KA7: De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur in Noordwest-Europa Flashcards

1
Q

Hoe verliep de eerste poging om de grens van de Rijn te verleggen naar de Elbe en welke conclusie trok Augustus?

A

Slecht. Romeinse generaal Varus werd door de Germaan Arminius verslagen. Hij trok de conclusie dat het beter was om Germania niet te veroveren en de grens te trekken bij Rijn en Donau.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat deed Germanicus de zoon? En wat was het gevolg?

A

Hij probeerde toch de Rijn over te steken en met succes. Hij werd geroemd. Keizer Tiberius zag zijn roem niet zitten en ‘promoveerde’ hem weg naar het Oosten. Daar overleed hij onder verdachte omstandigheden. nb: Tiberius beweert dat als Tiberius hem zijn gang had laten gaan, hij ws Germania in zijn geheel had veroverd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe was volgens Tacticus bij de Germanen de macht verdeeld en de rechtspraak geregeld?

A

In bijna elke stam deelden koningen en krijgsheren de macht, maar bij belangrijke beslissingen waren zij verplicht te rade te gaan bij de priesters. Zij raadpleegden dan weer de wil van de goden door het kiezen van takjes met merktekens of te luisteren naar het briesen van de paarden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat vermeldt Tacticus over krijgers?

A

Ze moesten hun leiders volgen in de oorlog en absoluut trouw zijn. Wanneer een krijger vluchtte dan werd deze in het moeras begraven met takken erop.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waarom verlieten jongemannen hun eigen stam om op oorlogspad te gaan?

A

Om bij terugkeer hun sporen te verdienen en toegelaten te worden tot de kring van strijders.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waarom waren de leiders van een stam ook voortdurend opzoek naar oorlog?

A

Omdat zij ook hun persoonlijke status binnen de stam wilde verhogen. Maar ook omdat zij hun volgelingen moesten onderhouden met zaken als een paard, zwaard of speer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarom was Tacticus niet te spreken over de Germaanse wijze van rechtspreken?

A

Wanneer een lid van de familie onrecht was aangedaan moesten de overige familieleden er alles aan doen om dit te wreken. Gevolg was een eindeloze reeks aan vetes. Om dit te stoppen moesten families met elkaar verzoenen door de acceptatie van genoegdoening, meestal in de vorm van vee.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke andere persoon beschreef o.a. het leven van de Germanen en welk volk beschreef hij en hoe?

A

Plinius ‘de oudere’ beschreef de Friezen op de terpen. Hij beschreef ze als een zielig volkje dat zich voortdurend moest schikken aan de omstandigheden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Geef nog een voorbeeld van een situatie waarin naar voren komt hoe Romeinen neerbuigend zijn tegenover de Germanen.

A

Tacticus beschrijft een toespraak van een aanvoerder op een zojuist verslagen Germaans volk, waarin duidelijk wordt gemaakt dat men maar beter het gezag van de Romeinen moet accepteren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarom is het beter om te weten waar ons gecreëerd beeld van ‘de Germaan’ vandaan komt?

A

Omdat dit beeld hoogstwaarschijnlijk enorm gekleurd is. De enige geschreven bronnen zijn namelijk Romeinse bronnen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wie zijn de Bataven, wat deden zij en welk verkeerd beeld stellen zij bij?

A

Tussen 12 en 9 v.C. waren de Bataven (afgesplitst van de Chatten uit Hessen) zich gaan vestigen aan de Romeinse grens tussen Utrecht en Nijmegen. Zij waren bondgenoten van de Romeinen en hielpen mee om de grens te verdedigen. Het idee dat er bij de grenzen voortdurend werd gevochten tegen Germaanse barbaarse indringers is NIET juist.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wie waren de Franken?

A

Rond 350 n.C. een bondgenoot van de Romeinen die zorgden voor grensverdediging in Zuid Nederland, huidig België en Noord-Frankrijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Geef twee voorbeelden van acties van de Bataven waarbij zij zich zeer verdienstelijk maakten voor het Romeinse Rijk.

A
  • 84 n.C. zwommen Bataven vrijwillig naar het eiland Anglesey tijdens een gevecht met de Schotten.
  • Inscriptie op een grafsteen van Bataaf die in Pannonië (Hongarije) de Donau overstak.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

In welke eeuw bloeide het Romeinse Rijk op? En in welke eeuw was de crisis?

A

2e eeuw bloei door de Vijf Goede Keizers

3e eeuw crisis ‘soldatenkeizers’ die moesten concurreren tegen andere keizers die door andere troepen waren gekozen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Op welke manier poogde keizer Diocletianus in de vierde eeuw om rust te brengen in de chaos rondom de troonopvolging van de keizers?

