in slechte bui, minder kwaad. Ook wanneer erkenning of excuses minder boos. Redenen
  • Woede neemt af met tijd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Woede en haat

A
  • Woede onderscheiden van haat. Kan uitmonden in haat (woede als oorzaak), maar is enige mogelijke link tussen beide. Hebben andere oorzaak, ander object, andere bedoeling
  • Boosheid uit wat persoon zelf wordt aangedaan, vijandschap ontstaat zonder persoonlijke krenking: bepaalde eigenschappen toeschrijven genoeg. Bv: homohaat
  • Woede gericht op individu, haat op klassen van personen. Gaat niet om 1 individu. Bv: kwaad politieke partij
  • Oogmerken verschillen. Woede is pijn doen, haat is kwaad doen. Op haat geen remming, woede kan dalen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Retributie

A

goede straf moet vergeldend zijn, moet dader verdiende loon geven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Afschrikking

A

potentiële daders afschrikken om meer misdrijven te plegen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Rehabilitatie

A

daders leren beter mens te worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Herstel

A

straf gericht op opgerichte schade herstellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Cesare Beccaria (1738-1794)

A
  • Straf moet vooral nuttig zijn (ratio): toekomstgericht. Zorgen voor minder misdrijven in samenleving. Mate waarin straf effect bereikt, moet in puur empirische termen bekeken kunnen worden
  • Idee van vergelding verdacht in Verlichting, want gebaseerd op emotie ipv ratio, waardoor onnuttig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Strafrechtelijk populisme

A
  • Sterke stroming in samenleving van mensen kwaad op misdadigers. Gebaseerd op woede, misschien haat
  • Willen rationeel zijn, enkel straffen wanneer nut. Maar ook sterke emotie. Misschien rationeel in emotie?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Seneca (4vC-65nC)

A

Stoïcijns filosoof negatief tov emoties. Woede in alle gevallen slecht, tijdelijke waanzin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Thomas van Aquino (1225-1274)

A

Theoloog in traditie Aristoteles. Woede in bepaalde gevallen, mits in toom gehouden, prijzenswaardig: soms kwaad zijn, anders geen goed mens

17
Q

Martha Nussbaum

A
  • kritisch naar idee van woede en vergeving. Semi-stoïcijns: in traditie Seneca (negatief naar woede), maar vindt niet alle emoties slecht. Idee dat er constructieve en destructieve emoties bestaan. 2 problemen met woede, waardoor onaanvaardbaar als emotie
     Idee dat drang in woede tot vergelding. Idee van vergelding retributie (payback) gebaseerd op metafysische nonsens. Karma gelijkaardig aan vergeldingsidee: iemand misdrijf, dan iets in werkelijkheid dat vraagt dat deze gestraft moet worden. Allemaal zever, niets in werkelijkheid dat vraagt kwaad met kwaad te vergelden. Allemaal metafysische nonsens: richten op toekomst, samenleving en slachtoffer. Straffen brengt geen nut
     Woede voort uit kwetsuur van geringschat voelen, maar toont daardoor geen authentieke emotie te zijn. Egocentrische emotie, doet focussen op emotionele status. Cultiveren van woede is zelfde als cultiveren egocentrische focus, gerichtheid. Wanneer kwaad te veel geobsedeerd door verschillende status
18
Q

Kritiek op Nussbaum van prof

- Bezorgdheid om sociale status is geen probleem

A
  • Veel misdrijven fundamenteel over geringschatting, vernedering, objectivering. Moeten zien dat in samenleving relatieve verschillen tussen mensen zeer relevant. Misdrijven vaak karakter van vernedering: van herleiden van mensen tot middel om doel te bereiken. Zelfs in kleine misdrijven
  • Ook in egalitaire samenleving kunnen misdrijven op eenvoudige manier omschreven worden als geringschatting
19
Q

Kritiek op Nussbaum van prof

- Wereld zonder woede is wel probleem

A
  • Nussbaum rol van woede sterk beperken: signaalfunctie. Enkel functioneel idee van woede. Stel niet meer kwaad worden en toch sensor die ons signaleert over bepaald probleem. Menselijke wereld? Is kwaad worden niet teken van menselijke betrokkenheid op elkaar? Als woede verdwijnt, verdwijnt stukje van menselijkheid
  • Thomas van Aquino had dit door en sprak over ondeugd van insensibilitas. Stel heel ongevoelig voor geringschattingen/verwijten, volgens Thomas niet goed. Even slecht als overgevoelig zijn. Kwestie van juiste sensibilisatie, gevoeligheid te hebben: tussen ongevoelig en overgevoelig
20
Q

Kritiek op Nussbaum van prof
- Vergelding geen gekke gedachte. Effectief zo dat misdrijven te maken met misprijzen dader tov slachtoffer, logisch dat onze reactie vergelding is, op zijn plaats zetten. Hierin vergelding

A
  • Herstelrecht en kritiek op vergelding: overtuiging dat daders en slachtoffers kans moeten geven problemen zelf op te lossen. Conflict vaak opgelost door politie of andere overheden. Misschien beide partijen echter in staat tot zelf op te lossen. Kritisch naar huidig gevangenissysteem, vaak anti-vergelding
  • Verschil tussen semi-stoïcijnse en thomistische beschrijving van herstelrecht
    • Semi-stoïcijns: conflict, slachtoffer kwaad (signaalfunctie woede) en probleem onder elkaar opgelost. Woede signaal gehad, dus enkel praten in termen van betrokkenheid. Prof niet mee akkoord
    • Thomistische beschrijving: zelfs op goede manier conflicten aanpakken, onvermijdelijk altijd element van vergelding meespelen. Belangrijk voor slachtoffer dat dader fout inziet, berouw toont. Waarom? Spijt en berouw vorm van spijt, leed die dader ervaart. Manier waarop dader met voeten op grond komt: vorm van vergelding
21
Q

Strafrechtelijk populisme 2

A
  • Onderstroom mensen in samenleving verschrikkelijk kwaad op daders. Theorie Aristoteles laat toe hier genuanceerd mee om te gaan
  • Woede voelen is redelijke reactie, vraagt daders te voelen. Strafrechtelijk populisme probleem wanneer haat wordt, uitmondend in uitspraken over alle daders, willen van vernietiging. Tegengesteld aan woede, wat persoonlijk karakter heeft.