les 10 - sociale media en hoofddoek Flashcards
1
Q
gebruik van sociale media: reglementering
A
OVB:
> regeling over gebruik van media (156 en 158 COVB)
> geen specifieke regeling voor gebruik sociale media
OBFG:
> regeling over elektronische communicatie
> geen specifieke regeling voor gebruik sociale media
2
Q
gebruik van sociale media: pro
A
- transparantie over juridisch systeem
- recht op vrije meningsuiting
- advocaat komt op voor belang van cliënt en maatschappij (inkijk op wat er gebeurd in de zitting)
2
Q
gebruik van sociale media: contra
A
- advocaat moet informatie op serene wijze toelichten
- proces mag niet in de media gevoerd worden
> probleem van trial by media - is het niet in belang advocaat? reputatie opbouwen, … (>< belang cliënt)
- waardigheid, rechtmatigheid en kiesheid
> geloofwaardigheid van beroep niet aantasten - inachtneming rechten van verdediging van slachtoffers en derden
3
Q
hoofddoek toegelaten?
A
- geen duidelijke regeling
> in Wallonië uitdrukkelijk verbod
> in Vlaanderen geen verbod + Joodse advocaten in Antwerpen mogen keppeltje dragen
> OVB neemt geen duidelijk standpunt in, draait rond de pot (kritiek van Lamon) - kledij advocaat (441 GERW)
> toga: moet
> baret: mag - burger mag met onbedekt hoofd in rechtszaal (759 GERW)
4
Q
hoofddoek dragen: pro
A
- absolute gelijkheid tussen advocaten onderling bestaat niet echt, toga is hiertoe niet van belang
- gelijkheid tov magistraten is voldoende als toga zichtbaar is
- advocaat heeft geen verplichting van neutraliteit/onpartijdigheid (>< magistraat)
> cliënt kiest advocaat: advocaat is partijdig
> nuance: toegewezen advocaat - Antwerpse advocaten mogen keppeltje dragen
- restrictieve interpretatie van kledij advocaat (moet toga en mag baret) mag alsnog niet strijdig zijn met 9 EVRM
> evenredigheid tussen recht op geloofsovertuiging en geloofwaardigheid justitie
> beperking moet proportioneel zijn
> er komt geen enkele fundamentele waarde van het beroep in het gedrang door het dragen van een hoofddoek
> het verbod schrikt mensen af om rechtenstudies aan te vatten - advocaat heeft geen openbaar ambt, is geen vertegenwoordiger van de Belgische staat
- onafhankelijkheid advocaat: zou zelf kledij mogen bepalen
> stafhouder kan enkel ingrijpen als het waardigheid, rechtschapenheid of kiesheid zou schenden
5
Q
hoofddoek dragen: contra
A
- gelijkheid advocaten onderling
- gelijkheid tov magistraten
> toga dragen om in bepaalde functie te staan, gelijk aan magistraten - onafhankelijkheid justitie
> er mag geen risico op twijfel zijn bij rechtsonderhorigen - restrictieve interpretatie art 441 GERW + KB + 759 GERW
> enige uitzondering is baret
> dit argument is veranderd sinds wetswijziging 2021 - Frankrijk: laïcité van de staat
6
Q
liberalisme
A
- basisprincipe = gelijke behandeling van burgers
> belang van neutraliteit - klassiek:
> regels die voor iedereen gelden
> verbod van religie en politiek in publieke sfeer - soorten neutraliteit
> exclusieve neutraliteit
> inclusieve neutraliteit
> proportionele neutraliteit
> compenserende neutraliteit
7
Q
exclusieve neutraliteit
A
- hands off/difference blind
= staat moet religieuze en culturele verschillen volledig uitsluiten (neutraal overkomen als instelling)
> politieke keuzes moeten zo veel mogelijk onafhankelijk zijn van enige conceptie van het goede leven
> enige taak overheid = burgers en hun vrijheden beschermen met rechten en plichten
> geen enkel teken mag aanwezig zijn - meer focus op wat overheid niet moet doen
