les 3 Flashcards
verkleuring
duidelijke afwijking van een element ten opzichte van de buurelementen
indeling verkleuring van oorzaak (3)
- endogene verkleuringen
- exogene verkleuringen
- verkleuring als gevolg van afbraak
ECR
externe cervicale resorptie
2 exogene verkleuringen
- infiltratieve verkleuringen
- pseudo verkleuringen
bleaching
verandering van intrinsieke kleur van het glazuur en dentine in een wittere, lichtere tint met behulp van stoffen die vrije radicalen en ionen afscheiden
kleur van voorwerp wordt bepaald door; (3)
- spectrale samenstelling van het licht
- spectrale reflectie
- oog en hersenen van de waarnemer
wat is er nodig voor een goede kleurbepaling (3)
- voldoende lichtsterkte
- kleurtemperatuur van de lichtbron
- visuele hulpmiddelen
bepalen welke kleur een tand heeft (3) + betekenis
- value = hoe licht/donker een kleur is
- hue = kleurverzadiging
- chroma = staat effectief voor de kleur
4 instrumentele kleurbepaling
- colorimeters
- spectrofotometers
- CCD
- digitale camera
endogeen formatief
uit lichaam afkomstige agentia in dentine/glazuur ingebouwd
endogeen posteruptief
vorming van tertiair dentine in de pulpa –> pulpa-obliteratie
exogene posteruptieve infiltratie
vanuit de mond in het glazuur/dentine geïnfiltreerd en uit caviteit/vulling/pulpavulling binnengedrongen
exogene posteruptieve pseudoverkleuring
aanslag op de buitenzijde van de gebitselementen
exogene posteruptieve afbraakverkleuring
dunner wordend/verdwenen glazuur en blootliggend tandbeen, doorschemerende pulpa na interne dentineresorptie
welke middelen voor extern bleken (2)
- waterstofperoxide
- carbamideperoxide
waterstofperoxide dikkingsmiddelen
- ethyleenglycol
- propyleenglycol
- glycerine
wat gebeurd er bij toevoeging additieven bleekproces?
kunnen de vorming van vrije radicalen bevorderen en kan de werkingsduur verbeteren
stof voor internbleken
natriumperboraat
additieven bleekproducten (4)
- NaF
- KNO3 = kaliumnitraat
- Fe2+ = ijzer
- water
waar zorgt additief NaF voor? (4)
- beschermt tegen ontkalking tijdens het bleken
- beschermt tegen latere erosie
- verkort de bleektijd
- bestrijdt tandpijn
waar zorgt additief KNO3(kaliumnitraat) voor?
bestrijdt tandpijn
waar zorgt additief Fe2+ ( ijzer) voor?
zorgt voor het ontstaan van blekende radicalen in combinatie met H2O2
waar zorgt additief water voor? (2)
- gaat uitdroging van het glazuur tegen
- bestrijdt tandpijn
technieken extern bleken (4)
- individuele bleeklepel
- whitening strips
- met paint-on producten
- in office bleaching
nadelen whitening strips(2)
- elementen in malpositie is moeilijker om te bleken
- bleekmateriaal komt met gingiva in aanraking
nadelen paint-on producten
- hecht niet altijd lang genoeg aan de tanden om voldoende effect te hebben
- tanden best vooraf drogen
- geen onnodige lip- en tong beweging maken + niet eten/drinken/roken
welke lampen worden gebruikt bij office bleaching? (4)
- halogeenlamp
- plasmalamp
- led
- kwik-halidelamp
vooraf bleken (4)
- grondig mondonderzoek
- patiënt inlichten
- cariës en lekkende vulling behandelen
- tandkleur bepalen
waar kijk je naar in grondig mondonderzoek? (bleken) (3)
- cariës, lekkage, barsten, vitaliteit
- oorzaak van verkleuring
- extrinsieke verkleuring verwijderen
patiënt inlichten (bleken) (4)
- procedure
- risico’s
- terugval van kleur
- restauraties bleken niet mee!!
contra-indicaties bleken(6)
- externe verkleuringen
- cariës
- lekkende vullingen
- infracties en blootliggend dentine
- gevoelige wortels
- elementen met grote pulpaholte
nevenwerkingen lokale schade bleken (5)
- glazuuraantastingen
- dentineveranderingen
- pulpaandoeningen
- schade aan de gingiva
- effect op vulmaterialen