A

Keizer Diocletianus verdeelde het Rijk in tweeën. Oost en West. Latijns en Grieks. Met een keizer EN een onderkeizer. De onderkeizer kon dan de keizer opvolgen, en de keizer in de andere Rijkshelft kon daarop toezien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat probeerde keizer Constantijn om meer eenheid in het rijk te bevorderen?

A

Promoten van het Christendom. West kreeg de Latijnse Kerk, Oost kreeg de Griekse kerk.

17
Q

Welke nieuwe stad ontstond in het Oostelijke Rijk?

A

Constantinopel

18
Q

Hoe verklaren historici de val van het Rijk?

A
  • onmacht onwil van de elite verantwoordelijkheid voor het bestuur van het Rijk
  • corrupte ambtenarenapparaat
  • algemene verarming door belastingdruk die nodig was voor bureaucratie en leger.
19
Q

Hoe ging men voorkomen dat boeren hun landgoederen zouden verlaten en dat het stedelijk leven zou vervallen?

A

Door boeren ‘aan hun grond’ te verbinden.

Men maakte ambachten verplicht erfelijk.

20
Q

Wat was het gevolg van deze wankelende situatie zonder consequent bestuur en geef hiervan voorbeelden.

A

Lokale machthebbers pakken het gezag. Dan kunnen Romeinen zijn, maar ook Germanen.
In de loop van de vijfde eeuw ontstonden er Germaanse koninkrijken in het westen van het Romeinse Rijk zoals het Frankische, Alemannische, Bourgondische en twee Gotische koninkrijken.

21
Q

Waarom is historisch gezien de term ‘grote volksverhuizing’ onjuist?

A

Nieuwe machthebbers waren maar een dunne bovenlaag die gezag uitoefenden op de plaatselijke Romeinse bevolking. Zij gingen er vanuit dat zij bepaalde functies waarnamen, zoals ze dat als bondgenoten ook gewend waren.

22
Q

Wanneer en door wie werd de laatste laatste heerser in Rome afgezet?

A

476 n.C. door de Germaan Odoaker

23
Q

In de geschiedenisboeken staat deze datum vermeld als ‘einde van het West Romeinse Rijk’. Welke kanttekening kun je hierbij plaatsen?

A

Betekende niet veel in de praktijk.
Lokale heersers hadden het al lang overgenomen.
Romeinse structuren bleven gewoon bestaan en de Germaanse heersers pasten zich hierop aan.

24
Q

Waaraan kon je merken hoe Romeins de westelijke helft van het Rijk was en bleef?

A

Door de Latijnse taal, die in de loop van de eeuwen is omgevormd in lokale varianten zoals het Italiaans, Frans, Spaans, Portugees. De taalgrens met de Germaanse talen valt eigenlijk samen met de vroegere West-Romeinse grens.

25
Q

Wanneer eindigde het Oost-Romeinse Rijk en welk rijk kwam hierna?

A

1453 n.C. Hierna kwam het Byzantijnse Rijk.

26
Q

Noem een aantal redenen waarom dit Oostelijk Rijk langer kon bestaan.

A
  • Stedelijk leven dieper geworteld en makkelijker te continueren.
  • Contantinopel was absoluut onneembaar gemaakt.
27
Q

Wat was het motief van Julius Civilis om de Bataafse Opstand te beginnen?

A

Dat is niet bekend. Volgens Tacticus heeft het te maken met eer en respect. Keizer Nero pleegt zelfmoord in 68. Vitellius (commandant Rijnlegioenen) die Nero wilde opvolgen, dwong de Bataven om mee te gaan naar Rome. Dat werd gezien als onderdrukking en slavernij. Civillis stuurde boodschappers om zich tegen de Romeinse arrogantie af te zetten.

28
Q

Hoe eindigde de opstand?

A

Civillis en Cerialis (Romeinse commandant) troffen elkaar op de brug over de rivier Nabalia (waarschijnlijk een rivier in de Zuiderzee). Na overleg (waarvan de inhoud niet bekend is) was de harmonie hersteld.

29
Q

Met wie had Theodorik de Grote een overeenkomst? En wat was die overeenkomst?

A

Met keizer Zeno. Zeno wilde Rome ook tot zijn rijk rekenen, maar dat pikte Odoaker niet. Theodorik moest oorlog voeren met Odoaker. Theodorik won en wilde een avondmaal om de ruzie bij te leggen. Daar vermoordde Teodorik Odoaker.

30
Q

Wat was het cultureel doel van Theodorik?

A

Om de Romeinse en Gotische cultuur te laten samensmelten, maar dat mislukte.