> publieke steun aan religieuze/culturele organisaties zou beoordeling van waarden vereisen en dit mag niet - burgers zijn autonome, individuele wezens die hun eigen keuzes kunnen maken
> belangrijk dat alle burgers zich kunnen vinden in de staat - anti-perfectionistisch
> overheid moet burgers niet leren om deugdzaam te zijn - anti-moralistisch
> overheden mogen geen morele superioriteit op burgers afdwingen - Frankrijk: laïcité
8
Q
inclusieve neutraliteit
A
- alle visies moeten betrokken worden in maatschappij
> als je ervoor wil zorgen dat iedereen evenwaardig/gelijk behandeld wordt, moet je zorgen dat iedereen plaats heeft in maatschappij
> alle tekens toegelaten (enkele nuances) - burgers hebben recht om eigen religie en cultuur te bepalen
> gelijke behandeling van burgers = gelijke kansen om te leven zoals ze zelf willen
> overheden hebben recht om dit te ondersteunen
> burgers moeten dit ook kunnen tijdens uitoefening van publieke functies- overheid moet dit actief beschermen en ondersteunen
- kan beter omgaan met bias en discriminaties
9
Q
proportionele neutraliteit
A
- vorm van inclusieve neutraliteit
- neemt verschillende perspectieven in rekening door minderheidsgroepen te vertegenwoordigen/ondersteunen naar evenredigheid van hun grootte
> minderheden moeten gehoord en gerespecteerd worden
> culturen en religies mogen gezien worden in publieke sfeer
> ondermijnt neutraliteit van publieke instellingen niet
10
Q
compenserende neutraliteit
A
- vorm van inclusieve neutraliteit
- economische aspecten ook mee in rekening nemen
bv: landstaal minderheidsgroep
> proportionele steun is niet voldoende omdat het niet genoeg voorziet om aan bepaalde vereisten te komen
> minderheden moeten indien nodig meer gesteund worden dan enkel proportioneel
> structurele ongelijkheid kan mee in rekening genomen worden
11
Q
neutraliteit van de staat
A
- belangrijk om keuze te maken tussen verschillende vormen van neutraliteit
> beste vorm van neutraliteit kan verschillen per situatie
12
Q
exclusieve neutraliteit: kritiek
A
- kader is vaak niet neutraal en onpartijdig
- kan vrijheid van burgers inperken en zo idee van gelijkheid schenden
> verbod op dragen van religieuze symbolen raakt niet elke religieuze burger op dezelfde manier - burgers moeten een deel van hun identiteit achterlaten
13
Q
neutraliteit: verschillende contexten
A
- geen one size fits all
> neutraliteit kan met alle vormen van neutraliteit volledig bereikt worden
> afhankelijk van context - exclusieve neutraliteit is beter wanneer er geen rechtvaardiging is voor tussenkomst overheid in specifiek religieus/cultureel probleem
bv: kerkbelasting: financiering van kerken is geen publieke zaak - inclusieve neutraliteit kan problematischer zijn bij religieuze symbolen in publieke gebouwen
- landen met 1 dominante religie
> inclusieve en proportionele neutraliteit kan leiden tot onredelijke gevolgen voor minderheden - soms is inclusieve (compenserende) neutraliteit geschikter
bv: landstaal van minderheid ondersteunen
14
Q
wanneer neutraliteit?
A
- niet enkel beperkt tot proces, maar ook resultaat
bv: onverdoofd slachten: neutraal proces, maar geen neutralal resultaat - gemeenschappelijke identiteit is belangrijk bij neutraliteit
> emotioneel geladen affaire
> snelle veranderingen in historische gemeenschappelijke identiteit kan moeilijk zijn
15
Q
neutraliteit en hoofddoeken
A
- kan zowel pro als contra argument zijn
- pro: dragen hoofddoek is keuze advocaat
> exclusieve neutraliteit niet nodig voor garanties van goedwerkende, onafhankelijke justitie - contra: exclusieve neutraliteit is nodig in belang van onafhankelijke justitie en onpartijdigheid magistraat