les 3 - tucht en deontologie, hand in hand? Flashcards
beroepsethiek en professionaliteit (Kole, tekst)
- beroepsethiek vloeit voort uit definitie van professionaliteit
- professionaliteit impliceert streven naar beter/meer
–> echte professional zal altijd de ambitie hebben hebben goed te blijven in zijn vak en beter te worden - beroepsethiek en -moraal maken deel uit van professionaliteit
> ideaal van echte professionaliteit impliceert het nastreven van morele idealen
> beroepsethiek: je moet werken overeenkomstig morele standaarden - professionaliteit = collectieve beroepspraktijk
> professionals kenmerken zich door een grote individuele beslissingsbevoegdheid
> maar bij hun oordeelsvorming en optreden als professional dienen ze zich te verhouden tot de collectieve standaarden van hun beroepsgroep
intrinsieke en impliciete morele dimensie (Kole, tekst)
- normatieve onderstroom
> goed werk heeft altijd een intrinsiek morele/ethische dimensie
> werk waar anderen beter van (zouden moeten) worden - vaak onbewust, impliciet en latent
collectieve codering (Kole, tekst)
- beroepscode expliciteert normatieve onderstroom van beroepspraktijk gedeeltelijk
> meestal in termen van regels en principes: verwijzingen naar kernwaarden, deugden en doelidealen - beroepsethiek en -moraal niet reduceren tot beroepscode: niet alles dat beroepsethisch relevant is, is te expliciteren en coderen
> code is momentopname met tijdelijke geldigheid
> belang van deontologische en aspirationele dimensies
verhouding van tucht en beroepsethiek (Kole, tekst)
- tuchtrecht volgt vanzelf uit collectieve beroepsethiek die vanzelf volgt uit ideaal van volwaardige professionaliteit
- standaarden van kwaliteit = collectief
> het collectief dient naleving ervan te stimuleren, evalueren en controleren
> door beroepsethisch klimaat binnen eigen beroepspraktijk positief pedagogisch te stimuleren
> soms is tuchtrecht toch ook nodig = ingrijpend middel om ondermaats beroepsmatig optreden te corrigeren - tuchtrecht kan ingrijpen waar beroepsmoraal niet effectief was
- tuchtrecht is relevant waar het ideaal van volwaardige professionaliteit ernstig in het gedrang komt
collectieve zelfregulering, professionele autonomie (Kole, tekst)
- individuele vrijheid en verantwoordelijkheid van professionals wordt ondersteund en begrensd door collectieve beroepsstandaarden
> naleving en handhaving via tucht
> tucht is geen zelfstandig fenomeen: regiometafoor
> tuchtrecht gedijt slechts in de context van een breed beschouwd beroepsethisch landschap - externe werking tuchtrecht: laat leden van de samenleving, samenleving als geheel en overheid zien dat een beroepsgroep zelf verantwoordelijkheid neemt voor bewaking en bevordering van kwaliteit van werk in eigen beroepspraktijk
- groep die zelf regels bepaalt + de naleving ervan gaat vaak strenger dit reguleren (link met eer, reputatie van de groep)
> Geens: is het noodzakelijk beter dat de groep zelf oordeelt over beroepsregels?
advocatuur: bijkomende opleiding?
- rechten diploma, eedaflegging, inschrijving in tableau, stage, examens
= er zijn TOEGANGSVOORWAARDEN - Orde van Vlaamse Balie (OVB)
>< OBFG (Frans en Duits)
>< Balie van HVC met aparte balies voor NDL en FR + stafhouder
advocatuur: wie is bevoegd voor opstellen van deontologische regels?
- OVB en OBFG zijn bevoegd voor codexen
= SELF-REGULATION (voor advocaten door advocaten) - regels respecteren die van hogeraf komen
> bevoegdheden van wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende machten
advocatuur: wie staat in voor afdwingen van deontologische regels?
- tuchtraden (3 in BE)
- horizontaliteit: er wordt baas gekozen (stafhouder) maar tijdelijke taak
bedrijfsjuristen: bijkomende opleiding?
- geen toetredingsvoorwaarden (stage, examens)
- wel permanente opleiding
- Instituut voor Bedrijfsjuristen (IBJ)
>< IJE in FR
bedrijfsjuristen: wie is bevoegd voor het opstellen van deontologische regels?
- SELF-REGULATION (van bedrijfsjuristen voor bedrijfsjuristen)
> voor tuchtprocedures wel grotere rol voor magistraten - bevoegdheden van wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende machten
bedrijfsjuristen: wie staat in voor afdwingen van deontologische regels?
- tuchtcommissie (met bedrijfsjuristen) + magistraat
- horizontaliteit: het zijn organen die worden gekozen uit de AV
magistratuur: bijkomende opleiding?
- diploma rechten, selectieproeven, gerechtelijke stage/ervaring, examens, benoeming
= toelatingsvoorwaarden - HVJ, HRJ, IGO, CCM
magistratuur: wie is bevoegd voor opstellen van deontologische regels?
- GEEN VOLLEDIGE SELF-REGULATION
> soms zowel magistraten als niet-magistraten
-bevoegdheden van wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende machten zijn gespreid
- waarom anders? Dutroux. Maatschappelijke veranderingen, crisis in BE justitie
> moesten vertrouwen burgers terugwinnen
> moesten onafhankelijkheid bevestigen
magistratuur: wie staat in voor afdwingen van deontologische regels?
- tuchtrechtbanken
= magistraten die magistraten gaan beoordelen op niveau van tucht