Les 2 Flashcards

1
Q

needs assessment is

A

beschrijving van de gezondheidstoestand van een individu of een bevolking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

gezondheidsindicatoren is

A

meetbare en objectiveerbare grootheden van gezondheid en ziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

epidemiologische analyse is

A

verzamelen van gegevens rond voorkomen van gezondheidsproblemen en de samenhang tussen gezondheidsproblemen en het voorkomen van aan het gezondheidsprobleem gerelateerde verschijnselen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

noem de 3 stappen van de needs assessment

A
  • analyse van het gezondheidsprobleem en kwaliteit van het leven
  • analyse van risicofactoren op het gezondheidsprobleem
  • analyse van oorzaken van risicofactoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

morbiditeit is

A

percentage mensen met een gezondheidsprobleem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

prevalentie is

A

hoeveel mensen uit een gegeven aantal op enig moment aan een ziekte lijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

incidentie is

A

het aantal nieuwe gevallen van een ziekte per tijdseenheid, per aantal van de bevolking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

multimorbiditeit is

A

het hebben van meerdere gezondheidsproblemen tegelijkertijd bv. diabetes + coronaire hartziekten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

gevolgen van multimorbiditeit?

A
  • compliceert de behandeling
  • negatieve impact op kwaliteit van leven
  • meer ziekenhuisopnames en langer verblijf
  • grotere kans op complicaties en sterfte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

ernst/ kwaliteit van leven is + indicatoren

A

impact op het individu (psychisch, sociaal, fysisch), gezin, familie, maatschappij

  • sterfte
  • levensverwachting
  • verloren levensjaren
  • ziekenhuisopnames
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Mortaliteit is

A

het percentage mensen dat aan een bepaalde aandoening sterft gedurende een bepaalde tijdseenheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Gestandaardiseerde sterftecijfers: correctie voor

A
  • bevolkingsgrootte

- demografische statistieken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Levensverwachting is

A
  • het aantal verwachte levensjaren gemeten vanaf de geboorte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

De levensverwachting is de afgelopen jaren gestegen of gedaald?

A
  • gestegen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

gezondheidswinst is

A
  • een toename in levensverwachting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Vrouwen hebben een hogere levensverwachting, brengen ze deze extra jaren gezond/ ongezond door

A

ongezonder

17
Q

Gezonde levensverwachting is

A

het aantal jaren dat in goede gezondheid wordt doorgebracht

18
Q

Qualy’s is

A

quality- adjusted life year

19
Q

wat meet Qualy?

A

meting van de kwaliteit van leven bij gewonnen levensjaren

20
Q

Qualy index

A

-varieert tussen 0 en 1
0= minst goede kwaliteit van levensverlenging
1= optimale kwaliteit van leven

21
Q

Daly staat voor

A

disability- adjusted life year

22
Q

Wat meet daly

A

Het aantal gezonde levensjaren dat een populatie verliest door ziekte of aandoeningen (gezondheidslast)

23
Q

1 daly=

A

1 verloren levensjaar

24
Q

ADL meet

A

de mate waarin stoornissen het dagelijks leven belemmeren (bestaat per specifieke stoornis)

25
Q

geef 3 types gezondheidsrisico’s

A
  • leeftijd en gedrag
  • omgeving
  • endogene persoonsgebonden risico’s= genetisch of verworven
26
Q

endogene persoonsgebonden risico’s, geef verworven eigenschappen

A
  • hoge bloeddruk
  • hoge cholesterol
  • wisselende glucosespiegel
  • psychische gezondheid