les 4 Flashcards

1
Q

orthodontie

A

preventie en behandeling van verkeerde tandstand of kaakstand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

dentofaciale orthopedie

A

maxilla en mandibula beïnvloeden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

5 gevolgen van een verkeerde kaak- en tandstand

A
  • moeilijker te reinigen gebitselementen –> cariës+ parodontitis
  • daling van de bijt- en kauwfunctie
  • kaakgewrichtsklachten
  • esthetische klachten
  • bovenelementen zijn meer vatbaar voor trauma
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

factoren die een rol spelen bij de groei van de kaken(4)

A
  • aanleg
  • doobraak
  • occlusie
  • relatie van de kaken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

verschil tussen groei en ontwikkeling

A

bij groei wordt alles groter, bij ontwikkeling is de verhouding tussen verschillende lichaamsdelen verandert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

6 fases in de gebitsontwikkeling

A
1 = predentale fase
2 = melkgebit
3= 1e wisselfase
4 = intertransitionele fase
5 =2e wisselfase
6 = definitief gebit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

occlusie

A

statische contact tussen elementen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

verschil tussen eruptie en doorbraak

A

eruptie is het naar occlusaalwaarts toe bewegen, de tand is nog in vorming. 1/4 deel van de kroon is afgevormd
doorbraak is wanneer de tand het tandvlees doorbreekt. 3/4 van de wortel is verder afgevormd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

ugly duckling stage

A

intertransitionele fase–> kronen van definitieve hoektanden BK liggen op positie van wortels laterale snijten BK, tanden staan in een ‘waaier’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

advies GHR poetgedrag 6 maanden- 3 jaar

A

1 keer per dag tanden poetsen met tandpasta <500 ppm fluoride

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

advies HGR poetsgedrag 3-6 jaar

A

2 keer per dag poetsen met tandpasta

  • 500 ppm fluoride
  • 1000 ppm fluoride indien het kind goed kan uitspuwen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

advies GHR poetgedrag vanaf 6 jaar

A

2 keer perdag poetsen met tandpasta

  • 1000-1500 ppm fluoride
  • ouders laten napoetsen tot +- 10 jaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

gnathie

A

relatie van de kaken ten opzichte van de schedelbasis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

orthognathie

A

normale relatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

retrognathie

A

laak ligt meer naar dorsaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

prognathie

A

kaak ligt meer naar ventraal

17
Q

laterognathie

A

kaak ligt meer naar links of naar rechts

18
Q

relatie

A

onderlinge verhouding tussen boven- en onderkaak

19
Q

neutrorelatie

A

normale occlusie

20
Q

distorelatie

A

onderkaak ligt in verhouding tot de bovenkaak meer naar dorsaal

21
Q

mesiorelatie

A

onderkaak ligt in verhouding tot de bovenkaak meer naar ventraal

22
Q

op elkaar staande kaken kan je vanuit 3 manieren bekijken

A
  • in zijaanzicht –> sagittale relatie
  • vooraanzicht –> transversale relatie
  • in de hoogte –> verticale relatie
23
Q

sagittale relatie

A
  • angle klasse
24
Q

afwijkingen transversale relatie (4)

A
  • mediaanlijnverschuiving
  • kruisbeet
  • randbeet = edge to edge
  • schaarbeet
25
Q

2 oorzaken van open beet

A
  • duimzuigen

- infantielslikpatroon

26
Q

afwijkingen verticale relatie (6)

A
  • diepe beet
  • dek beet
  • palatum beet
  • open beet
  • afwijkende overjet + overbite
  • omgekeerde overjet
27
Q

dwangbeet

A

verschuiving in de positie van de onderkaak naar een foutieve habituele occlusie als gevolg van premature contacten

28
Q

gelaatsmorfologie(3)

A
  • recht profiel
  • convex profiel
  • concaaf profiel
29
Q

afwijkingen binnen de tandenbogen; individueel (8) + betekenis

A
  • eversie = element staat naar buiten gekipt
  • inversie = element staat naar binnen gekipt
  • kipping = element is naar mesiaal of ditsaal gekanteld
  • rotatie = draaiing rond de axiale as
  • extrusie = suprapositie
  • ectosteem = vestibulopositie
  • endosteem = linguo/palatopositie
30
Q

afwijkingen binnen de tandenbogen; groepsniveau (2) + betekenis

A
  • crowding = ruimtegebrek

- spacing = ruimteoverschot