les 1 Flashcards

1
Q

wat valt er onder gezondheidszorg? (4)

A
  • gezondheidspromotie
  • preventie
  • curatie
  • chronische zorg
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat valt er onder gezondheid? (3)

A
  • fysiek wel bevinden
  • mentaal welbevinden
  • sociaal welbevinden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

4 categorieën gezondsheidszorg

A
  • primaire preventie
  • secundaire preventie
  • tertiaire preventie
  • quaternaire preventie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

gezondheidspromotie 4 doelen

A
  • betere gezondheid
  • gericht op algemene populatie
  • gedragsverandering
  • zowel medische professionals als niet-medische professionals
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

primaire preventie doelen (4)

A
  • voorkomen van ziekte
  • specifieke risico op populatie
  • voorkomen van een ziekte
  • hoofdzakelijke medische professionals
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

gezondheidssysteem; definitie WHO

A

een goed gezondheidssysteem levert hoogwaardige diensten aan alle mensen waar en wanneer ze nodig hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat een gezondheidssysteem volgens WHO nodig heeft; (5)

A
  • een robuust financieringsmechanisme
  • een goed opgeleid en voldoende betaald personeelsbestand
  • transparante besluitvorming en beleid
  • goed onderhouden faciliteiten en logistiek
  • kwaliteit medicijnen en technologieën
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

ontstaan Belgische gezondheidssysteem; enkele maatschappelijke domeinen (5)

A
  • medische kennis
  • groeiende sociale ongelijkheid
  • verlichting
  • solidariteits-groepsgevoel
  • andere technologische vooruitgang
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

2 visies bij het ontstaan van belgische gezondheidssysteem

A
  • Bismarck

- Beveridge

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Bismarck

A

verzekering tegen korte arbeidsongeschiktheid –> arbeidsongevallenverzekering en pensioensysteem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

beveridge

A

universeel sociaal zekerheidssysteem vanuit het idee ‘one society’ –> iedere burger heeft recht op overlevingsinkomen met minimumniveau en onbeperkt in tijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

2 grote principes bij ontstaan belgische gezondheidsysteem

A
  • verzekeringsprincipe –> recht op een uitkering omwille van het betalen van een bepaalde premie
  • solidariteitsprincipe –> de sterken dragen zorg voor de zwakken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

RSZ

A

rijks sociale zekerheidsbijdrage –> bijdrage die automatisch van je loon wordt afgehouden ter voordelen van o.a. sociale zekerheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

3 soorten werkende

A
  • werknemers
  • zelfstandigen
  • ambtenaren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

brutoloon

A

het geen wat je verdient ‘op papier’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

belastbaar inkomen

A

brutoloon- RSZ

17
Q

nettoloon

A

het geld dat je effectief krijgt

brutoloon- RSZ - bedrijfvoorheffing

18
Q

bedrijfvoorheffing

A

voorschot op je belastingen

19
Q

waarom geen loon ?(6)

A
  • werkloos
  • geen loon omwille van niet kunnen werken (zwanger, overlijden, ziekte, invaliditeit)
  • geen loon omwille van niet meer moeten werken (pensioen)
  • schorsing arbeidsovereenkomst
  • ongeval tijdens of door uitvoering van arbeidsovereenkomst
  • werk onbekwaam door beroepsziekten
20
Q

e-health

A

het gebruik van informatie- en communicatie technologie in de zorg

21
Q

mobile health

A

is een benaming voor alle digitale toepassingen die het mogelijk maken voor een patiënt, zijn omgeving en voor verschillende verstrekkers om 24/7 informatie en gegevens met betrekking tot gezondheid en welzijn te verzamelen, te visualiseren, op te slaan en te delen

22
Q

actieplan e-gezondheid; 20 actiepunten

A
  1. ) DMG= EMD –> Sumehr
  2. ) ziekenhuis -EPD = elektronisch patiëntendossier
  3. ) medicatieschema
  4. ) elektronisch voorschrift
  5. ) gegevens delen via het systeem hubs en metahub voor algemene en universitaire ziekenhuizen
  6. ) delen om samen te werken
  7. )pyschiatrische en andere instellingen en het systeem hubs en metahub
  8. ) invoering van uniform evaluatie-instrument
  9. ) incentives voor gebruik
  10. ) toegang tot de gegevens van de pt
  11. ) communicatie
  12. ) opleiding en ICT-ondersteuning van zorgverstrekkers
  13. ) standaarden en terminologie
  14. ) mycarnet
  15. ) administratieve vereenvoudiging
  16. ) traceerbaarheid van de implantaten en van de gm
  17. ) veralgemeend gebruik van de ehealthbox
  18. ) inventarisatie en consolidatie van registers
  19. ) mobile health
  20. ) monitoring e-gezondheid
23
Q

doelstellingen om samen te werken(2)

A
  • elk beroep beschikt over een eigen EPD

- voor elkzorgberoep en voor elk welzijnsberoep wordt de structuur van het EPD vastgelegd

24
Q

mycarenet doelstellingen(3)

A
  • meten/monitoren en verhogen van de end-to-end-beschikbaarheid van de diensten
  • betere acceptatie van de diensten door de gebruikers
  • coördinatie met de aanverwante sectoren verbeteren om vertragingen in de roll-out te voorkomen
25
Q

mycare net concreet (3)

A
  • e-attest –> afschaffing van de papieren getuigschriften
  • verzekerbaarheid en rechten van de patiënten
  • medische akkoorden
26
Q

mobile health doelstellingen (3)

A
  • e-health sevices mobiel beschikbaar maken
  • kwaliteit en toegankelijkheid van m-health ondersteunen
  • gebruiker zelf aan het stuur plaatsen van zorg via m-health toepassingen
27
Q

EMD

A

elektronisch medisch dossier

28
Q

GFD

A

gedeeld farmaceutisch dossier