Latijn retorica Flashcards

1
Q

Retoriek

A

de techniek of de kunst van het mooi spreken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Sofisten

A

eerste theoretici vd retoriek & leerden de welsprekendheid als kunst om in het leven vooruit te komen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

quaestio

A

een probleem of een vraagstuk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

quaestio infinita

A

algemeen onderwerp bekijken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

quaestio finita

A

toespitsen op bepaalde personen of omstandigheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

genera causarum

A

drie terreinen waarin soorten redevoeringen zich bevinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

genus iudicale

A

pleidooi in rechtszaak (aanklacht of verdedigin)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

genus deliberativum

A

politiek pleidooi (over beleid en te nemen beslissingen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

genus demonstrativum

A

gelegenheidspleidooi (lof- of smaadrede)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

inventio

A

redenaar analyseert ond, komt tot stelling & zoekt juiste argumenten om stelling te verdedigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

dispositio

A

redenaar ordent info en argumenten tot goed opgebouwd betoog

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

elocutio

A

redenaar geeft vorm aan betoog, woordkeuze, stijlfiguren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

memoria

A

redenaar memoriseert betoog

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

actio / pronuntiatio

A

redenaar brengt redevoering met aandacht vo totaalaspect (intonatie, handgebaren, mimiek)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

argumenta artificalia

A

technische overredingsmiddelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

argumenta inartificalia

A

niet-technische overredingsmiddelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

latinitas

A

grammaticaal & lexicaal correct taalgebruik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

perspicuitas

A

duidelijk taalgebruik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

ornatus

A

versierd taalgebruik

20
Q

aptum / decorum

A

bij het publiek passend taalgebruik

21
Q

grave

A

deftige stijlsoort

22
Q

medium

A

welluidend gedragen stijl, aangenaam klinkend, formeel

23
Q

humile

A

gewone spreekstijl

24
Q

partes orationes

A

delen waaruit redevoering zijn opgebouwd

25
Q

het exordium

A

de inleiding

26
Q

de narratio

A

de vertelling, uiteenzetting

27
Q

de propositio en partitio

A

het schema

28
Q

de argumentatio

A

de argumentatie, pro en contra

29
Q

de peroratio

A

het besluit

30
Q

directum ac simplex

A

to the point, gebruikelijk in duidelijke en niet al te moeilijke gevallen

31
Q

per insinuationem

A

voorzichtig te werk, bereikt via vele omwegen het eigenlijke ond, voornamelijk in moeilijke gevallen waarbij de fout niet te ontkennen is

32
Q

ex abrupto

A

bruusk naar kern van de zaak

33
Q

solemne

A

aangewezen begin bij belangrijke gelegenheden (bv begrafenis)

34
Q

argumentatio principalis

A

heeft met de behandelde kwestie te maken

35
Q

argumentatio secundaria

A

betreft plaats en tijd, tracht verzachtende omstandigheden te creëren

36
Q

conciliare

A

ethos, begrip en sympathie voor zichzelf en gedrag winnen

37
Q

movere

A

pathos, bepaalde emoties proberen oproepen bij publiek (bv door overdrijving)

38
Q

docere en probare

A

logos, toehoorders met feitenmateriaal en argumenten proberen overtuigen

39
Q

ingenium

A

natuurlijke aanleg

40
Q

exercitatio

A

oefening

41
Q

usus

A

de ervaring in de praktijk

42
Q

controversiae

A

fictieve juridische vragen die langs beide kanten werden bekeken

43
Q

suasoriae

A

fictieve politieke redevoeringen op basis v historische situatie

44
Q

polemiek

A

een openlijk gevoerde pennenstrijd

45
Q

de ars

A

de theoretische en technische kant van de welsprekendheid

46
Q

Lex licinia

A

wetten die zorgden voor een vermindering van schulden en die plebejers toelieten de ambt van consul te bekleden